XL VERLAGINGSSET VOORZIJDE
J047132009-07-21
ALGEMEEN
Setnummer
45500-09
Modellen
Voor de modelgerelateerde informatie, raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte Parts and Accessories (onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Vereiste aanvullende onderdelen
WAARSCHUWING
Deze voorkantverlagingsset kan niet op zichzelf worden gebruikt. Het moet worden gebruikt met een passende lage achterveringset, anders kan weg- en bochtligging nadelig worden beïnvloed, waardoor de bestuurder kan worden afgeleid en de controle kan verliezen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00429b)
Voor motorfietsen van de modellen XL883, XL883R en XL1200R moet ook een schokdemperset achter (54754-09) worden aangeschaft, die verkrijgbaar is bij een Harley-Davidson-dealer.
6 mm vervangingsbout en koperen onderlegring (49378-09). Twee stuks benodigd.
Voor installatie van deze set is ook het volgende speciale gereedschap vereist: Voorvorkpoothouder (onderdeelnr. HD-41177), voorvorkkeerring/-busgereedschap (HD-36583) en voorvorkoliepeilmeter (HD-59000B).
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)
OPMERKING
In dit instructieblad wordt verwezen naar informatie in de servicehandleiding. Voor deze installatie is een servicehandleiding voor uw model motorfiets vereist. Deze is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.
Setinhoud
VERWIJDEREN
Verwijder rechter en linker voorvorkpoten
1. Plaats een geschikt blok onder het frame om het voorwiel een aantal centimeters van de vloer te lichten. Gebruik voor de beste resultaten een hydraulische middenstandaard op een horizontaal oppervlak.
2. Raadpleeg de servicehandleiding en verwijder het voorwiel, spatbord en remklauw.
3. Vernevel glasreiniger op de voorvorkpoot, tussen de bovenste en onderste vorksteun, voor smering.
1Voorvorkkapbout
2Klembout
Afbeelding 1. Draai klembout los
1Schroefklauw
2Beschermrubber
3Kunststof knop
Afbeelding 2. Voorvorkpoothouder (HD-41177)
4. Zie Afbeelding 1. Houd de voorvorkpoot vast om te voorkomen dat de voorvork valt en draai de klembouten (2) los.
5. Verwijder de voorvorkpoot door deze omlaag te schuiven en uit de onderste en bovenste steunen te halen.
6. Herhaal stap 3 t/m 5 voor het verwijderen van de tegenoverliggende voorvorkpoot.
7. Verplaats de voorvork naar de werkbank. Plaats een geschikte opvangbak op de vloer onder de schroefklauw.
Demonteer de linker en rechter voorvorkpoot
WAARSCHUWING
Draag bij het installeren of verwijderen van veren een veiligheids- of stofbril. Door veerspanning kunnen de veer, daaraan verbonden onderdelen en/of handgereedschap worden weggeslingerd, wat dodelijk of ernstig letsel kan veroorzaken. (00477c)
WAARSCHUWING
Draag bij onderhoudswerkzaamheden aan de voorvork een veiligheids- of stofbril. Verwijder geen bovenste voorvorkpootkappen zonder de voorbelaste veer te ontlasten, anders kunnen kappen en veren wegspringen waardoor ernstig of dodelijk letsel kan ontstaan. (00297a)
  1. Zie Afbeelding 3. Pak de VOORVORKPOOTHOUDER (onderdeelnr. HD-41177) en ga als volgt te werk:
    1. Klem het uiteinde van het gereedschap in de schroefklauw in een horizontale stand.
    2. Klem, met de voorvorkkap aan de bovenkant, de bovenste voorvorkpoot tussen de beschermrubbers aan de binnenkant van het gereedschap. Draai de knoppen totdat de bovenste voorvorkpoot stevig vastzit.
  2. Zie Afbeelding 8. Plaats een opvangbak onder de voorvork en verwijder de aftapbout (R).
  3. Zie Afbeelding 3. Verwijder voorzichtig de voorvorkpootkap (1) en de O-ring van de bovenste voorvorkpoot. Let erop dat de bovenste voorvorkpootplug met een veer is bevestigd en grijp de plug dus stevig vast als de plug definitief wordt losgedraaid.
  4. Zie Afbeelding 8. Verwijder de veerring (S) en de veerhuls (T) en bewaar ze voor hergebruik.
  5. Verwijder de voorvorkveer (1) uit de bovenste voorvorkpoot.
  6. Verwijder de kap (G) en de stofafdichting (H).
  7. Druk de inwendige sluitring samen (I). Verwijder de sluitring uit de groef bovenaan in de boring van de onderste voorvorkpoot.
  8. Verwijder de voorvork uit de voorvorkpoothouder. Keer de voorvork ondersteboven en tap de voorvorkolie af in de opvangbak. Voor het beste resultaat moet u de bovenste en onderste voorvorkpoot ten minste 10 keer langzaam pompen.
