Sets | Modellen |
---|---|
59802-05 | Standaard hoogte, transparant |
58751-05 | Standaard hoogte, getint |
57199-05 | Compact laag profiel, getint |
58360-09 | Standaard hoogte, transparant, zwarte beugels |
58376-09 | Compact, laag profiel, getint, zwarte beugels |
1. | Plaats de koppelingskabel als volgt op het stuur: | |||||||||||
2. | Zie Afbeelding 1 . Schuif de rubberen hoes van de kabelafsteller. De kabelafsteller bevindt zich ongeveer halverwege de koppelingskabel bij de voorste framebuis. | |||||||||||
3. | Houd de kabelafsteller met een 1/2 inch sleutel vast en draai de contramoer met een 9/16 inch sleutel los. Schroef de contramoer van de kabelafsteller af. Draai de kabelafsteller naar de contramoer totdat een ruime hoeveelheid speling aan de handhendel verkregen is. | |||||||||||
4. | Verwijder de kleine veerklem uit de draaipengroef aan de onderkant van de steun van de koppelingshendel. Verwijder de draaipen en de koppelingshendel uit de steun. Verwijder de ankerbout en het koppelingskabeloogje uit de koppelingshendel. | |||||||||||
5. | Zie Afbeelding 2 . Leid de koppelingskabel weer naar de binnenkant van het stuur en sluit de koppelingskabel weer aan op de koppelingshendel. | |||||||||||
6. | Zie Afbeelding 3 . Draai de kabelafsteller van de contramoer af totdat de handhendel geen speling meer heeft. Trek het kabelverbindingspunt van de koppelingshendelsteun af om de speling te controleren. Verdraai de kabelafsteller totdat er een speling van 1,6-3,2 mm (1/16-1/8 in) is tussen het uiteinde van het kabelverbindingspunt en de koppelingshendelsteun. | |||||||||||
7. | Houd de afsteller vast met een 1/2 inch sleutel. Draai de contramoer met een 9/16 inch sleutel tegen de kabelafsteller. Schuif de rubberen huls weer over het kabelafstelmechanisme. |
Afbeelding 1. Koppelingskabelafsteller
Afbeelding 2. Leiden van nieuwe koppelingskabel Afbeelding 3. 1,6 - 3,2 mm (1/16 - 1/8 in) vrije speling van koppelingskabel | ||||||||||
8. | Verplaats, indien nodig, de koppelingskabelbinders die aan de onderste framebuis zijn bevestigd zodat de koppelingskabel zo natuurlijk mogelijk beweegt als het stuur helemaal naar de rechter en linker vorkaanslagen wordt gedraaid. Gebruik de koppelingshendel diverse keren om dit te controleren. | |||||||||||
WAARSCHUWING Controleer na het verplaatsen van de koppelingskabel of de koppelingshendel soepel opent en sluit als het stuur helemaal naar links of rechts wordt gedraaid. Door een trage reactie van de koppelingshendel kunt u de macht over het stuur verliezen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00424d) WAARSCHUWING Controleer of het stuur soepel en zonder beperkingen kan bewegen. Eventuele beperkingen kunnen ervoor zorgen dat u de controle over de motorfiets verliest, waardoor ernstig of dodelijk letsel kan ontstaan. (00371a) | ||||||||||||
9. | Zie Afbeelding 6 en Tabel 2. Verplaats de richtingaanwijzers volgens de instructies in de set voor de verplaatsing van de richtingaanwijzers (23). |
1. | Zie Afbeelding 4 . Haal het onderste gedeelte van het windscherm uit de verpakking en leg dit met de voorkant onder op een schoon, zacht oppervlak met de montagesteunen naar boven gericht. | |||||||||||
2. | Zie Afbeelding 6 en Tabel 2. Haal zowel de klemmen- als de bevestigingsmaterialenset uit de verpakking en leg bij elkaar passende onderdelen apart als voorbereiding op de montage. Let erop dat de onderste klemmen precies identiek zijn, en dat de linker en rechter bovenste klemmen herkenbaar zijn aan de uitsteeksels die omhoog wijzen. | |||||||||||
3. | Zie Afbeelding 5 . Monteer de klemmen en de stapels bevestigingsmiddelen. | |||||||||||
WAARSCHUWING De (kegelvormige) schotelveren moeten met de bolle kant naar elkaar wijzen en de montagesteunen van het windscherm bij elk montagepunt inklemmen. Als de schotelveren verkeerd om worden geplaatst, kan het windscherm niet afbreken bij een botsing, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben. (00422b) | ||||||||||||
