STUURMONTAGESET ROAD TECH ZUMO-SATELLIETNAVIGATIESYSTEEM (GPS)

J054152016-09-01

ALGEMEEN

Setnummer

76000191B, 76000192B

Modellen

Deze set is nodig voor het gebruik van een Road Tech™ Zumo 660^®, Zumo 665^® of Zumo 590^® GPS-apparaat op specifieke modellen motorfietsen.

Voor modelgerelateerde informatie raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte "Parts and Accessories" (Onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).

Deze set IS NIET compatibel met:

Extra accessoireschakelaarbehuizingssets (links) (onderdeelnr. 70213-02C of 70248-02B).
Klok, met behulp van een klem aan de handhendelsteun gemonteerd (onderdeelnr. 75041-03 of 75042-03), OF thermometer (onderdeelnr. 75102-04 of 75104-04), indien aan de koppelingshendel steun gemonteerd.
Road Tech™ SiriusXM satelliet-radioreceiverset (onderdeelnr. 76390-05A).

OPMERKING

De SiriusXM-satellietradio is beschikbaar op het vasteland van de Verenigde Staten. De service is niet beschikbaar in Alaska of Hawaii. U heeft een abonnement nodig op SiriusXM-satellietradio, waar u apart voor moet betalen.

Montagevereisten

Een Road Tech Zumo 660 GPS-set (onderdeelnr. 92115-09), Road Tech Zumo North America GPS-set (onderdeelnr. 76000573) of een Road Tech Zumo 665 GPS-set (onderdeelnr. 76000014) is vereist. Deze sets zijn bij elke Harley-Davidson-dealer verkrijgbaar.

Bij Touring-modellen van 2014-2016 is de afzonderlijke aanschaf van een verbindingsdraadboom (onderdeelnr. 69200722) noodzakelijk.

Bij Touring-modellen van 2017 en later is de afzonderlijke aanschaf van een verbindingsdraadboom (onderdeelnr. 69201599) noodzakelijk.

Bij XL (Sportster)-modellen van 2014 en later is de afzonderlijke aanschaf van een verbindingsdraadboom (H-D onderdeelnr. 72673-11) noodzakelijk.

Bij XL (Sportster)-modellen van 2004 t/m 2013 is de afzonderlijke aanschaf van een serviceset voor de hendelbevestigingsbout (onderdeelnr. 42320-04A) noodzakelijk om de GPS-bevestigingssteun aan de koppelingshendel te bevestigen.

Bij Softail-modellen van 2011 en later is de afzonderlijke aanschaf van een verbindingsdraadboom (onderdeelnr. 72673-11) noodzakelijk.

Bij Dyna-modellen van 2012 en later is de afzonderlijke aanschaf van een verbindingsdraadboom (onderdeelnr. 72673-11) noodzakelijk.

Voor de juiste montage van deze set is het gebruik van een UltraTorch UT-100 (onderdeelnr. HD-39969), Robinair-heteluchtpistool (onderdeelnr. HD-25070) met krimpverloopstuk (onderdeelnr. HD-41183) of ander geschikt stralingswarmteapparaat noodzakelijk.

Bij de montage van deze set moet ook gebruik worden gemaakt van krimpgereedschap voor aansluitingen en andere onderdelen en hulpmateriaal. Na het losnemen van de accuklem is het gebruik van smeermiddel elektrische contactpunten (onderdeelnr. 99861-02) of gelijkwaardig vereist. Deze onderdelen zijn verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.

WAARSCHUWING

De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)

OPMERKING

Dit instructieblad verwijst naar informatie in de servicehandleiding. Voor installatie is een servicehandleiding voor dit modeljaar/model motorfiets vereist. Deze is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.

Elektrische overbelasting

MEDEDELING

U kunt u het oplaadsysteem van het motorvoertuig overbelasten indien u te veel elektrische accessoires aanbrengt. Als de op een bepaald moment gebruikte accessoires samen meer stroom verbruiken dan het laadsysteem kan opwekken, kan de accu als gevolg van het stroomverbruik leegraken waardoor er schade aan het elektrische systeem van de motorfiets kan ontstaan. (00211d)

WAARSCHUWING

Bij het installeren van een elektrische accessoire moet u controleren of het maximale amperage van de zekering of stroomonderbreker die het circuit beschermt dat u wijzigt, niet wordt overschreden. Het overschrijden van het maximale amperage kan leiden tot defecten in het elektrische systeem, hetgeen ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben. (00310a)

Zowel de Road Tech Zumo 660 als de 665 heeft maximaal 2,0 A stroom van het elektrische systeem nodig.

Serviceonderdelen

Zie Afbeelding 16 en Tabel 1

VOORBEREIDING

WAARSCHUWING

Om te voorkomen dat de motorfiets per ongeluk start, met ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, moet eerst de hoofdzekering worden verwijderd. (00251b)

OPMERKING

Voertuigen met alarmsirene van 2007 en later: Zorg dat u de afstandsbediening van het beveiligingssysteem bij u hebt en draai de contactsleutel naar de stand ON (aan). Zet na het uitschakelen van het alarmsysteem het contactslot op OFF (uit). Verwijder ONMIDDELLIJK De hoofdzekering volgens de instructies in de servicehandleiding.
Voertuigen met alarmsirene van 2006 en vroeger: Schakel de sirene met de afstandsbediening of met de beveiligingscode uit. Raadpleeg de servicehandleiding voor het verwijderen van de hoofdzekering.
Voertuigen ZONDER alarmsirene: Zie de servicehandleiding voor het verwijderen van de hoofdzekering.

Uitsluitend bij VRSC-modellen: Verwijder het aluminium luchtfilterhuisdeksel volgens de instructies in de servicehandleiding.

Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies voor het verwijderen van de hoofdzekering.

EFI-modellen BEHALVE VRSC:

WAARSCHUWING

Het hogedrukbrandstofsysteem moet worden ontlucht voordat u de toevoerleiding loskoppelt om wegspuiten van brandstof te voorkomen. Benzine is uitermate ontvlambaar en zeer explosief, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben. (00275a)

Ontlucht de brandstoftoevoerleiding en ontkoppel deze.