  9. Plaats de voorvorkveer weer terug in de bovenste voorvorkpoot.
  10. Leg een werkplaatsdoek op de vloer. Draai de voorvork ondersteboven en druk het uiteinde van de veer tegen de doek. Druk de veer samen en verwijder de 6 mm bout en de onderlegring (Q) van het uiteinde van de onderste voorvorkpoot (N, O of P). Gebruik een luchtsleutel voor het beste resultaat. Gooi de 6 mm bout en de koperen pletring (R) weg.
  11. Verwijder de voorvorkveer (1) en demperbuis (2) uit de bovenste voorvorkpoot. Gooi de voorvorkveer weg.
  12. Trek de voorvorkpoot (E) uit de onderste voorvorkpoot (N, O of P) tot de onderste bus (F) op de voorvorkpoot de bovenste bus (L) in de onderste voorvorkpoot raakt. Gebruik de onderste bus in een slagtrekkerbeweging om de oliekeerring, het afstandsring en de bovenste bus zachtjes uit de boring van de onderste voorvorkpoot te kloppen.
  13. Verwijder de onderste aanslag (M). De onderste aanslag bevindt zich in de onderste voorvorkpoot (N, O of P) of aan het onderste uiteinde van de demperbuis (2).
  14. Steek een stang met kleine diameter door de opening in de onderzijde van de bovenste voorvorkpoot om de demperbuis te verwijderen.
  15. Verwijder de terugslagveer (D) uit de demperbuis (2). Gooi de demperbuis weg.
  16. Zie de servicehandleiding voor de reinigings- en inspectieprocedure voor de voorvork. Vervang de onderdelen, indien nodig.
  17. Herhaal stap 1 t/m 16 voor de tegenoverliggende vorkpoot.
1Bovenste voorvorkpootkap
2Voorvorkpoothouder
3Schroefklauw
Afbeelding 3. Installeren van de bovenste voorvorkpoot in de houder
INSTALLEREN
Monteer rechter en linker voorvorkpoot
MEDEDELING
Wees voorzichtig en voorkom dat de bovenste voorvorkpoot wordt bekrast of ingekerfd. Beschadiging van de bovenste voorvorkpoot kan leiden tot olielekkage van de voorvork na installatie. (00421b)
1. Zie Afbeelding 8. Plaats de nieuwe onderste bus (F) in de groef van de bovenste voorvorkpoot (E). Buig de bus net voldoende uiteen zodat deze op de bovenste voorvorkpoot past.
2. Plaats de terugslagveer (D) in de demperbuis. Controleer of de ring van de demperbuis (C) in de groef aan de bovenzijde van de nieuwe demperbuis (2) is gemonteerd. Steek de demperbuis in de bovenste voorvorkpoot (E).
3. Plaats de nieuwe veer (1) in de bovenste voorvorkpoot (E) met het compacte uiteinde naar beneden. Duw de demperbuis (2) met behulp van de veer door de opening in de bodem van de bovenste voorvorkpoot. Plaats de onderste aanslag (M) aan het uiteinde van de demperbuis.
4. Plaats de bovenste voorvorkpoot in de onderste voorvorkpoot (N, O of P).
5. Plaats de bout en onderlegring (Q) in de onderzijde van de onderste voorvorkpoot (N, O of P). Schuif de bovenste voorvorkpoot meerdere malen volledig in en uit om de juiste uitlijning van de onderdelen te controleren. Duw vervolgens omlaag op de veer en haal de bout aan. Haal de bout aan tot 15–25 N·m (11–18 ft-lbs).
6. Plaats de bovenste bus (L), het afstandsring (K) (holle zijde onder), oliekeerring (J) (letters boven), en het VOORVORKKEERRING/-BUSGEREEDSCHAP (onderdeelnr. HD-36583) op de onderste voorvorkpoot.
7. Zie Afbeelding 5. Monteer de bus, de afstandsring en de oliekeerring in de boring van de onderste voorvorkpoot door de onderdelen met het installatiehulpmiddel naar beneden te kloppen.
8. Zie Afbeelding 8. Monteer de inwendige sluitring (I) in de groef bovenaan in de boring van de onderste voorvorkpoot.
9. Monteer de stofafdichting (H) en de kap (G) aan de bovenzijde van de onderste voorvorkpoot.
10. Monteer de aftapbout (R) in het onderste uiteinde van de onderste voorvorkpoot. Haal de bout aan tot 8–11 N·m (72–96 in-lbs).
