GESMEDE BILLET KLEPPENDEKSELAFDEKKINGSSET
J028022007-08-01
ALGEMEEN
Setnummer
17658-03
Modellen
Voor informatie over de modelgeschiktheid, raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte Parts and Accessories (onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Wanneer u deze set installeert op een motor met Screamin’ Eagle-onderdelen, moet u de gebruiksaanwijzing van die onderdelen raadplegen.
Deze set past niet met de oliedrukmeterset (onderdeelnr. 75133-99).
Vereiste aanvullende onderdelen
Tabel 1. Deze aanvullende onderdelen zijn vereist
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
11
O-ring, ontluchtingskeerschot (2)
11270
En voor modellen van modeljaren 2002 en 2003,die zijn voorzien van een kunststof ontluchtingskap 17907-01 (6):
5
Ontluchtingskap (metaal)
17650-02
De afzonderlijke aankoop van de volgende artikelen kan vereist zijn, afhankelijk van de toestand van de bestaande O-ringen:
Tabel 2. Deze onderdelen zijn mogelijk vereist
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
15
O-ring, onderste beschermbuis
klepstoterstang (4)
11145
18
O-ring, middelste beschermbuis
klepstoterstang (4)
11132
21
O-ring, bovenste beschermbuis
klepstoterstang (4)
11293
De bovengenoemde items zijn afzonderlijk bij een Harley-Davidson dealer verkrijgbaar.
Vereiste gereedschappen en materialen
Voor een juiste installatie moet voor deze set Loctite® 243 (blauw) draadborg- en afdichtmiddel (H-D onderdeelnr. 99642-97) worden gebruikt.
U hebt tevens een 1/2 inch flank drive 'dog bone' momentadapter (Snap-On FRDH161 of vergelijkbaar) nodig voor een 3/8 inch aandrijfmomentsleutel.
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)
OPMERKING
In dit instructieblad wordt verwezen naar informatie in de servicehandleiding. Voor deze installatie is een servicehandleiding voor uw model motorfiets vereist. Deze is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson dealer.
Setinhoud
INSTALLEREN
Voorbereiding
WAARSCHUWING
Om te voorkomen dat de motorfiets per ongeluk start, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, dient u voordat u verder gaat de accukabels (de minkabel (-) eerst) los te koppelen. (00307a)
  1. Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies om het zadel te verwijderen en de accukabels los te koppelen, de minkabel eerst. Bewaar alle bevestigingsmaterialen van het zadel.
  2. Raadpleeg de betreffende servicehandleiding voor het uitvoeren van de procedures voor DE MOTORFIETS STRIPPEN VOOR SERVICE voor uw motortype (met carburateur of brandstofinspuiting). Voor deze installatie kan de motor in het frame blijven zitten.
Bovenkant motor, gedeeltelijke demontage
Gebruik perslucht met lage druk om de buitenoppervlakken van de motor schoon te maken voordat u met het demonteren begint. Vuil van de koelvinnen en andere gedeelten kan in de carterboring vallen of blijven kleven aan subconstructies tijdens het verwijderen van onderdelen. Schurende deeltjes kunnen de machinaal bewerkte oppervlakken beschadigen of oliekanalen verstoppen.
13/16 inbus
2Externe 7/16 zeskant
3Vaste onderlegring
4Borgpatch
Afbeelding 1. Bout van tuimelaarkap of kleppenhuis
OPMERKING
De bouten van de tuimelaarkap en het kleppenhuis hebben een inbuszeskant en externe zeskant zodat de bouten kunnen worden verwijderd met een korte inbussleutel van 3/16 inch (nauwe ruimten) of met een steek- of ringsleutel van 7/16 inch (open ruimten). Zie Afbeelding 1. De inbuszeskant wordt gebruikt als de motor voor service in het frame blijft zitten, zoals bij deze installatie.
In die gevallen is de korte 3/16 inch inbussleutel onmisbaar voor het verwijderen van de bouten van de tuimelaarkap en het kleppenhuis op de linkerkant van de motor (met name de achterkant) waar de afstand tot het frame beperkt is.
Op sommige modellen helpt ook een uitsparing in de linkerkant van het bovenste dwarsgedeelte van het frame bij het verwijderen van de steunplaat van de tuimelaar.
De onderste stappen beschrijven het verrichten van de procedure op één cilinder. De stappen worden voor de tweede cilinder herhaald.
Verricht alle stappen voor demontage en hermontage van de eerste cilinder voordat u aan de tweede cilinder begint.
