Sets | Voorgestelde Tools | Vaardigheidsniveau(1) |
---|---|---|
90201513A, 90201552A, 90201555A, 90201561A, 90201644A, 90201645A | Veiligheidsbrillen, momentsleutel |
Onderdeel | Aantal | Beschrijving | Onderdeelnr. | Opmerkingen | |
---|---|---|---|---|---|
1 | 2 | Reflectorset | 59480-04A | 6,8–10,16 N·m (60–90 in-lbs) | |
2 | 2 | Bevestigingspunt, onderste | 90201524 | ||
3 | 1 | Bout, zeskantige bolkop | 3540 | 6,8–10,2 N·m (60–90 in-lbs) | |
4 | 1 | Bout, zeskantige bolkop | 4016 | 6,8–10,2 N·m (60–90 in-lbs) | |
5 | 1 | Bout, zeskantige bolkop | 4097 | 47,5–61 N·m (35–45 ft-lbs) | |
6 | 1 | Gewone onderlegring | 6701 | ||
7 | 2 | Gewone onderlegring | 6702 | ||
8 | 4 | Bout, Torx inbus | 10200045 | 28,5–36,6 N·m (21–27 ft-lbs) | |
9 | 1 | Bevestigingspuntsteun, onderste | 90201764 | ||
10 | 4 | Bevestigingspunt, bovenste | 90201763 | ||
11 | 4 | Afstandsring | 90201541 | ||
12 | 1 | Zadeltas, rechterkant | 90201514 | Set 90201513A | |
1 | Zadeltas, rechterkant | 90201553 | Set 90201552A | ||
1 | Zadeltas, rechterkant | 90201556 | Set 90201555A | ||
1 | Zadeltas, rechterkant | 90201642 | Set 90201561A | ||
1 | Zadeltas, rechterkant | 90201646 | Set 90201644A | ||
1 | Zadeltas, rechterkant | 90201647 | Set 90201645A | ||
13 | 1 | Zadeltas, linkerkant | 90201515 | Set 90201513A | |
1 | Zadeltas, linkerkant | 90201554 | Set 90201552A | ||
1 | Zadeltas, linkerkant | 90201758 | Set 90201555A | ||
1 | Zadeltas, linkerkant | 90201643 | Set 90201561A | ||
1 | Zadeltas, linkerkant | 90201648 | Set 90201644A | ||
1 | Zadeltas, linkerkant | 90201649 | Set 90201645A | ||
14 | 6 | Afstandsring | 91414-00 | Set 90201513a, 90201645a | |
4 | Sets 90201555Aa en 90201644a | ||||
Onderdelen genoemd in de tekst, maar niet bij de set inbegrepen. | |||||
A | 1 | Set vervangingssloten, zadeltas (inclusief set van twee sleutels) | 90201087 |
Onderdeel | Aantal | Beschrijving | Onderdeelnr. | Opmerkingen | |
---|---|---|---|---|---|
1 | 1 | Zadeltasmontagesteun, Binnen, RH gebruikt op 90201513A, 90201645A | 90201617 | ||
1 | Zadeltasmontagesteun, Binnen, RH gebruikt op 90201555A, 90201644A, 90201561A, 90201552A | 90201536 | |||
1 | Zadeltasmontagesteun, Binnen, LH gebruikt op 90201513A, 90201645A | 90201620 | |||
1 | Zadeltasmontagesteun, Binnen LH gebruikt op 90201555A, 90201644A, 90201561A, 90201552A | 90201537 | |||
2 | 1 | Zadeltasmontagesteun, Buiten, RH gebruikt op 90201513A, 90201645A | 90201618 | ||
1 | Zadeltasmontagesteun, Buiten, RH gebruikt op 90201555A, 90201644A, 90201561A, 90201552A | 90201516 | |||
1 | Zadeltasmontagesteun, Buiten, LH gebruikt op 90201513A, 90201645A | 90201619 | |||
1 | Zadeltasmontagesteun, Buiten, LH gebruikt op 90201555A, 90201644A, 90201561A, 90201552A | 90201517 | |||
3 | 5 | Bout, Bolkop, Vergrendeling, Torx | 1001 | 6,8–10,16 N·m (60–90 in-lbs) | |
4 | 1 | Zadeltas sluiting service-set | 90201945 | ||
5 | 1 | Bout, inbusbout, Sems | 10500009 | 1,7–3,4 N·m (15–30 in-lbs) | |
6 | 1 | Compressieveer | 11700004 | ||
7 | 1 | Vergrendelarm | 90200481 | 1–1,7 N·m (9–15 in-lbs) | |
8 | 1 | Vergrendelingshendel | 90200483 | ||
