OLIEKOELERSET VOOR TOURING-MODELLEN
J032492013-07-31
ALGEMEEN
Setnummer
26082-05C
Modellen
Voor de modelgerelateerde informatie, raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte Parts and Accessories (onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Deze set past niet op modellen uitgerust met verchroomde display-standaard (99002-97A) of modellen uitgerust met een zijspan.
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00308b)
Aanbevolen speciaal gereedschap
Voor het installeren van deze set wordt geadviseerd gebruik te maken van de oliefiltersleutel (HD-44067A). Deze is afzonderlijk verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.
Setinhoud
INSTALLEREN
  1. Zie Afbeelding 1. Verwijder het opgeschroefde oliefilter (1) en de oliefilteradapter (2) van de oliefilterbevestiging (3). Gooi de filteradapter weg. Maak de montageomgeving van het filter grondig schoon.
MEDEDELING
Door een onjuiste uitlijning en montage van de pakking kan gefilterde en ongefilterde olie zich mengen, waardoor er schade aan het motorblok kan ontstaan. (00420b)
OPMERKING
De oliefilteradapter is voorzien van een flens die aan de achterzijde naar buiten steekt. De flens dient in de richting van het oliefilter en door de pakking van de oliefilteradapter gemonteerd te worden.
Pas de hoek van de adapter aan om te voorkomen dat de oliefilteradapter met de overige motorfietsonderdelen in aanraking komt tijdens het rijden. Een onjuiste adaptermontage kan schade aan de oliefilterunit tot gevolg hebben.
1. Zie Afbeelding 2. Lijn de flens (3) zodanig uit, dat deze zich in de uitsparing (4) van de pakking van de oliefilteradapter bevindt.
2. Zie Afbeelding 6. Met de oliefilteradapterpakking (8) en oliefilteradapter (1) op hun plaats schroeft u de oliefilteradapterfitting (7) door de oliefilteradapter, waarbij de met draadafdichtingsmiddel ingesmeerde schroefdraad naar binnen wijst en de inwendige zeskant naar buiten. Haal aan tot 16,3–21,7 N·m (12–16 ft-lbs).
3. Zie Afbeelding 3. Verwijder en koppel de stator/regelaarconnector (1) los van de steun aan de onderzijde van de spanningsregelaar.
4. Verwijder de montagemoeren, onderlegringen en stervormige ringen van de spanningsregelaar van het tapeind (2) en bewaar deze voor de installatie.
5. Trek de spanningsregelaar omhoog van de montagetapeinden.
1Oliefilter
2Montageadapter oliefilter
3Oliefilterbevestiging
Afbeelding 1. Standaard filtermontagesteun
1Pakking voor oliefilteradapter
2Oliefilteradapter
3Oliefilteradapterflens
4Uitsparing in pakking van oliefilteradapter
Afbeelding 2. Uitlijnen van oliefilteradapter
1Stator/regelaarconnector
2Montagetapeind voor de spanningsregelaar
Afbeelding 3. Verwijder de stator/regelaarconnector
1Stabilisatorverbindingsstang
2Statorkabel
Afbeelding 4. Statorkabel en P-klem
1Regelaarkabel
2Statorkabel
Afbeelding 5. Stator- en regelaarkabels
OPMERKING
Om de oliekoelerleidingen correct aan te brengen, moet de P-klem samen met de statorkabel 180 graden worden gedraaid ten opzichte van de oorspronkelijke positie.
  1. Zie Afbeelding 4. Verwijder de P-klem niet van het tapeind. Draai de P-klem en de statorkabel (2) aan de linkerzijde 180 graden, zodat de statorkabel naar de binnenzijde van de linkerpoot van de regelaar wordt gevoerd.
6. Controleer of de statorkabel onder de stabilisatorverbindingsstang (1) van de motor doorloopt. Laat het uiteinde van de statorkabel aan de buitenzijde nabij de linker framebuis zitten. Controleer of de P-klem aan de rechterzijde goed geplaatst is; deze wordt niet verwijderd.
7. Zie Afbeelding 6. Plaats de oliekoelerkap (12) over de oliekoelertapeinden en vervolgens de montagesteun (9) over de tapeinden. Bevestig de steun en kap aan de oliekoeler met de drie onderlegringen (3) en drie moeren (4). Haal de moeren aan tot 10,8–13,5 N·m (96–120 in-lbs).
8. Plaats de oliekoelermontagesteun op de regelaarmontagetapeinden. Plaats de kabelmontagesteun boven op de oliekoelermontagesteun en plaats dan de spanningsregelaar op de tapeinden over de oliekoelersteun. Maak de regelaar vast met de eerder verwijderde bevestigingsmaterialen, maar draai deze op dit moment nog niet vast.