Voertuigen met hoofdzekering:

WAARSCHUWING

Om te voorkomen dat de motorfiets per ongeluk start, met ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, moet eerst de hoofdzekering worden verwijderd. (00251b)

Raadpleeg de servicehandleiding voor het verwijderen van de hoofdzekering. Verwijder het zadel en al het bevestigingsmateriaal en bewaar deze onderdelen.

Bij modellen met hoofdstroomonderbreker:

WAARSCHUWING

Om te voorkomen dat de motor per ongeluk start, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, moet eerst de minkabel (-) van de accu worden losgekoppeld. (00048a)

Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies om het zadel te verwijderen en de minkabel (zwart) van de minpool van de accu los te koppelen. Bewaar alle bevestigingsmaterialen van het zadel.

Modellen met carburateur:

WAARSCHUWING

Wanneer de brandstofleiding naar de carburateur wordt losgekoppeld van de brandstofklepaansluiting, kan er benzine uitlopen. Benzine is uitermate ontvlambaar en zeer explosief, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben. Verwijder eventueel gemorste brandstof onmiddellijk met een doek en gooi deze op een geschikte manier weg. (00256a)

Draai de brandstoftoevoerklep naar OFF (uit). Maak de brandstofleiding van de klep los.

Alle modellen BEHALVE VRSC-modellen:

WAARSCHUWING

Tijdens het uitvoeren van servicewerkzaamheden aan het brandstofsysteem is roken verboden en zijn open vuren en vonken in de nabijheid niet toegestaan. Benzine is uitermate ontvlambaar en zeer explosief, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben. (00330a)

1.	Modellen met brandstoftankconsole: Verwijder het instrumentenpaneel van de brandstoftank. Raadpleeg de servicehandleiding.
2.	Zie het juiste hoofdstuk (motor met carburateur of EFI) van de servicehandleiding voor instructies voor het verwijderen van de brandstoftank.

INSTALLEREN VAN DE MONTAGESTEUN EN -PLAAT

ALLE modellen:

OPMERKING

Gebruik geen chemicaliën op basis van oplosmiddelen of was rechtstreeks op plastic of rubberen onderdelen. Chemicaliën op basis van oplosmiddelen en was hebben invloed op het gedrag en het uiterlijk van plastic en rubber.

1.	Zie Afbeelding 16. Neem de GPS-montagesteun (1) uit de set. a. ALLE modellen BEHALVE XL (Sportster)-modellen van 2004 en later: Neem ook twee 1/4-20 x 1-1/8 in lange bouten (2) uit de set. b. Bij Sportster-modellen van 2004 en later: Zorg dat u ook serviceset voor de hendelbevestigingsbout heeft (onderdeelnr. 42320-04, afzonderlijk verkrijgbaar).
2.	ALLE modellen: Verwijder de standaard (OE) montagebouten voor de koppelingshendelklem en gooi deze bouten en klem weg. OPMERKING FLTR-modellen van 2015 en later zijn voorzien van een pen onder de standaardklem. Controleer of de pen binnen de uitsparing van de steun is gepositioneerd.
3.	Steek de nieuwe bouten in de GPS-montagesteun. Steek de schroefdraden door de gaten in de koppelingshendelbehuizing.
4.	Stel de hendel naar de wens van de berijder af. Haal de bouten aan tot 6,8–9 N·m (60–80 in-lbs).
5.	Neem de montageplaat (7), bovenste kogelklemhelft (5) en drie platkopbouten (6) uit de set.
6.	Steek de bouten zoals afgebeeld in de montageplaat en bovenste kogelklemhelft. Plaats de bovenste kogelklemhelft bovenop de montagekogel. Lijn hierbij de gaten uit met de gaten met schroefdraad in de onderste kogelklemhelft. Draai de schroeven in de onderste bolklem, positioneer de montageplaat zodanig dat er een geschikte kijkhoek ontstaat en haal de schroeven aan tot4–6,8 N·m (36–60 in-lbs).

MONTAGE VAN DE HOUDER

1.	Neem de houder (A) uit de Road Tech Zumo GPS-set en vier bolkopbouten (8) uit deze set.
2.	Plaats de houder op de montageplaat (7) en let erop dat de draadboom aan de rechterkant uitsteekt. Steek een bout door een van de gaten in de houder en in het overeenkomstige gat in de montageplaat. Haal de bouten niet volledig aan.
3.	Steek drie bouten in de overige gaten in de houder en de montageplaat. Haal vier bouten om de beurt aan tot 1,58–2,26 N·m (14–20 in-lbs).

VERLOOP VAN DE DRAADBOOM

OPMERKING

Leid de Zumo draadboom langs de buitenkant van het stuur, zelfs bij sturen met inwendige bedrading.

1.	Leid de losse uiteinden van de draadboom: a. Volg de bestaande bedrading vanaf de linker stuurschakelaars naar het midden van het stuur toe. Zet de draadboom met behulp van kabelbinders (19) uit de set op zijn plaats vast, terwijl u de draadboom langs het stuur naar het midden leidt. Bij sommige modellen is het nodig de stuurkap, instrumenten of andere accessoires los te nemen. Zie eventueel de servicehandleiding of de instructies van het accessoire.
2.	OPMERKING Bij bepaalde VRSC-modellen moet de kap van de koplamp of het instrumentenpaneel los worden gemaakt of worden verwijderd om bij de bedrading te kunnen komen. Volg het verloop van de bestaande bedrading voor het geleiden van de Zumo-draadboom: a. Door, over of om de bovenste balhoofdplaat b. Langs het frame van de motorfiets c. Naar een algemene plaats onder het zadel d. Uitsluitend bij VRSC-modellen: Leid de rode draad naar een plaats in de buurt van de pluspool van de accu, die zich aan de rechtervoorkant van het frame bevindt.
3.	Maak de Zumo draadboom met behulp van de kabelbinders (19) uit de set vast aan de draadbomen langs het motorfietsframe.