9 | 1 | Sluitingsdop | 90200484 | 1–1,7 N·m (9–15 in-lbs) | |
10 | 1 | Afstandsring Veer, Vergrendelarm | 90200515 | ||
11 | 1 | Zadeltas Verlichting, RH | 90201760 | ||
1 | Zadeltas Verlichting, LH | 90201759 |
1. | Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies voor het verwijderen van het zadel en hoofdzekering. Bewaar alle bevestigingsmaterialen van het zadel. |
1. | Zie Afbeelding 3 . Plaats een afstandsring (1) en bevestigingspunt (2) op een nieuwe spatbordsteunbout (3). | |
2. | Plaats de bout door de spatbordsteun en het spatbord in de ankerplaat aan de binnenkant van het spatbord. | |
3. | Sets 90201513A, 90201645A: Plaats de afstandhouder (4) op het voorste bevestigingspunt tussen de spatbordsteun en de afstandhouder (1). |
1 | Afstandsring |
2 | Bevestigingspunt |
3 | Bout |
4 | Afstandsring |
1. | Zie Afbeelding 4 . Breng draadborgmiddel aan op het schroefdraad van de bout (3).LOCTITE 243 GEMIDDELDE STERKTE DRAADBORG- EN AFDICHTMIDDEL (BLAUW) (99642-97) | |||||||||||||||
2. | Maak de onderste steunarm (1) losjes vast aan beide zadeltassen met behulp van platte onderlegringen (2) en bouten (3). a. De onderste steunarm past in de sleuf aan de achterkant van de zadeltas. b. Met de bevestigingsmaterialen wordt de arm vanaf de binnenkant van de zadeltas bevestigd. c. Sets 90201513A, 90201555A, 90201644A, 90201645A: vereist twee afstandsringen (7) per zijde, tussen arm en zadeltas. |
Afbeelding 4. Onderste steunarm |
1. | Zie Afbeelding 1 . Open de zadeltas. | |
2. | Trek de knop (binnen in de zadeltas) uit en draai richting de groene markering om te ontgrendelen en richting de rode markering om te vergrendelen. | |
3. | Terwijl de zadeltas lichtjes naar voren is gekanteld als u naar de motorfiets kijkt, plaatst u het vorkuiteinde van de onderste steunarm over het onderste voorste mini-bevestigingspunt. a. Het dikke gedeelte van het uiteinde van de onderste steunarm moet goed vastzitten in de kunststof groef van het mini-bevestigingspunt van het onderste voorste bevestigingspunt. | |
4. | Duw de zadeltas op de motorfiets naar voren en let er daarbij op dat de tas goed aan alle drie de bevestigingspunten vastzit. | |
5. | Zorg ervoor dat de zadeltas volledig is vergrendeld. Aan de achterkant van de zadeltas bevindt zich een indicatie die aangeeft of de zadeltas is vergrendeld (vlag omlaag) of ontgrendeld (vlag omhoog). | |
6. | Zet de bouten van de onderste steunarm vast. Haal de bouten aan. Koppel: 6,8–10,2 N·m (60–90 in-lbs) |
1 | Bevestigingspunt |
2 | Passagiersvoetsteun |
3 | Onderste voorste ophangbeugel |
1. | Zie Afbeelding 4 . Monteer het bevestigingspunt (4) op de bevestigingspuntsteun (6) met bout (5). Het bevestigingspunt moet bij montage op de motorfiets naar de buitenkant wijzen. Haal de bouten aan. Koppel: 6,8–10,2 N·m (60–90 in-lbs) | |