9. Zie Afbeelding 5. Sluit de kabelconnectors van de stator (2) en van de regelaar (1) op elkaar aan en plaats de connector op de steun aan de onderzijde van de spanningsregelaar.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de kabels van de regelaar zodanig zijn aangebracht, dat ze niet worden afgekneld of tegen onderdelen schuren.
10. Haal de moeren van de regelaar aan met 9,5–13,6 N·m (84–120 in-lbs).
11. Zie Afbeelding 6. Plaats de lange slang (11) en korte slang (10) uit de set. Volg de markeringen op de slangen voor het aansluiten van de slangen op de oliekoeler en oliekoeleradapter.
OPMERKING
Controleer of de slangen zo zijn aangelegd dat ze niet in aanraking komen met het oliefilter of scherpe randen. In de slangen mogen geen scherpe hoeken of knikken zitten waardoor de oliestroom belemmerd kan worden.
Bij het uitvoeren van de volgende stappen moeten de slangklemmen zo worden aangebracht dat ze niet in de weg zitten bij het plaatsen van het oliefilter.
12. Bevestig de slangen aan de oliefilteradapter en de oliekoeler met slangklem (6). Haal aan tot 0,9 N·m (8 in-lbs).
OPMERKING
Door een oliefiltersleutel (HD-44067A) te gebruiken, wordt beschadiging van de krukassensor voorkomen.
  1. Plaats het oliefilter met behulp van de oliefiltersleutel (HD-44067A).
Modellen van 2004 en eerder
MEDEDELING
Het oliepeil kan bij een koude motor niet goed worden gemeten. Tijdens de inspectie voorafgaand aan het rijden, wanneer de motorfiets rechtop staat op een vlakke ondergrond (en niet op de zijstandaard leunt) en de motor koud is, moet het oliepeil ongeveer tot het midden van het kruisdeel op de oliepeilstok komen. Voeg bij een koude motor geen olie toe om het peil tot de full-markering (vol) te brengen. (00186b)
OPMERKING
Bij modellen van 2005 en later: Raadpleeg de gebruikershandleiding voor instructies over de oliepeilcontrole bij koude motor.
  1. Vul olie bij tot het teken FILL (bijvullen) op de peilstok.
  2. Start de motorfiets en controleer op olielekkage van en rondom de gemonteerde onderdelen. Vul indien nodig olie bij.
DOORSTROOMTEST – ALLE MODELLEN
MEDEDELING
Het oliepeil kan bij een koude motor niet goed worden gemeten. Tijdens de inspectie voorafgaand aan het rijden, terwijl de motor op een vlakke ondergrond op de zijstandaard leunt, moet de olie bij een koude motor tussen de pijlen op de peilstok staan. Voeg bij een KOUDE motor geen olie toe om het peil tot de FULL-markering (vol) te brengen. (00185a)
MEDEDELING
Laat de motor niet draaien wanneer het oliepeil onder de bijvul-markering op de peilstok staat bij een motor die op bedrijfstemperatuur is. Het gevolg is een beschadigde motor. (00187b)
1. Start de motor. Inspecteer alle slangverbindingen op lekkage. Indien er geen lekkage is, laat u het motorblok warmdraaien.
2. Controleer of de temperatuur van de oliekoeler stijgt wanneer het motorblok de normale bedrijfstemperatuur bereikt heeft. Indien de oliekoeler koud blijft na het opwarmen van het motorblok, kan het zijn dat er een obstructie in de oliestroom is. Zet de motor uit en zoek de oorzaak van de obstructie in het systeem.
3. Haal, nadat de motor is afgekoeld, alle slangklemmen opnieuw aan tot 0,9 N·m (8 in-lbs).
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 6. Serviceonderdelen voor Touring-oliekoelerset met verchroomde oliekoelerkap
Tabel 1. Serviceonderdelentabel
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
1
Adapter, oliekoeler
26067-05B
2
Oliekoelerkern
63068-07
3
Onderlegring (3)
6703
4
Borgmoer, nylon inzetstuk (3)
7671
5
Flensmoer (2)
7716
6
Klem, wormaandrijf (4)
9823
7
Adapter, oliefilter
26041-05A
8
Pakking, oliekoeleradapter
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
9
Montagesteun, oliekoeler
62108-03
10
Slang, voorgevormd, kort
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
11
Slang, voorgevormd, lang
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
12
Kap, oliekoeler
63056-07A
13
Pakking
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
14
Serviceset voor rubberen olieslang (niet afgebeeld) – bevat vier klemmen (6), een lange slang (11) en een korte slang (12)
62658-05
15
Pakkingserviceset (niet afgebeeld) – bevat pakking (8), pakking (13) en twee bouten
12056-05