VERBINDINGSDRAADBOOM

ALGEMEEN

Voor het monteren van de Zumo stuurbeugel op de motorfiets moet u draadverbindingen maken. Zoek de instructies op voor een specifiek model in de onderstaande tekst. Raadpleeg de bijlage in de servicehandleiding voor de juiste procedures voor draadverbindingen.

WAARSCHUWING

Volg de instructies van de fabrikant bij het gebruik van de UltraTorch UT-100 of een ander stralingswarmteapparaat. Het niet volgen van de instructies van de fabrikant kan brand veroorzaken, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00335a)

Richt de hitte niet op onderdelen van het brandstofsysteem. Extreme hitte kan ontbranden/exploderen van brandstof veroorzaken, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
Richt de hitte niet op andere onderdelen van het elektrische systeem, behalve de verbinders waarop u warmtekrimp toepast.
Houd uw handen uit de buurt van de punt van het gereedschap en het warmtekrimphulpstuk.

Bij Touring-modellen van 2014 en later: Ga door naar RODE DRAAD OP GESCHAKELDE STROOMVOORZIENING AANSLUITEN.

Bij Sportster-modellen van 2014 en later: Zie volgende deel.

Bij Softail-modellen van 2011 en later: Zie volgende deel.

Bij Dyna-modellen van 2012 en later: Zie volgende deel.

Voor ALLE OVERIGE modellen:Ga door naar AANSLUITEN VAN ZWARTE DRAAD voor het specifieke model.

Bij SPORTSTER-modellen van 2014 en later, SOFTAIL-modellen van 2011 en later en DYNA-modellen van 2012 en later

OPMERKING

Afzonderlijke aanschaf van verbindingsdraadboom (onderdeelnr. 72673-11) noodzakelijk.

1.	Zoek de connector voor de Digital Technician [91A] (een grijze zespolige Deutsch-connector met een rubberen hoes): Onder het zadel bij Softail -modellen, of in de elektrische caddy, onder het linker zijdeksel, bij Dyna- en Sportster -modellen. Plaats de verbindingsdraadboom in de buurt van de connector [91A], maar sluit deze nu nog NIET aan.
2.	Leid de Zumo draadboom naar de verbindingsdraadboom. Knip de in-line zekeringhouder in de rode draad NIET af. Knip de draden op een zodanige lengte af dat de afgedichte stootverbinders van de verbindingsdraadboom gemakkelijk bereikbaar zijn.
3.	Verbind de zwarte Zumo-draad met de zwarte draden van de elektrische verbindingskabelboom.
4.	Verbind de rode Zumo-draad met de rood/gele draden van de verbindingsdraadboom.
5.	Gebruik een heteluchtpistool of geschikt stralingswarmteapparaat om de connector op de draden te krimpen.
6.	Gebruik een heteluchtpistool of geschikt stralingswarmteapparaat om het open uiteinde van de afgedichte stootverbinder op de rood/blauwe draad van de elektrische aansluitset af te dichten.
7.	Trek de rubberen hoes uit de grijze Digital Technician pin-connector [91A]. Snijd de hoes los van de draden.
8.	Sluit het contacthuis van de verbindingsdraadboom aan op stekker [91A].
9.	Plaats de rubberen hoes op de open connector van de verbindingskabelboom.
10.	a. Draai bij Softail-modellen de vier bouten waarmee de ECM op de montagesteun is bevestigd of verwijder deze. Leid de verbindingskabelboom onder de ECM-connector door. Draai vier bouten vast: Koppel: 5,1–6,2 N·m (45–55 in-lbs) Zeskantinbusbout b. Installer bij Dyna-modellen het linker zijpaneel.
11.	Ga door naar het hoofdstuk VOLTOOIING.

AANSLUITEN VAN ZWARTE DRAAD OP MASSA

Dyna-modellen van 2011 en eerder

1.	Verwijder de moer van de massabout, die zich aan de bovenkant van het frame bevindt, onder het zadel nabij de brandstoftank.
2.	Kies de juiste ringklem (13 of 14) uit de set die op de massabout past.
3.	Zie Afbeelding 1. Knip de zwarte draad af op de draadboom van de Zumo om de massalocatie gemakkelijk te kunnen bereiken. Krimp de ringklem aan het draaduiteinde, volgens de Packard-krimpgereedschapinstructies in de bijlage van de servicehandleiding.
4.	Sluit de ringklem aan op de massaverbinding. Haal aan tot het aanhaalmoment zoals gespecificeerd in de servicehandleiding.
5.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	Achterlichtdraadboom (oranje/witte draad)
2	Massaklem (zwarte draad)

Afbeelding 1. Stroom- en massaverbindingen (Dyna-modellen)

Softail-modellen van 2010 en eerder

1.	Verwijder de massabout aan de bovenkant van het frame, onder het zadel nabij de brandstoftank.
2.	Kies de juiste ringklem (13 of 14) uit de set die op de massabout past.
3.	Knip de zwarte draad af op de draadboom van de Zumo om de massalocatie gemakkelijk te kunnen bereiken. Krimp de ringklem aan het draaduiteinde, volgens de Packard-krimpgereedschapinstructies in de bijlage van de servicehandleiding.
4.	Zie Afbeelding 2. Plaats de ringklem op de schroefdraad van de massabout. Bevestig de massabout aan het frame (2). Haal aan tot het aanhaalmoment zoals gespecificeerd in de servicehandleiding.
5.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	Achterlichtdraadboom (oranje/witte draad)
2	Massaklem (zwarte draad)
3	Accu

Afbeelding 2. Stroom- en massaverbindingen (Softail-modellen)