2. | Zie Afbeelding 5 . Monteer de steun van het bevestigingspunt op het frame terwijl het bevestigingspunt naar buiten wijst. Lijn daarbij de uitsparing in de beugel uit op de ankerboutmoer. OPMERKING Afhankelijk van de motorfiets moet mogelijk eerst de houder van de voetsteun worden verwijderd. a. Als de motorfiets over passagiersvoetsteunen beschikt, monteert u de bevestigingsbeugel tegen het frame en monteert u de houder van de voetsteun boven op de beugel. Haal de bouten aan. Koppel: 47,5–61 N·m (35–45 ft-lbs) b. Zie Afbeelding 4 . Als de motorfiets niet over passagiersvoetsteunen beschikt, monteert u de beugel op het frame met bout (3) en onderlegring (2). Haal de bouten aan. Koppel: 16,3–24,4 N·m (12–18 ft-lbs) | |
3. | Afbeelding 5 Draai de bout met een T50 TORX-extensiedopsleutel vast, terwijl u de onderste voorsteun (3) tegenhoudt om draaien te voorkomen. Haal de bouten aan. Koppel: 47,5–61 N·m (35–45 ft-lbs) |
1. | Zie Afbeelding 6 . Plaats de reflectorhouder (1) in het midden van de zadeltas. | Afbeelding 6. Monteren van de reflectoren |
2. | Markeer de openingen op de zadeltas met een pen of ander geschikt hulpmiddel. | |
3. | Reinig het oppervlak van de reflectorhouder (1) waar de reflector wordt bevestigd met zeepwater of een mengsel van 50-70% isopropylalcohol en 30-50% gedestilleerd water. Laat het oppervlak goed drogen. | |
4. | Verwijder de beschermstrook van de kleeflaag aan de achterkant van de reflector (2). | |
5. | Plaats de reflector voorzichtig op de reflectorhouder en druk hem stevig op zijn plaats. | |
6. | Druk de reflector gedurende ten minste 1 minuut stevig op zijn plaats. | |
7. | Met behulp van het juiste materiaal, maar twee 3/16 inch gaten in de zadeltas op plaatsen gemarkeerd in Stap 2. | |
8. | Bevestig de reflectorhouder (1) op de zadeltas met behulp van twee drukmoeren (3). De drukmoeren worden vanaf de binnenkant van de zadeltas bevestigd. OPMERKING Gedurende ten minste 24 uur na het bevestigen van de reflector mag het oppervlak niet worden blootgesteld aan een stevige wasbeurt, krachtige waterstralen of extreme weersomstandigheden. De hechting neemt toe en bereikt zijn maximale sterkte na ongeveer 72 uur bij een normale omgevingstemperatuur. |
1. | Verwijder de uitlaat. Zie de servicehandleiding. | |||||||||||
2. | Herhaal dezelfde procedure voor de andere van de motorfiets om het onderste voorste bevestigingspunt en de zadeltas te bevestigen. | |||||||||||
3. | Zie Afbeelding 7 . Monteer het bevestigingspunt (4) aan de steunbeugel van de uitlaat (1) aan de binnenkant van de motorfiets. | |||||||||||
4. | Installeer uitlaat. Zie de servicehandleiding. |
Afbeelding 7. Onderste steunarm (rechterkant) |
1. | Monteer de hoofdzekering. Zie de servicehandleiding. | |
2. | Bevestig het zadel. Trek na montage het zadel omhoog om te controleren of het goed vastzit. Zie de servicehandleiding. |
1. | Na 800 km (500 mi) te hebben gereden met zadeltassen, moet het aanhaalmoment van de bevestigingsbouten van het bevestigingspunt worden gecontroleerd. Controleer of het juiste aanhaalmoment is bereikt en haal de bouten, indien nodig, opnieuw aan. Haal de bouten aan. a. Bovenste bouten van de bevestigingspunten. Koppel: 28,5–36,6 N·m (21–27 ft-lbs) b. Onderste voorste bouten van de bevestigingspunten. Koppel: 16,3–24,4 N·m (12–18 ft-lbs) c. Bouten onderste steunarm zadeltas. Koppel: 6,8–10,2 N·m (60–90 in-lbs) |