1. Zie Afbeelding 6 voor alle itemnummers waarnaar in stap 3 t/m 15 wordt verwezen. Zie Afbeelding 2 t/m Afbeelding 5 voor nadere informatie over het verwijderen. Draai de zes bouten van de tuimelaarkap (1) om beurten los in de volgorde zoals aangegeven in Afbeelding 2. Verwijder de bouten van de tuimelaarkap en gooi deze weg.
Afbeelding 2. Losdraaien van de zes bouten van de tuimelaarkap in de aangegeven volgorde
2. Verwijder de tuimelaarkap (2) en de pakking (3). Gooi de pakking weg.
3. Zie Afbeelding 3. Steek het blad van een kleine schroevendraaier in de gietring van de veerdophouder (19) van de bovenste beschermbuis van de klepstoterstang (20). Duw de veerdop omlaag en draai de onderkant van de schroevendraaier naar de buitenboordkant om hem te verwijderen. Herhaal dit voor de tweede kaphouder.
Afbeelding 3. Verwijderen van de veerdophouder
4. Schuif de bovenste (20) en onderste (16) beschermbuis van de klepstoterstang in.
OPMERKING
Om de tuimelaarsteunplaat (12) te verwijderen, moeten beide lichters van de te repareren cilinder op de basiscirkel (of laagste positie) van de nokkenschijf staan.
Wanneer u de tuimelaars verwijdert terwijl de klepconstructie belast is, kan dit resulteren in verbogen klepstoterstangen (17), beschadigde bussen (13) of een vervormde steunplaat (12).
5. Om de basiscirkel te vinden, moet u eerst de motor tornen. OPMERKING: Probeer niet de motor te tornen door de nokkenkap te verwijderen en een sleutel op de flensbout van de krukas of het primaire nokkentandwiel te plaatsen. De kop van de flensbout kan hierdoor afbreken, wat kan resulteren in beschadiging van het vliegwiel of de nokkenas.Vinden van de basiscirkel:
a. Verwijder de bougies van beide cilinders.
b. Zet het voertuig op de middelste steun, zet de versnelling in 5 en draai het achterwiel rechtsom (gezien van de rechterkant van het voertuig) totdat u de basiscirkel hebt gevonden.
c. Torn de motor totdat de zuiger het bovenste dode punt (Top Dead Center; TDC) van de compressieslag heeft bereikt. Hiervoor brengt u eerst de onderste beschermbuis van de klepstoterstang omhoog om toegang te verkrijgen tot de hydraulische lichter (14, in de opening van de lichterkap) van de inlaat.
d. Plaats uw wijsvinger op de bovenkant van de inlaatlichter. Wanneer u de motor tornt, kunt u voelen hoe de lichter omhoog komt (klep open) en weer daalt (klep dicht). Plaats uw vinger nu stevig op de bougieopening en torn de motor opnieuw. In de compressieslag wordt er lucht langs uw vinger naar buiten geperst totdat de zuiger het bovenste dode punt heeft bereikt.
e. Stop met het tornen van de motor zodra de luchtstroom door de bougieopening stopt. Richt de lichtbundel van een kleine zaklantaarn in de bougieopening om te controleren of de zuiger op het bovenste dode punt staat. Zowel de inlaat- als de uitlaatklep zijn nu gesloten en de klepstoterstangen (17) zijn onbelast (en horen onbelemmerd te kunnen draaien).
6. Verwijder de twee ontluchterbouten (4) om de ontluchter (5 of 6) los te halen van de tuimelaarsteunplaat (12). Zie SERVICE EN REPARATIE VAN SUBASSEMBLAGES, ONTLUCHTER in de servicehandleiding.
7. Draai de vier bouten van de tuimelaarsteunplaat (7) beurtelings slechts 1/4 slag los in de volgorde zoals weergegeven in Afbeelding 4. Ga verder met het telkens met een kwartslag losdraaien van de bouten in dezelfde afwisselende volgorde, totdat de bouten los zitten.
Afbeelding 4. Draai de vier bouten van de TUIMELAAR 1/4 slag los in de afgebeelde volgorde
8. Wanneer de bouten van de tuimelaarsteunplaat uit de cilinderkop zijn gekomen, tilt u de steunplaat van het kleppenhuis (10). Zie SERVICE EN REPARATIE VAN SUBASSEMBLAGES, TUIMELAAR in de servicehandleiding.