Sportster-modellen van 2013 en eerder

1.	Verwijder de zijafdekking van het elektrische systeem aan de linkerkant naast de accu.
2.	Leid de Zumo draadboom door de bovenkant van het frame onder het zadel langs naar de stroomonderbreker die zich aan de binnenkant van de elektrische zijafdekking bevindt.
3.	Zie Afbeelding 3. Verwijder de massabout (1) die zich op de volgende locatie bevindt: a. Onder het zadel bij sommige modellen van 1996 t/m 2003 b. Nabij de achtervork bij modellen van 1995 of eerder en modellen van 1996 t/m 2003 zonder een bout onder het zadel c. Op het motorblok in de buurt van de startmotor bij modellen van 2004 t/m 2013.
4.	Kies de juiste ringklem (13 of 14) uit de set die op de massabout past.
5.	Knip de zwarte draad af op de draadboom van de Zumo om de massalocatie gemakkelijk te kunnen bereiken. Krimp de ringklem aan het draaduiteinde, volgens de Packard-krimpgereedschapinstructies in de bijlage van de servicehandleiding.
6.	Plaats de ringklem op de schroefdraad van de massabout. Bevestig de massabout op de oorspronkelijke plaats. Haal aan tot het aanhaalmoment zoals gespecificeerd in de servicehandleiding.
7.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	Massabouten (zwarte draad)

Afbeelding 3. Massaverbindingen (Sportster-modellen)

Touring-modellen van 2003 en eerder

WAARSCHUWING

Koppel eerst de minkabel (-) van de accu los. Mocht de pluskabel (+) in contact komen met massa terwijl de minkabel (-) nog is aangesloten, dan kan de accu door de vonken die dan ontstaan, exploderen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00049a)

Als de minkabel van de accu NIET WAS losgekoppeld bij het begin van de montage, raadpleeg dan de servicehandleiding om het zadel te verwijderen en de minkabel (zwart) van de minpool van de accu los te koppelen. Bewaar alle bevestigingsmaterialen van het zadel. Raadpleeg de servicehandleiding voor het loskoppelen van de pluskabel van de accu.

Verwijder de accu.

OPMERKING

De zwarte draad moet lang genoeg zijn, zodat de accu in de accuruimte past zonder de draad te knikken of uit te rekken.

Zie Afbeelding 4. Knip de zwarte draad op de draadboom van de Zumo af om het massatapeind (2) gemakkelijk te kunnen bereiken. Het massatapeind bevindt zich onder de zekering in de accuruimte onder het zadel.

Kies de juiste ringklem (13 of 14) uit de set die op het massacontactpunt past.

Krimp de ringklem aan het draaduiteinde, volgens de Packard-krimpgereedschapinstructies in de bijlage van de servicehandleiding.

1	Zilverkleurige klem van stroomonderbreker (rode draad)
2	Massaklem (zwarte draad)

Afbeelding 4. Aansluitingen (met accu verwijderd) - Touring-modellen van 2003 of eerder (FLHTCU-model van 2003 afgebeeld)

Sluit de ringklem op het massatapeind aan. Haal aan tot het aanhaalmoment zoals gespecificeerd in de servicehandleiding.

Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

Touring-modellen van 2004 en later

1.	Bepaal waar het massacontactpunt voor de hoofddraadboom zich op het frame bevindt (er zijn twee massacontactpunten, onder het zadel, vóór de accu).
2.	Verwijder de moer van een van de massacontactpunten op het frame.
3.	Kies de juiste ringklem (13 of 14) uit de set die op het massacontactpunt past.
4.	Knip de zwarte draad af op de draadboom van de Zumo om de massalocatie gemakkelijk te kunnen bereiken. Krimp de ringklem aan het draaduiteinde, volgens de Packard-krimpgereedschapinstructies in de bijlage van de servicehandleiding.
5.	Sluit de ringklem aan op de massaverbinding. Haal aan tot het aanhaalmoment zoals gespecificeerd in de servicehandleiding.
6.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

V-Rod-modellen van 2006 en eerder

1.	Zie Afbeelding 5. Verwijder de bout (1, onder het zadel) waarmee het contactslot (2) aan de rechterkant van het frame is bevestigd.
2.	Schraap de lak van de bovenkant van het frame af waar de bout werd verwijderd, om een goed massacontact te krijgen.
3.	Kies de juiste ringklem (13 of 14) uit de set die op de bout van het contactslot past.
4.	Knip de zwarte draad af op de draadboom van de Zumo om de massalocatie gemakkelijk te kunnen bereiken. Krimp de ringklem aan het draaduiteinde, volgens de Packard-krimpgereedschapinstructies in de bijlage van de servicehandleiding.
5.	Plaats de ringklem van de zwarte draad op de schroefdraad van de bout van het contactslot. Monteer de bout aan het contactslot. Haal aan tot 6–10 N·m (53–88 in-lbs).
6.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	Bout
2	Contactslot

Afbeelding 5. Massaverbinding (V-Rod-modellen van 2006 en eerder)

V-Rod-modellen van 2007 en later

De zwarte draad van de Zumo draadboom wordt rechtstreeks aangesloten op de minpool van de accu.

1.	Kies de juiste ringklem (13 of 14) uit de set die op de bevestiging van de minpool van de accu past.
2.	Knip de zwarte draad van de Zumo draadboom zodanig af, dat deze zich nabij de minpool van de accu bevindt. Krimp de ringklem aan het uiteinde van de zwarte draad, volgens de Packard-krimpgereedschapinstructies in de bijlage van de servicehandleiding.
3.	Bevestig de ringklem van de zwarte draad aan de minpool van de accu. Draai het bevestigingsmiddel aan tot 7–10 N·m (60–96 in-lbs).

ALLE modellen

Let op dat de zwarte draad voldoende speling heeft zodat de beweging van het stuur niet wordt belemmerd.

Ga verder met het hoofdstuk AANSLUITEN VAN RODE DRAAD voor het specifieke model.

AANSLUITEN VAN RODE DRAAD OP GESCHAKELDE STROOMVOORZIENING

Zoek in de bedradingsschema's van de servicehandleiding voor een motorfiets van een specifiek model en jaar naar een stroomvoorziening, die wordt gevoed via het contactslot.