11. Verwijder de hoofdveer (1) uit de bovenste voorvorkpoot (E).
12. Giet 350 mL Harley-Davidson type E vorkolie in de bovenste voorvorkpoot.
13. Pomp de bovenste voorvorkpoot 10 keer om het systeem te ontluchten.
Afbeelding 4. Oliekeerring-/​busgereedschap van de voorvork (HD-34634)
Afbeelding 5. Monteren van de voorvorkoliekeerring
WAARSCHUWING
Een onjuiste hoeveelheid vorkolie kan de rij-eigenschappen beïnvloeden en leiden tot verlies van de controle over de motorfiets, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00298a)
14. Zie Afbeelding 7. Stel het voorvorkoliepeil af op 120 mm (4.72 in) van de bovenkant van de bovenste voorvorkpoot als de bovenste voorvorkpoot is ingedrukt en de hoofdveer is verwijderd. Ga als volgt te werk:
a. Draai de duimbout van de metalen ring van de OLIEPEILMETER VOORVORK (HD-59000B) los en beweeg deze omhoog of omlaag langs de stang totdat de onderkant van de ring zich op 120 mm (4.72 in) van de onderkant van de stang bevindt. Draai de duimbout vast.
b. Druk de hendel op de cilinder helemaal in.
c. Steek de stang in de bovenzijde van de bovenste voorvorkpoot, tot de metalen ring vlak op de bovenzijde van de bovenste voorvorkpoot ligt en de bovenste voorvorkpoot volledig in de onderste voorvorkpoot geduwd is.
d. Trek de hendel naar buiten om voorvorkolie uit de bovenste voorvorkpoot te verwijderen. Let op de voorvorkolie in de transparante buis als het in de cilinder wordt gezogen.
e. Verwijder de stang uit de bovenste voorvorkpoot. Druk de hendel in de cilinder om overtollige vorkolie in een geschikte opvangbak te laten lopen.
f. Herhaal indien nodig stap 14(b)-14(e). Het oliepeil is correct als zichtbaar is dat er geen vorkolie meer uit de transparante buis wordt gezogen.
15. Plaats de hoofdveer (1) in de bovenste voorvorkpoot (E) met het compacte uiteinde naar beneden.
16. Plaats de veerring (S) en vervolgens de veerhuls (T) (van de originele voorvork).
17. Monteer de kap (A) en O-ring (B) van de bovenste voorvorkpoot boven op de bovenste voorvorkpoot. Haal de kap aan tot 29,9–80 N·m (22–59 ft-lbs).
Afbeelding 6. Voorvorkoliepeilmeter (HD-59000B)
Afbeelding 7. Verwijderen van de overtollige vorkolie
18. Verwijder de voorvork uit de voorvorkpoothouder.
19. Herhaal stap 1 t/m 18 voor de andere kant van de voorvork.
Monteer voorvorkpoten
1. Zie Afbeelding 1. Steek de onderste voorvorkpoot door de onderste en bovenste steunen voor. Plaats de bovenste voorvorkpoten zo, dat de bovenzijde van de voorvorkpootkappen (1) 10,7–12,7 mm (0.42–0,5 in) uitsteken boven de bovenste voorvorksteun.
2. Houd bij modellen met richtingaanwijzers op de voorvorksteun de bevestigingssteunen van de richtingaanwijzers rechtop. Haal bij alle modellen de klembouten (2) van de bovenste en onderste voorvorksteun aan met 40,7–47,5 N·m (30–35 ft-lbs).
3. Herhaal stap 1 en 2 voor de andere voorvorkpoot.
4. Raadpleeg de servicehandleiding en installeer het voorspatbord, het wiel en de remmen.
WAARSCHUWING
Telkens na het installeren van een wiel en alvorens met de motorfiets te gaan rijden, dienen de remmen een paar keer ingeknepen te worden om druk in het remsysteem op te bouwen. Onvoldoende remdruk kan de remwerking negatief beïnvloeden, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00284a)
5. Maak een pompende beweging met de remhendel om druk in het remsysteem op te bouwen.
6. Maak een proefrit met de motorfiets om te controleren dat de voorvork goed heen en weer schuift. Indien de remmen sponsachtig aanvoelen, moet u het remsysteem nogmaals ontluchten.
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 8. Serviceonderdelen voor XL verlagingsset voorzijde (45500-09)
Tabel 1. Serviceonderdelentabel
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
1
Veer (2)
Niet afzonderlijk
verkrijgbaar
2
Demperbuis (2)
Niet afzonderlijk
verkrijgbaar
Items genoemd in de tekst, maar niet in de set inbegrepen:
A
Kap, bovenste voorvorkpoot (2)
B
O-ring (2)
C
Ring, demperbuis (2)
D
Terugslagveer (2)
E
Bovenste voorvorkpoot met bus (2)
F
Onderste bus (2)
G
Kap, onderste voorvorkpoot (2)
H
Stofafdichting (2)
I
Sluitring (2)
J
Oliekeerring (2)
K
Afstandsring, oliekeerring (2)
L
Bovenste bus (2)
M
Onderste aanslag (2)
N
Onderste voorvorkpoot, links
O
Onderste voorvorkpoot, rechts (alle modellen behalve XL883R/XL1200R)
P
Onderste voorvorkpoot, rechts (XL883R/XL1200R)
Q
Bout en onderlegring (2)
R
Aftapbout met onderlegring (2)
S
Veerring (2)
T
Huls, veer (2)