OPMERKING
Verricht alle stappen voor demontage en hermontage van de eerste cilinder voordat u aan de tweede cilinder begint. De serviceprocedure moet voor elke cilinder afzonderlijk worden verricht.
Nadat het servicewerk voor de eerste cilinder is voltooid, tornt u de motor om de basiscirkel voor de tweede nokkenschijf te vinden.
9. Verwijder de klepstoterstangen (17) voor inlaat en uitlaat. Voorzie de klepstoterstangen van een label wanneer u ze verwijdert en geef aan wat de onder- en bovenkant is zodat u ze naderhand weer op dezelfde plaats en in dezelfde richting kunt installeren.
OPMERKING
Ontbrekende, vervormde, afgeknelde of anderszins beschadigde O-ringen zullen resulteren in lekkage van olie of een lage oliedruk. O-ringen op de verkeerde plaats resulteren in hetzelfde.
Deze O-ringen zijn ongeveer even groot en zien er ongeveer hetzelfde uit. Als de O-ringen NIET worden vervangen, moet u ervoor zorgen dat ze op de juiste positie blijven zitten. Als u NIEUWE O-ringen gebruikt, laat ze dan in de verpakking zitten totdat u ze nodig hebt, om misidentificatie te voorkomen.
Vervang de O-ring van het ontluchtingskeerschot ALTIJD door een nieuwe O-ring (afzonderlijk aan te schaffen).
10. Verwijder de beschermbuizen van de klepstoterstang (16 en 20) uit de openingen in de cilinderkop en het lichterdeksel. Inspecteer de O-ringen (15, 18 en 21) op de beschermbuizen van de klepstoterstang en vervang ze als ze versleten zijn. Zie SERVICE EN REPARATIE VAN SUBASSEMBLAGES, KLEPSTOTERSTANGEN/LICHTERS/KAPPEN in de servicehandleiding. Als er een O-ring aan de bovenste beschermbuis van een klepstoterstang ontbreekt, mag u niet vergeten om deze uit de boring in de cilinderkop te verwijderen.
11. Verwijder de O-ring (11) uit de groef om het gat van het ontluchtingskeerschot in het kleppenhuis en gooi de O-ring weg.
12. Draai de zes bouten van het kleppenhuis om beurten los in de volgorde zoals aangegeven in Afbeelding 5. Verwijder de bouten van het kleppenhuis en bewaar ze voor de latere montage.
Afbeelding 5. Draai de zes bouten van het KLEPPENHUIS in de aangegeven volgorde los
13. Verwijder het kleppenhuis en de pakking en gooi ze weg.
1Tuimelaarkapbout
2Tuimelaarkap
3Tuimelaarkappakking
4Ontluchterbout
5Ontluchter (modeljaren 2002 en 2003)
6Ontluchter (overige jaren)
7Tuimelaarbout
8Kleppenhuisbout
9Kleppenhuispakking
10Kleppenhuis
11O-ring ontluchtingskeerschot
12Tuimelaarsteunplaat
13Tuimelaarbus
14Hydraulische lichter
15O-ring (onder)
16Onderste beschermbuis klepstoterstang
17Klepstoterstang
18O-ring (midden)
19Veerdophouder
20Bovenste beschermbuis klepstoterstang
21O-ring (boven)
Afbeelding 6. Tuimelaar, ontluchter en lichter
Installatie en hermontage van de billet kleppendekselafdekking
Zelfs als alle boutgaten (kleppenhuis, tuimelaarsteunplaat en ontluchter) in lijn lijken te staan, kan de pakking van het kleppenhuis omgekeerd geïnstalleerd zijn. Een pakking die verkeerd om zit, kan resulteren in een open ontluchterkanaal, wat leidt tot olielekkage wanneer het voertuig wordt gestart en motorschade en/of andere materiële schade kan veroorzaken.
14. Zie Afbeelding 12. Installeer de nieuwe pakking voor het kleppenhuis (2) uit de set op de flens van de cilinderkop. De pakkingen zijn identiek, maar zijn gemarkeerd om de juiste installatierichting voor de voor- of achtercilinder aan te geven. Controleer of de pakking van het kleppenhuis juist is geïnstalleerd door u ervan te overtuigen dat het ontluchterkanaal niet zichtbaar is. Zie Afbeelding 7.
1JUIST: ontluchterkanaal niet zichtbaar
2ONJUIST: ontluchterkanaal open
Afbeelding 7. Installatie van de pakking van het kleppenhuis (achtercilinder afgebeeld)
15. Terwijl de uitsparing naar voren wijst, plaatst u het nieuwe verchroomde kleppenhuis (1) in positie, waarbij u de openingen in het kleppenhuis in lijn zet met die in de pakking.