Dyna-modellen van 2003 en eerder

De geschakelde stroomvoorziening van de Zumo is een oranje/witte (O/W) stroomdraad in de hoofddraadboom in de zijafdekking van het elektrische systeem.

1.	Verwijder de zijafdekking van het elektrische systeem aan de linkerkant naast de accu.
2.	Zie Afbeelding 1. Snijd voorzichtig een deel van de ommanteling van de hoofddraadboom open op een toegankelijke plaats of binnen het zijdeksel. Knip een oranje/witte stroomdraad van de hoofddraadboom door.
3.	Knip de overtollige lengte van de rode stroomdraad van de Zumo-draadboom zodanig af, dat de afgeknipte oranje/witte draden in de zijafdekking gemakkelijk bereikt kunnen worden. Knip de in-line zekeringhouder NIET af.
4.	Zie Afbeelding 16. Haal de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set. Zie Afbeelding 6. de 'twee-in-een' stootverbinderconfiguratie. Verbind de stroomdraad van de Zumo-draadboom met de oranje/witte draden van de hoofddraadboom volgens de instructies in de bijlage van de servicehandleiding.
5.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	'een-in-een' stootverbinding
2	'twee-in-een' stootverbinding
3	'drie-in-een' stootverbinding

Afbeelding 6. Stootverbinderconfiguraties

Dyna-modellen van 2004 t/m 2011

De geschakelde stroomvoorziening van de Zumo is een open zekeringpositie op het zekeringpaneel. Zie het hoofdstuk ZEKERINGEN in de servicehandleiding en het juiste bedradingsschema in de bijlage van de servicehandleiding.

1.	Verwijder de zijafdekking van het elektrische systeem aan de linkerkant naast de accu. Houd beide zijden stevig vast en trek de afdekking opzij.
2.	Verwijder het elektrische paneel uit de motorfiets volgens de instructies in de servicehandleiding.
3.	Zie Afbeelding 16. Haal de oranje/witte adapterdraad voor het zekeringblok (15) uit de set. Let op de klem aan beide uiteinden ( Zie Afbeelding 7. ). Uitsluitend de klem met de veerlipjes past in dit zekeringblok. Snijd de niet-gebruikte klem voorzichtig van de draad af en gooi deze weg.
4.	Zie Afbeelding 8. Zoek de zekeringplaats (1) gemarkeerd met 'OPEN' op de zekeringblokafdekking in het rechter zekeringblok. Steek de klem in de oranje/witte adapterdraad totdat deze stopt. Vergelijk dit met een klem die fabrieksmatig is aangebracht om de juiste stand en diepte te bepalen.
5.	Knip de overtollige lengte van de rode stroomdraad van de Zumo-draadboom zodanig af, dat deze in de buurt van de adapterdraad komt. Knip de in-line zekeringhouder NIET af.
6.	Zie Afbeelding 16. Haal de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set. Zie 'Kilometerteller', 'GEEN AFSTANDSBEDIENING' Zie Afbeelding 6. , de 'een-in-een' stootverbinderconfiguratie. Verbind de stroomdraad van de Zumo-kabelboom met de adapterdraad volgens de instructies in de bijlage van de servicehandleiding.
7.	Steek de 2 A-zekering (18) uit de set in de zekeringplaats voor 'OPEN' om het circuit te sluiten.
8.	Monteer het elektrische paneel volgens de instructies in de servicehandleiding. Monteer het deksel van het elektrische paneel. Lijn de pennen uit met de rubber bussen in het elektrische paneel. Druk deze stevig op zijn plaats.
9.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	Deze klem van de draad AFSNIJDEN
2	Deze klem NIET VERWIJDEREN
3	Veerlipjes (2)

Afbeelding 7. Adapterdraad, zekeringblok (Dyna- en Softail-modellen)

Afbeelding 8. 'OPEN'-zekeringblokplaats (Dyna-modellen van 2004 en later)

Softail-modellen van 2003 en eerder

De geschakelde stroomvoorziening van de Zumo is de oranje/witte (O/W) draad in de achterlichtdraadboom onder het zadel.

1.	Zie Afbeelding 2. Snijd voorzichtig een deel van de ommanteling van de achterlichtdraadboom (1) op een toegankelijke plaats onder het zadel open. Knip de oranje/witte draad door.
2.	Knip de overtollige lengte van de rode stroomdraad van de Zumo-draadboom zodanig af, dat de afgeknipte oranje/witte draden onder het zadel gemakkelijk bereikt kunnen worden. Knip de in-line zekeringhouder NIET af.
3.	Zie Afbeelding 16. Haal de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set. Zie Afbeelding 6. , de 'twee-in-een' stootverbinderconfiguratie. Verbind de stroomdraad van de Zumo-draadboom met de oranje/witte draden volgens de instructies in de bijlage van de servicehandleiding.
4.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

Softail-modellen van 2004 t/m 2010

Verwijder de zekeringblokafdekking. Verwijder de twee zeskantbouten waarmee de zekeringbloksteun is bevestigd. Trek de steun en het zekeringblok uit het frame van de motorfiets.
Druk op de lip waarmee het linker zekeringblok is vergrendeld. Schuif het blok uit de montagegleuven.
Zie Afbeelding 16. Haal de oranje/witte adapterdraad voor het zekeringblok (15) uit de set. Let op de klem aan beide uiteinden (zie Afbeelding 7 ). Uitsluitend de klem met de veerlipjes past in dit zekeringblok. Snijd de niet-gebruikte klem voorzichtig van de draad af en gooi deze weg.
Zie Afbeelding 9. Zoek de zekeringplaats (1) gemarkeerd met 'P&A IGN' op de zekeringblokafdekking in het rechter zekeringblok. Steek de klem in de oranje/witte adapterdraad totdat deze stopt. Vergelijk dit met een klem die fabrieksmatig is aangebracht om de juiste stand en diepte te bepalen.
Knip de overtollige lengte van de rode stoomdraad van de Zumo-draadboom zodanig af, dat deze ruim binnen het bereik van de adapterdraad komt. Knip de in-line zekeringhouder NIET af.
Zie Afbeelding 16. Haal de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set. Zie Afbeelding 6 , de 'een-in-een' stootverbinderconfiguratie. Verbind de stroomdraad van de Zumo-kabelboom met de adapterdraad volgens de instructies in de bijlage van de servicehandleiding.
Zie Afbeelding 16. Steek de 2 A-zekering (18) uit de set in de zekeringplaats voor 'P&A IGN' om het circuit te sluiten.
Schuif het zekeringblok in de bevestigingsgleuven in de zekeringbloksteun totdat deze stevig vastklikt. Installeer de steun en het zekeringblok en bevestig deze met de twee inbusbouten die eerder werden verwijderd. Draai stevig vast.
Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