4. | Haal de borstbouten (1) klem voor klem, met de klem naar boven gericht en aan de binnenkant van de windschermsteun (2), ver genoeg aan om de stand van de klem ten opzichte van het windscherm vast te houden tijdens het monteren van het windscherm op de motorfiets. De bouten worden later volledig aangehaald. OPMERKING Houd het voorwiel recht om te voorkomen dat de steunen de brandstoftank bekrassen. | |||||||||||
5. | Zorg dat alle vier de klemmen geopend zijn en breng daarna het windscherm (met de klemzijde van u af gericht) naar de voorkant van de motorfiets. OPMERKING Het polycarbonaatwindscherm is redelijk buigzaam en kan worden gebogen om de klemmen van de koplamp vandaan te spreiden om de montage op de motorfiets te vergemakkelijken. Zorg ervoor dat het koplamphuis niet wordt bekrast door de klemmen terwijl u het windscherm op de onderste voorvorkpoten plaatst. |
Afbeelding 4. Montagesteunen windscherm
Afbeelding 5. Montageklem windscherm | ||||||||||
6. | Plaats het voorspatbord. Centreer het windscherm rond de koplamp en zetel de klemmen op de onderste voorvorkpoten. | |||||||||||
7. | Begin aan de onderkant (aan een van de kanten) en haal de borstbouten iets verder dan vingervast aan. Sluit daarna elke klem en controleer of de klemmen vanzelf worden uitgelijnd met de onderste voorvorkpoten en met elkaar. | |||||||||||
MEDEDELING Zet de bevestigingsbouten niet vast met een hoger aanhaalmoment dan is voorgeschreven. Anders kan het windscherm beschadigd raken. (00385a) | ||||||||||||
8. | Nu de windschermklemmen aan de onderste voorvorkpoten zijn geklemd, controleert u of het borstgedeelte van de borstbouten zich volledig in elke windschermsteunlocatie bevindt. Koppel. Koppel: 6,7 N·m (60 in-lbs) | |||||||||||
9. | Draai het stuur geheel naar links en rechts totdat het niet verder kan om te controleren of de gaskabels vrij kunnen bewegen. |
Onderdeel | Beschrijving (aantal) | Onderdeelnummer | Onderdeel | Beschrijving (aantal) | Onderdeelnummer | |
---|---|---|---|---|---|---|
1 | Windscherm serviceset (bevat items 2 t/m 5) | 12 | Bevestigingsmiddelenset, windschermmontage (4) (bevat items 13 t/m 15) | 58790-04 | ||
voor sets 59802-05 en 58360-09 | 58750-05 | 13 | Borstbout, bolkop | Niet afzonderlijk verkrijgbaar | ||
voor set 58751-05 | 58777-05 | 14 | Afstandsring, bol | Niet afzonderlijk verkrijgbaar | ||
voor sets 57199-05 en 58376-09 | 57201-05 | 15 | Schotelveer (2) | Niet afzonderlijk verkrijgbaar | ||
2 | Voorruit (inbegrepen in punt 1) | 16 | Beugel, horizontaal, buitenste Beugel, horizontaal, buiten, zwart | 58051-78A 58069-09 | ||
3 | Tape, horizontaal (2) | 58052-78 | 17 | Steun, horizontaal, binnenste Beugel, horizontaal, binnen, zwart | 58050-78A 58068-09 | |
4 | Tape, verticaal | 59804-05 | 18 | Beugel, verticaal, rechts Beugel, verticaal, rechts, zwart | 59809-05 58616-09 | |
5 | Onderlegring, rubber, zwart | 58152-96 | 19 | Beugel, verticaal, links Beugel, verticaal, links, zwart | 59808-05 58388-09 | |
6 | Steun, windschermmontage, rechts Steun, windschermmontage, rechts, zwart | 59855-05 58399-09 | 20 | Bout, bolkop, TORX®, borgpatch, 12-24 x 13/16 inch (2) | 2452 | |
7 | Steun, windschermmontage, links Steun, windschermmontage, links, zwart | 59844-05 58398-09 | 21 | Bout, bolkop, TORX, borgpatch, 12-24 x 5/8 inch (7) | 2921A | |
8 | Klemmen rechtsboven (bevat twee exemplaren van item 11) | 59868-05 | 22 | Dopmoer, 12-24 (verchroomd) (9) | 7651 | |
9 | Klemmen linksboven (bevat twee exemplaren van item 11) | 59859-05 | 23 | Verplaatsingsset richtingaanwijzer (niet afgebeeld) | 58742-05 | |
10 | Klemmen (2) (bevat twee exemplaren van item 11) | 58740-05 | A | Zijaanzicht van klemmen gemonteerd aan steun. | ||
11 | Pakking (8) (twee per klem) | 58791-04 | OPMERKING: De onderdelen kunnen er in werkelijkheid anders uitzien dan afgebeeld. |