1Draai deze korte bout als eerste vast
2Draai deze lange bout als tweede vast
3Draai deze lange bout als derde vast
4Draai deze korte bout als vierde vast
5Draai deze korte bout als vijfde vast
6Draai deze korte bout als zesde vast
7Nieuwe O-ring ontluchtingskeerschot (2)
Afbeelding 8. Boutlengten en aanhaalvolgorde voor kleppenhuis
16. Breng een beetje Loctite® 243 (blauw) aan op de schroefdraad van de zes kleppenhuisbouten die u in stap 14 hebt verwijderd. Zie Afbeelding 8. Draai de twee 44 mm (1-3/4 in) lange bouten op de linkerkant van de motor een stukje in, maar draai ze niet helemaal vast. Draai de vier 32 mm (1-1/4 in) lange bouten op het midden en de rechterkant van de motor een stukje in, maar draai ze niet helemaal vast.
OPMERKING
Omdat de motor voor deze installatie niet uit het frame is verwijderd, moet de kleppenhuisbout linksachter (alleen op de achtercilinder) als laatste worden aangehaald met een momentsleutel met dop van 1/4 inch. Haal de bouten aan in de volgorde zoals aangegeven in onderstaande stap.
17. Haal de bouten beurtelings aan tot 13,6–18,9 N·m (120–168 in-lbs), in de volgorde die wordt aangegeven door de omcirkelde nummers voor de voor- of achtercilinder in Afbeelding 8.
OPMERKING
Ontbrekende, vervormde, afgeknelde of anderszins beschadigde O-ringen zullen resulteren in lekkage van olie of een lage oliedruk. O-ringen op de verkeerde plaats resulteren in hetzelfde.
De O-ringen aan de bovenkant, in het midden en aan de onderkant van de beschermbuis van de klepstoterstang zijn ongeveer even groot en zien er ongeveer hetzelfde uit. Als de O-ringen NIET worden vervangen, moet u controleren of ze op de juiste positie zijn blijven zitten. Als u NIEUWE O-ringen gebruikt, laat ze dan in de verpakking zitten totdat u ze nodig hebt, om misidentificatie te voorkomen.
Vervang de O-ring van het ontluchtingskeerschot ALTIJD door een nieuwe O-ring (afzonderlijk aan te schaffen).
18. Installeer een nieuwe O-ring (H-D onderdeelnr. 11270, afzonderlijk aan te schaffen) in de groef om de opening van het ontluchtingskeerschot in het kleppenhuis. Breng een dun laagje schone H-D 20W50 motorolie aan op de O-ring voordat u hem installeert.
OPMERKING
Voor motoren die zijn voorzien van Screamin’ Eagle-onderdelen raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van die onderdelen.
19. Wanneer de motor in het frame is gemonteerd, is het soms niet mogelijk om de klepstoterstangen van boven af te installeren. In dat geval installeert u de klepstoterstangen en beschermbuizen van de klepstoterstangen als een geheel van onderen af. Installatie van bovenaf: Zie Tabel 3 hieronder om er zeker van te zijn dat de installatie juist is. Installatie van onderaf: Zie Tabel 3 hieronder om er zeker van te zijn dat de installatie juist is.
a. Druk de onderdelen van de beschermbuis van de klepstoterstang met de hand samen en steek het O-ringuiteinde van de onderste helft van de beschermbuis in een opening van het lichterhuis.
b. Schuif de beschermbuis uit en pas het O-ringuiteinde van de bovenhelft van de beschermbuis in het juiste cilinderkopgat zoals aangegeven in de tabel.
c. Herhaal dit voor de beschermbuis voor de tweede klepstoterstang. Installeer de veerdophouders nog niet op hun plaats.
d. Installeer de klepstoterstangen van boven af in de juiste opening in het kleppenhuis en de cilinderkop, zoals aangegeven in de tabel, in de oorspronkelijke stand. Vergeet niet om eventuele voor markering van plaats en positie gebruikte labels te verwijderen.
e. Installeer een klepstoterstang in de oorspronkelijke richting in de beschermbuis voor de klepstoterstang. Vergeet niet om eventuele voor markering van plaats en positie gebruikte labels te verwijderen.
f. Druk de beschermbuis met de hand in en pas de bovenkant van de klepstoterstang en het O-ringuiteinde van de bovenhelft van de beschermbuis in het juiste cilinderkopgat zoals aangegeven in de tabel.
g. Duw het onderuiteinde van de klepstoterstang tot buiten de beschermbuis omhoog. Schuif de beschermbuis uit en pas het O-ringuiteinde van de onderhelft van de beschermbuis in het juiste lichterdekselgat zoals aangegeven in de tabel. Laat de klepstoterstang in het lichterdekselgat zakken.
h. Herhaal dit voor de tweede klepstoterstang en beschermbuis. Installeer de veerdophouders nog niet op hun plaats.