Afbeelding 9. 'P&A IGN'-zekeringblokplaats (Softail-modellen van 2004 t/m 2010)

Sportster-modellen

De geschakelde stroomvoorziening van de Zumo is een oranje/witte (O/W) stroomdraad in de hoofddraadboom in de zijafdekking van het elektrische systeem of onder het zadel.

Zie Afbeelding 10. Snijd voorzichtig een deel van de ommanteling van de hoofddraadboom op een toegankelijke plaats in de zijafdekking van het elektrische systeem of onder het zadel open. Knip een oranje/witte stroomdraad van de hoofddraadboom door.

1	Linker zijafdekking met daarin de zilverkleurige klem (rode draad) van de stroomonderbreker
2	Standaard draadboom (oranje/witte draad)

Afbeelding 10. Stroomaansluitingen (XL-modellen)

Knip de overtollige lengte van de rode stroomdraad van de Zumo-draadboom zodanig af, dat de afgeknipte oranje/witte draden in de zijafdekking of onder het zadel gemakkelijk bereikt kunnen worden. Knip de in-line zekeringhouder NIET af.

Zie Afbeelding 16. Haal de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set. Zie Afbeelding 6 , de 'twee-in-een'-stootverbinderconfiguratie. Verbind de stroomdraad van de Zumo-draadboom met de oranje/witte draden van de hoofddraadboom volgens de instructies in de bijlage van de servicehandleiding.

Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

Touring-modellen van 2003 en eerder

De geschakelde stroomvoorziening van de Zumo is een oranje/witte (O/W) stroomdraad in de hoofddraadboom binnenin de rechter zijafdekking, nabij de bovenkant.

Zie Afbeelding 11. Snijd voorzichtig een deel van de ommanteling van de hoofddraadboom open op een toegankelijke plaats binnen de zijafdekking van het elektrische systeem. Knip een oranje/witte stroomdraad van de hoofddraadboom door.

1	Zekeringblokdraadboom (oranje/witte draad)

Afbeelding 11. Zekeringblokdraadboom achter linker zijafdekking, Touring-modellen van 2003 of eerder (FLHTCUI afgebeeld)

Knip de overtollige lengte van de rode stroomdraad van de Zumo-draadboom zodanig af, dat de afgeknipte oranje/witte draden in de zijafdekking gemakkelijk bereikt kunnen worden. Knip de in-line zekeringhouder NIET af.

Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

Touring-modellen van 2004 t/m 2007

1.	a. Bij modellen van 2004 t/m 2006: Verwijder de linker zijafdekking volgens de instructies in de servicehandleiding om toegang te krijgen tot het zekeringblok. b. Bij modellen van 2007: Verwijder de rechter zijafdekking volgens de instructies in de servicehandleiding om toegang te krijgen tot het zekeringblok. c. Bij modellen van 2004 t/m 2007: Verwijder de hoofdzekeringhouder, het zekeringblok en de stofkap van de motorfiets volgens de instructies in de servicehandleiding.
2.	Haal de oranje/witte adapterdraad voor het zekeringblok (15) uit de set. a. Bij modellen van 2004 t/m 2006: Zie Afbeelding 12. (bovenste weergave). Let op de klem aan beide uiteinden Alleen de klem ZONDER de veerlipjes past in de zekeringplaats. Snijd de klem MET de veerlipjes voorzichtig van de draad af en gooi deze weg. b. Bij modellen van 2007: Zie Afbeelding 12. (onderste weergave). Let op de klem aan beide uiteinden. Uitsluitend de klem MET de veerlipjes past in de zekeringplaats. Snijd de klem ZONDER de veerlipjes voorzichtig van de draad af en gooi deze weg.
3.	Modellen van 2004 t/m 2007: Zie Afbeelding 13. Zoek de zekeringplaats gemarkeerd met 'P&A IGN', '2A MAX' (1). Verwijder de drie, momenteel aanwezige, zekeringen (2) in deze rij en noteer hun locatie.
4.	Verwijder de oranje kunststof secundaire vergrendeling voorzichtig uit het zekeringblok. Steek de klem in de oranje/witte adapterdraad totdat deze stopt. Vergelijk dit met een klem die fabrieksmatig is aangebracht om de juiste stand en diepte te bepalen. Monteer de secundaire vergrendeling.
5.	Plaats de drie zekeringen die u in stap 3 hebt verwijderd.
6.	Zie Afbeelding 16. Snijd de overtollige lengte van de oranje/witte draad van de Zumo-draadboom af. Gebruik de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set, splits de draad en sluit deze aan op de adapterdraad die in stap 4 werd bevestigd.
7.	Plaats de 2 A-zekering (18) uit de set in de zekeringplaats gemarkeerd met 'P&A IGN', '2A MAX' om het circuit te sluiten.
8.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	Deze klem van de draad AFSNIJDEN
2	Deze klem NIET VERWIJDEREN
3	Veerlipjes (2)

Afbeelding 12. Adapterdraad, zekeringblok (FL Touring-modellen)

1	Locatie van zekering P&A IGN
2	Verwijder deze zekeringen (3)

Afbeelding 13. P&A IGN-zekeringplaats (Touring-modellen van 2004 t/m 2007)

