AFNEEMBAAR GROOT WINDSCHERM VOOR SOFTAIL-MODELLEN MET VERCHROOMDE KOPLAMPBEHUIZING EN PASSEERLAMPEN
J020952003-09-26
ALGEMEEN
Setnummer
58649-97A: Laag profiel, getint windscherm
58651-97A: Standaardhoogte, transparant windscherm
Modellen
Voor modelgerelateerde informatie raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte "Parts and Accessories" (Onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Deze windschermsets passen op FLSTC-, FLSTF- en FLSTN-Softailmodellen uit 1986 en later die zijn uitgerust met de verchroomde koplampbehuizingsset (67907-96) en de passeerlampenset.
Vereiste aanvullende onderdelen
OPMERKING
Een servicehandleiding voor uw model motorfiets is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.
Setinhoud
MONTAGE
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00308b)
OPMERKING
Monteer de koplampbehuizing eerst. Volg de instructies in de koplampbehuizingsset. Gebruik dan de instructies hierna om de passeerlampen en het windscherm te monteren.
Voorafgaand aan de montage, LOCTITE 242 GEMIDDELDE STERKTE DRAADBORGMIDDEL (BLAUW) (Loctite 242) op de schroefdraden die in de vorksteunen zijn gedraaid.
  1. Zie Afbeelding 1. In het geval van passeerlampmontage niet op het voertuig plaatst u de bovenste bevestigingsmaterialen (21, 22, 23, 25, 26 en 28) op de steunen van de passeerlampen, zoals afgebeeld. Draai alleen de bouten (25) in de middenpositie vast.
      Modellen van 1999 en eerder (A)
      Modellen van 2000 en later (B)
  2. Verwijder de bouten en onderlegringen in de onderste opening in de koplampbehuizing.
  3. OPMERKING
    Zie uitzonderingen voor de volgende stap in Afbeelding 1 ,(G).
  4. Bevestig de afstandsstukken van de passeerlamp (24) aan de passeerlampsteun. Plaats de onderkant van de passeerlampsteun in de juiste positie. Bevestig de onderkant van de steun met de onderste bevestigingspunten (20) aan de vorksteun met bouten (29) en verchroomde onderlegringen uit de koplampbehuizingset. Draai de onderste bouten lichtjes handvast.
    AHardwarevolgorde: Modellen van 1999 en eerder
    BHardwarevolgorde: Modellen van 2000 en later
    C5/16 in. platte onderlegring, verchroomd, uit koplampbehuizingset
    D5/16 in. platte onderlegring, verchroomd, en borgring uit koplampbehuizingset
    EBreng vóór montage Loctite 242 (blauw) aan
    FBreng vóór montage Loctite 242 (blauw) aan
    GOpmerking: Bij modellen uit 2000 en 2001 is dit de passeerlampsteun. Bij modellen uit 2002 en later is dit een platte onderlegring uit de passeerlamp.
    Afbeelding 1. Hardwarevolgorde
  5. Verwijder de bouten en onderlegringen uit de bovenste openingen van de koplampbehuizing.
  6. Modellen van 1999 en eerder, ga naar stap 6. Modellen van 2000 en later, ga naar stap 8.
  7. Plaats de bovenkant van de passeerlampsteun op zijn plaats en draai de stelbouten (28) in de bovenste openingen van de vorksteun tot de onderkant van de stelbouten. Laat de middelste moeren (26) vrij.
  8. Draai de middelste moeren (26) tegen de adaptersteunen (23). Ga door naar stap 9.
  9. Plaats de bovenkant van de passeerlampsteun op zijn plaats. Draai de stelbouten (28) door de steun en afstandsring (30) in de bovenste openingen van de vorksteun tot de onderkant van de stelbouten.
  10. Dek het blootgestelde uiteinde van de stelbouten en de bovenste bevestigingspunten af met onderlegringen en dopmoeren (27) uit de koplampbehuizingsset. Aangehaald. 25,8 N·m (19 ft-lbs)
  11. Monteer de schakelaar van de passeerlamp in de opening die in de koplampbehuizing is geboord.
WAARSCHUWING
Indien accessoires niet goed worden gemonteerd of bagage niet goed wordt geplaatst, kan dit de stabiliteit en wegligging van de motorfiets nadelig beïnvloeden, waardoor ernstig of dodelijk letsel kan ontstaan. (00455b)
WAARSCHUWING
Als er onvoldoende speling is tussen vaste en bewegende onderdelen, kunt u de controle over de motorfiets verliezen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00378a)
HET WINDSCHERM MONTEREN/VERWIJDEREN
OPMERKING
Inspecteer het windscherm nadat het is geïnstalleerd. Zorg dat het gemonteerde windscherm een volledige beweging naar links of rechts van de voorvork niet belemmert. Als het windscherm de bewegingsvrijheid beperkt, verstelt u het naar vereist totdat de juiste mate van speling is verkregen. Laat ervaren onderhoudspersoneel van Harley-Davidson eventuele problemen corrigeren voordat u gaat rijden met dit geïnstalleerde accessoire.