OPMERKING
Om de tuimelaarsteunplaat te installeren, moeten beide lichters van de te repareren cilinder op de basiscirkel (of laagste positie) van de nokkenschijf staan.
Wanneer u de tuimelaars installeert en de motor tornt terwijl de klepconstructie belast is, kan dit resulteren in verbogen klepstoters en klepschade.
20. De kleplichters zijn tijdens de demontageprocedure op de basiscirkel gezet. Als de motor sindsdien mogelijk getornd is, moet u de basiscirkel opnieuw bepalen voordat u de montageprocedure voortzet. Zie stap 7 voor een beschrijving van de procedure.
21. Terwijl zowel de inlaat- als de uitlaatkleppen gesloten zijn, plaatst u de tuimelaarsteunplaat in het kleppenhuis. Schroef de vier bouten van de tuimelaarsteunplaat een stukje in de cilinderkop.
22. Plaats de metalen ontluchterkap (onderdeelnr. 17650-02) boven op de tuimelaarsteunplaat. Breng een kleine beetje Loctite 243 (blauw) aan op de draden van de twee bouten van de ontluchter. Schroef de twee bouten een stukje in de cilinderkop.
Afbeelding 9. Draai de vier bouten van de TUIMELAAR 1/4 slag aan in de afgebeelde volgorde
23. Draai de vier bouten van de tuimelaarsteunplaat (7) beurtelings slechts 1/4 slag aan in de volgorde zoals aangegeven in Afbeelding 9 voor de voor- of achtercilinder. OPMERKING: Omdat de motor voor deze installatie niet uit het frame is verwijderd, moet de bout van de tuimelaarsteunplaat linksachter (alleen op de achtercilinder) als laatste worden aangehaald met een 3/8 inch aandrijfmomentsleutel met een 1/2 inch flank drive 'dog bone' momentadapter (Snap-On FRDH161 of vergelijkbaar gereedschap).Aangezien elke verlenging kan resulteren in vergroting van de momentwaarde, moet de momentsleutel haaks op de momentadapter staan wanneer de bout wordt aangehaald. Deze hoek van 90 graden tussen de gereedschappen maakt het vergrotingseffect ongedaan en voorkomt dat de bout te ver wordt aangehaald.Als de adapter in lijn met de momentsleutel wordt gehouden, zal de resulterende toename in de momentwaarde resulteren in vervorming van het kleppenhuis. Ga verder met het telkens met een kwartslag aanhalen van de bouten in dezelfde afwisselende volgorde totdat de bouten zijn aangehaald tot 24,4–29,8 N·m (18–22 ft-lbs).
24. Haal de twee bouten van de ontluchter beurtelings aan tot 10,2–13,6 N·m (90–120 in-lbs).
25. Til de onderste beschermbuis van de klepstoterstang op en controleer of beide klepstoterstangen vrij kunnen draaien.
OPMERKING
Verricht alle stappen voor demontage en hermontage van de eerste cilinder voordat u aan de tweede cilinder begint. De serviceprocedure moet voor elke cilinder afzonderlijk worden verricht. Nadat het servicewerk voor de eerste cilinder is voltooid, tornt u de motor om de basiscirkel voor de tweede nokkenschijf te vinden.
26. Voltooi de installatie van de beschermbuizen van de klepstoterstang als volgt:
a. Controleer of het O-ringuiteinde van de bovenste en onderste beschermbuis respectievelijk goed in de opening in de cilinderkop en die in het lichterdeksel valt.
b. Klem de bovenrand van de veerdophouder in de opening in de cilinderkop, waarbij u de onderrand vrij laat.
c. Steek het blad van een kleine schroevendraaier tussen de onderrand van de veerdophouder en de bovenkant van de veerdop. OPMERKING: Zorg, voor een optimaal resultaat, dat de schroevendraaier, de veerdop en de veerdophouder vrij zijn van olie en vet.
d. Terwijl u de veerdop met de punt van de schroevendraaier indrukt, schuift u de onderrand van de veerdophouder met uw wijsvinger langs de schacht omlaag naar de punt van de schroevendraaier. Wanneer de veerdop het einde van zijn baan heeft bereikt, hoort de veerdophouder ongeveer op de eindpositie tegen de bovenste beschermbuis van de klepstoterstang te liggen. Zie Afbeelding 10.
e. Controleer of de veerdophouder goed tegen de bovenste beschermbuis van de klepstoterstang aan ligt.