Touring-modellen van 2008 t/m 2013

1.	Verwijder de linker zijafdekking volgens de instructies in de servicehandleiding om toegang te krijgen tot het zekeringblok. Verwijder de linker elektrische caddy van de motorfiets. Verwijder volgens de instructies in de servicehandleiding de zekeringblokken van de achterkant van de caddy.
2.	Haal de oranje/witte adapterdraad voor het zekeringblok (15) uit de set. a. Zie Afbeelding 12. (Bovenste weergave). Let op de klem aan beide uiteinden. Uitsluitend de klem MET de veerlipjes past in de zekeringplaats. Snijd de klem ZONDER de veerlipjes voorzichtig van de draad af en gooi deze weg.
3.	Zie Afbeelding 14. Zoek zekeringplaats 1A-1B (op het deksel gemarkeerd met 'P&A IGN', '2A MAX') op het onderste zekeringblok (1). Verwijder het remrelais (2) en de zekering (3, indien aanwezig) nu in kolom A-B geplaatst en schrijf op waar ze zitten.
4.	Verwijder voorzichtig de oranje plastic secundaire vergrendeling van kolom A-B. Steek de klem aan de oranje/witte adapterdraad in het lege gat totdat deze stopt. Vergelijk dit met een klem die fabrieksmatig is aangebracht om de juiste stand en diepte te bepalen. Monteer de secundaire vergrendeling.
5.	Plaats het relais (en de zekering, indien aanwezig) die u in stap 3 hebt verwijderd.
6.	Zie Afbeelding 16. Snijd de overtollige lengte van de oranje/witte draad van de Zumo-draadboom af. Gebruik de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set, splits de draad en sluit deze aan op de adapterdraad die in stap 4 werd bevestigd.
7.	Steek de 2 A-zekering (18) uit de set in zekeringplaats 1A-1B ( Zie Afbeelding 14. , Onderdeel 4) om het circuit te sluiten.
8.	Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

1	Onderste zekeringblok kolom A-B
2	Remrelais
3	Zekering (indien aanwezig)
4	Zekeringplaats 1A-1B

Afbeelding 14. P&A IGN-zekeringplaats (Touring-modellen van 2008 t/m 2013)

Touring-modellen van 2014 t/m 2016

OPMERKING

De elektrische connectoren zijn in de servicehandleiding aangegeven met een getal en een letter zoals hier is afgebeeld tussen blokhaken.

1.	Zoek de connector [4A] op, een grijze 8-polige Molex-pinconnector onder de linker zijafdekking in de elektrische caddy, direct boven de Digital Technician-connector [91A] (een grijze 8-polige Deutsch-pinconnector met een rubberen hoes).
2.	Wanneer een verbindingsdraadboom (onderdeelnr. 69200722, apart verkrijgbaar) wordt geïnstalleerd: Voer de draadboom volgens de instructies in die set, maar sluit deze nog NIET aan op de connector [4A]. Als de verbindingsdraadboom reeds is gemonteerd: Maak de draadboom los van de connector [4A]. OPMERKING De Zumo-draadboom verbindt twee van de afgedichte uiteinden van de verbindingsdraadboom. De afdichtdop van de ROOD/BLAUWE draad mag NIET WORDEN VERWIJDERD. Als de accessoirekabels al zijn verbonden met de elektrische verbindingskabelboom bij een eerdere montage van een accessoire, knip dan de verbindingen door. Zie DRAADBOOM AANSLUITEN – ALGEMEEN hierboven. Raadpleeg de bijlage in de servicehandleiding voor de juiste procedures voor draadverbindingen. Maximaal drie accessoires kunnen op de verbindingsdraadboom worden aangesloten. Voor meervoudige splitsingconfiguraties Zie Afbeelding 6.
3.	Controleer of de draadboom uit connector [4A] getrokken is. a. Knip de dop van de zwarte draad, strip de isolatie van de draad en krimp deze aan de ZWARTE draad van de draadboom uit deze set. b. Knip de dop van de paars/blauwe draad, strip de isolatie van de draad en krimp deze aan de oranje/witte draad van de draadboom uit deze set. c. De afdichtdop van de ROOD/BLAUWE draad mag NIET WORDEN VERWIJDERD.
4.	Steek de draadboom in de connector [4A]. Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

Touring-modellen van 2017 en later

OPMERKING

De elektrische connectoren zijn in de servicehandleiding aangegeven met een getal en een letter zoals hier is afgebeeld tussen blokhaken.

1.	Zoek de connector [325B] op een grijze 3-polige Molex-pinconnector onder de rechter zijafdekking in de elektrische caddy.
2.	Wanneer een verbindingsdraadboom (onderdeelnr. 69201599, apart verkrijgbaar) wordt geïnstalleerd: Voer de draadboom volgens de instructies in die set, maar sluit deze nog NIET aan op de connector [325B]. Als de verbindingsdraadboom reeds is gemonteerd: Maak de draadboom los van de connector [325B]. OPMERKING De Zumo-draadboom verbindt twee van de afgedichte uiteinden van de verbindingsdraadboom. De afdichtdop van de ROOD/BLAUWE draad mag NIET WORDEN VERWIJDERD. Als de accessoirekabels al zijn verbonden met de elektrische verbindingskabelboom bij een eerdere montage van een accessoire, knip dan de verbindingen door. Zie DRAADBOOM AANSLUITEN – ALGEMEEN hierboven. Raadpleeg de bijlage in de servicehandleiding voor de juiste procedures voor draadverbindingen. Maximaal drie accessoires kunnen op de verbindingsdraadboom worden aangesloten. Voor meervoudige splitsingconfiguraties Zie Afbeelding 6.
3.	Controleer of de draadboom uit connector [325B] getrokken is. a. Knip de dop van de zwarte draad, strip de isolatie van de draad en krimp deze aan de ZWARTE draad van de draadboom uit deze set. b. Knip de dop van de paars/blauwe draad, strip de isolatie van de draad en krimp deze aan de oranje/witte draad van de draadboom uit deze set. c. De afdichtdop van de ROOD/BLAUWE draad mag NIET WORDEN VERWIJDERD.
4.	Steek de draadboom in de connector [325B]. Ga door naar ALLE modellen in dit hoofdstuk.