OPMERKING
Controleer regelmatig de bevestigingsmaterialen. Rijd nooit met losse steunen. Een losse steun kan de andere steunen en tevens het windscherm extra belasten en kan resulteren in voortijdig falen van onderdelen.
  1. Vergrendel de onderste windschermmontageklemmen voorzichtig in de groeven van de rubberen bevestigingsbussen op de onderste passeerlampsteun.
  2. Haak de bovenste windschermmontageklemmen in de groeven van de bovenste rubberen bevestigingsbussen op de bovenste passeerlampsteun.
  3. Druk het windscherm stevig vast in de bevestigingsbussen.
  4. U verwijdert het windscherm door het aan de randen aan beide zijden van de middensteun vast te pakken en het windscherm krachtig los te trekken uit de bevestigingsbussen.
ONDERHOUD EN REINIGING
OPMERKING
De reflectie van zonlicht via de binnenzijde van het windscherm kan er onder bepaalde omstandigheden toe leiden dat de instrumenten van de motorfiets extreem heet worden. Houd hier rekening mee bij het parkeren. Parkeer met de voorzijde van de motorfiets naar de zon, dek de instrumenten af met een ondoorzichtig voorwerp of stel het windscherm zo af dat er geen reflecties optreden.
MEDEDELING
Gebruik alleen producten aanbevolen door Harley-Davidson voor Harley-Davidson windschermen. Gebruik geen bijtende chemicaliën of regenafstotende producten, omdat deze schade aan het oppervlak van het windscherm veroorzaken, zoals dof of ondoorzichtig worden. (00231c)
Reinig polycarbonaat niet in de hete zon of bij hoge temperaturen. Poedervormige, schuur- of alkalinereinigingsmiddelen beschadigen het windscherm. Schraap het windscherm nooit schoon met een krabber of een ander scherp voorwerp omdat hierdoor permanente beschadigingen zullen ontstaan.
OPMERKING
Om het verwijderen van dode insecten makkelijker te maken, kunt u een schone, natte doek ongeveer 15 minuten over het windscherm leggen, voordat u deze wast.
Harley-Davidson Waterafstotend middel voor het windscherm onderdeelnr. 99841-01 is goedgekeurd voor gebruik op Harley-Davidson windschermen.
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 2. Serviceonderdelen: Windschermsets
Tabel 1. Serviceonderdelen
Onderdeel
Beschrijving (aantal)
Part No.
Onderdeel
Beschrijving (aantal)
Part No.
1
Vervangend windscherm standaard
Standaardhoogte, transparant
Laag profiel, getint
58657-97
58658-97
16
Onderlegring, plat, 1/4 in (2)
6703
2
Bout, pancilinder, Torx (2)
2452
17
Dopmoer (9)
7651
3
Bout, pancilinder, Torx (7)
2921A
18
Dopmoer, 1/4-20 (2)
94004-90T
4
Windschermbeugel, binnenkant
58431-94
19
Hardwareset (bevat items 20 t/m 30)
85211-97B
5
Windschermbeugel, buitenkant
58428-94
20
Koppelbus (4)
67621-94
6
Windschermsteun tape (2)
58416-77A
21
Onderlegring, plat, 5/16, verchroomd (2)
94066-90T
7
Windschermsteun, links
58291-95
22
Onderlegring, plat, 5/16, dik (4)
6400HB
8
Windschermsteun, rechts
58292-95
23
Adapterbeugel (2)
58373-96
9
Bolkopbouten (2)
94426-95
24
Afstandsring, passeerlampen (2)
5864A
10
Windschermhouder, links
58252-95
25
Bout, 5/16-24 x 3/8 inch (2)
3533
11
Windschermhouder, rechts
58253-95
26
Zeskantmoer 5/16-24 (2)
94043-90T
12
Nylon bussen (4)
58272-95
27
Dopmoer, 5/16-24 (2)
94007-90T
13
Beugel, rechts
58406-75A
28
Stelbout, 5/16-24 x 2 inch (2)
3283
14
Beugel, links
58408-75A
29
Bout, 5/16-24 x 1-1/2 inch (2)
4176
15
Windschermsteun tape (2)
58417-77
30
Afstandsring, chroom
5799