Afbeelding 10. Installeer de veerdophouder
27. Zie Afbeelding 12. Installeer een nieuwe pakking voor de tuimelaarkap (3) uit de set op de flens van de cilinderkop. Zet de kleppendekselafdekking (4) op zijn plaats. Plaats de uitsparing in de tuimelaarkap boven de uitsparing in de pakking en zet de gaten in de kap in lijn met die in de pakking.
28. Plaats een platte verchroomde onderlegring (8) op de schroefdraad van de drie korte (5) schroeven, twee middellange (6) schroeven en een lange (7) schroef uit de set. Breng een klein beetje Loctite 243 (blauw) aan op de draad van elke schroef. Schroef de drie korte schroeven van de tuimelaarkap in op de linkerkant van de motor, de ene lange schroef middenrechts en de twee middellange schroeven op de rechter uiteinden. Haal de schroeven aan tot 20,3–24,4 N·m (15–18 ft-lbs) in de volgorde zoals aangegeven in Afbeelding 11.
1Draai deze korte bout als eerste vast
2Draai deze lange bout als tweede vast
3Draai deze korte bout als derde vast
4Draai deze middellange bout als vierde vast
5Draai deze korte bout als vijfde vast
6Draai deze middellange bout als zesde vast
Afbeelding 11. Boutlengten en aanhaalvolgorde voor tuimelaarkap
29. Herhaal stap 3 t/m 30 voor de tweede cilinder.
30. Verricht aan de hand van de servicehandleiding de procedures voor DE MOTORFIETS ASSEMBLEREN NA STRIPPEN VOOR UW MOTORTYPE (met carburateur of brandstofinspuiting).
WAARSCHUWING
Sluit eerst de pluskabel (+) van de accu aan. Mocht de pluskabel (+) in contact komen met massa terwijl de minkabel (-) nog is aangesloten, dan kan de accu door de vonken die dan ontstaan, exploderen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00068a)
31. Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies voor het opnieuw bevestigen van de accukabels (de pluskabel eerst) en het bevestigen van het zadel.
Tabel 3. Plaatsen van klepstoterstang en beschermbuis
Voor deze
motor-
cilinder:
Deze buis
en klepstoterstang*
installeren:
In dit gat van
het lichterdeksel
(onderuiteinde):
En in dit gat in het
kleppenhuis en de
cilinderkop (bovenuiteinde):
Voor
Inlaat
Binnenkant
Achter
Voor
Uitlaat
Buitenkant
Voor
Achter
Inlaat
Binnenkant
Voor
Achter
Uitlaat
Buitenkant
Achter
Alle beschermbuizen van de klepstoterstangen zijn identiek.
* De klepstoterstangen hebben kleurcodering:
  • Inlaatklepstoters zijn zilverkleurig
  • Uitlaatklepstoters zijn zwart
WAARSCHUWING
Trek het zadel na de montage even omhoog om er zeker van te zijn dat het in de positie is vergrendeld. Tijdens het rijden kan een loszittend zadel verschuiven, waardoor men de controle over de motorfiets kan verliezen met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00070b)
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 12. Serviceonderdelen, gesmede billet kleppendekselafdekkingsset
Tabel 4. Serviceonderdelen
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
1
Kleppenhuis, verchroomd (2)
17681-03
2
Pakking, kleppenhuis (2)
16719-99
3
Pakking, tuimelaarkap (2)
17386-99
4
Kleppendekselafdekking, verchroomd (2)
17659-03
5
Dopschroef, zeskantig,
verchroomd, 5/16-18 x 1 inch (6)
94334-91TS
6
Dopschroef, zeskantig,
verchroomd, 5/16-18 x 1-3/4 inch (4)
94337-91TS
7
Dopschroef, zeskantig,
verchroomd, 5/16-18 x 2 inch (2)
94338-91TS
8
Platte onderlegring, verchroomd (12)
6396