V-Rod-modellen

De geschakelde stroomvoorziening van de Zumo is een oranje/witte (O/W) draad in de hoofddraadboom die van het zekeringblok af komt.

1.	Zie Afbeelding 15. Snijd voorzichtig een deel van de ommanteling van de hoofddraadboom open op een toegankelijke plaats in de buurt van het zekeringblok (2). Knip de oranje/witte draad in de hoofddraadboom door die naar de zekeringplaats (1) loopt met de markering: a. ACCESSORIES (accessoires) bij modellen van 2002 t/m 2006 b. P&A IGNITION (P&amp-ontsteking) bij modellen van 2007 en later
2.	Knip de overtollige lengte van de rode stroomdraad van de Zumo-draadboom zodanig af, dat de afgeknipte oranje/witte draden bij het zekeringblok gemakkelijk bereikt kunnen worden. Knip de in-line zekeringhouder NIET af.
3.	Zie Afbeelding 16. Haal de blauwe afgedichte stootverbinder (17) uit de set. Zie Afbeelding 6. de 'twee-in-een' stootverbinderconfiguratie. Verbind de stroomdraad van de Zumo-draadboom met de oranje/witte draden van de hoofddraadboom volgens de instructies in de bijlage van de servicehandleiding.
4.	Steek de 2 A-zekering (18) uit de set in de zekeringplaats om het circuit te sluiten.

1	Accessoirezekering
2	Zekeringblok

Afbeelding 15. Locaties accessoirezekeringen (V-Rod-modellen)

ALLE modellen

Let op dat de rode draad voldoende speling heeft zodat de beweging van het stuur niet wordt belemmerd.

Ga door naar het volgende gedeelte.

VOLTOOIING

OPMERKING

Voer de volgende stappen pas uit NADAT de Zumo en alle bijbehorende bedrading zijn geïnstalleerd volgens de procedures die zijn beschreven in dit instructieblad voor het specifieke model motorfiets.

1.	Plaats het Road Tech Zumo GPS-apparaat volgens de instructies uit de GPS-set op de houder. OPMERKING Controleer of het contactslot op OFF (Uit) staat voordat de hoofdzekering wordt geplaatst of de accukabels worden aangesloten.
	WAARSCHUWING Sluit eerst de pluskabel (+) van de accu aan. Mocht de pluskabel (+) in contact komen met massa terwijl de minkabel (-) nog is aangesloten, dan kan de accu door de vonken die dan ontstaan, exploderen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00068a)
2.	Uitsluitend bij Touring-modellen van 2003 en eerder: Zie de servicehandleiding voor het aansluiten van de accukabels, begin met de pluskabel. Smeer een dunne laag vaseline of corrosievertragend materiaal op beide accupolen. ALLE OVERIGE modellen:Modellen met hoofdzekering: Raadpleeg de servicehandleiding voor het plaatsen van de hoofdzekering. Modellen met hoofdstroomonderbreker (BEHALVE Sportster-modellen): Raadpleeg de servicehandleiding voor het aansluiten van de minkabel van de accu. Smeer een dunne laag vaseline of corrosievertragend materiaal op beide accupolen. Bij Sportster-modellen met hoofdstroomonderbreker: Raadpleeg de servicehandleiding voor het bevestigen van de minkabel van de accu aan het motorcarter.
3.	Uitsluitend bij V-Rod-modellen: Bevestig het aluminium luchtfilterhuisdeksel volgens de instructies in de servicehandleiding. ALLE OVERIGE modellen: Plaats de brandstoftank volgens de instructies in de servicehandleiding.
4.	Bevestig de stuurkap, stuurverhogerkap of kuip, indien aanwezig, volgens de instructies in de servicehandleiding.
5.	Zet het contactschakelaar AAN, maar start de motor niet. Test of het Road Tech Zumo apparaat correct functioneert.
6.	Raadpleeg de servicehandleiding. Bevestig het zadel. Trek na montage het zadel omhoog om te controleren of het goed vastzit.

SERVICEONDERDELEN

Afbeelding 16. Serviceonderdelen, Road Tech Zumo 660 en Zumo 665 GPS stuurmontageset

Tabel 1. Serviceonderdelen

Onderdeel	Beschrijving (aantal)	Onderdeelnummer
1	Montagesteun, Road Tech Zumo 660/665 (verchroomd)	76000189A
	Montagesteun, Road Tech Zumo 660/665 (zwart)	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
2	Dopbout, bolkop, 1/4-20 x 28,6 mm (1⅛ in) lang (2) (verchroomd)	4293
	Dopbout, bolkop, 1/4-20 x 28,6 mm (1⅛ in) lang (2) (zwart)	4132
3	Montagekogel	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
4	Kogelklem, onderkant	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
5	Kogelklem, bovenkant	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
6	Bout, zeskant inbus, platkop, nr. 10-24 x 25 mm (1 in) lang (3)	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
7	Montageplaat, Zumo 660/665 GPS	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
8	Bout, bolkop, M4 (4)	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
9	Oortelefoonset (bevat items 10 en 11)	91771-04
10	Oortelefoon	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
11	Kabel, verlengstuk	Niet afzonderlijk verkrijgbaar
12	Klem, met kleeflaag (3)	10271
13	Ringklem, nr. 18-22 AWG (1/4 inch tapeind)	9858
14	Ringklem, nr. 18-22 AWG (5/16 inch tapeind)	9859
15	Adapterdraad zekeringblok, oranje/wit	70329-04
16	Afgedichte stootverbinder, nr. 18-20 AWG (rood)	70585-93
17	Afgesloten stootverbinder, #14-16 AWG (blauw)	70586-93
18	Zekering, bladtype, 2 A (2)	54305-98
19	Kabelbinder (10)	10006
Items genoemd in de tekst, maar niet in set inbegrepen (Zumo 660/665 getoond):
A	Houder, Zumo 660/665 GPS
B	Zumo 660/665 GPS-apparaat