1. | Zie Afbeelding 1. Verwijder de linker bestuurdersvoetsteun in zijn geheel. Bewaar de voetsteun en bevestigingen voor later gebruik. Gooi de resterende bevestigingsmaterialen weg. | |
2. | Druk de gatafdekpluggen (8) in de schroefgaten op het frame, waar de standaard voetsteun was gemonteerd. | |
3. | Bewaar de sluitschroef waarmee het standaard schakelpedaal aan de schakelpedaalas bevestigd is. Bewaar het schakelpedaal voor de installatie. | |
4. | Verwijder het stangenstelsel waarmee het primaire schakelpedaal aan het schakelpedaal van de versnellingsbak is bevestigd, en gooi deze weg. OPMERKING Let bij de volgende stap op het verschil tussen de stand van de steun (13) bij Evolution-modellen van modeljaren 1993 t/m 1998 en Twin Cam 88-modellen van modeljaren 1999 t/m 2000, en de steun (10) bij modellen vanaf modeljaar 2001. | |
5. | Maak de borgsteun voor het primaire schakelpedaal (10 of 13) voor uw motorfiets met een schroef (14) en moer (3) vast aan het primaire schakelpedaal. Haal de bevestigingen nu nog niet volledig aan. | |
6. | Draai de carterbout linksachter los, die zich onderaan de achtercilinder bevindt. | |
7. | Schuif het gesleufde uiteinde van de borgsteun van het primaire schakelpedaal (10 of 13) op de bout, tussen de onderlegring en het carter. Haal de carterbout aan tot 20–23 N·m (15–17 ft-lbs). | |
8. | Bevestig de schakelpedaalaskap (9) aan de schakelpedaalas met behulp van een stelschroef (12). | |
9. | Haal de in stap 5 bevestigde borgsteunschroef aan. | |
10. | Plaats een veerring (6) op de as van het schakelpedaal (4). Breng Loctite antivastloopsmeermiddel aan op de as en schuif de as in de schakelpedaalsteun. | |
11. | Maak de schakelpedaalsteun (7) vast met Torx®-schroeven (11). Haal de schroeven aan tot 41–47 N·m (30–35 ft-lbs). | |
12. | Breng Loctite 243 aan op het korte tapeind van de schakelstang (1). Bevestig het korte tapeind aan het schakelpedaal van de versnellingsbak. Haal het korte tapeind aan tot 8–10 N·m (70–90 in-lbs). | |
13. | Breng Loctite 243 aan op het lange tapeind van de schakelstang (1). Bevestig het lange tapeind aan het schakelpedaal (4) met behulp van een onderlegring (2) en dopmoer (5). Haal de moer aan tot 8–10 N·m (70–90 in-lbs). | |
14. | Bevestig het standaard schakelpedaal aan de sleufas van het nieuwe schakelpedaal (4, 7). Haal de sluitschroef van het schakelpedaal aan tot 25–29 N·m (18–22 ft-lbs). | |
15. | Bevestig de standaard voetsteun aan de schakelpedaalsteun (7) met behulp van de standaard bevestigingsmiddelen uit stap 1. |
1. | Zie Afbeelding 2. Verwijder de rechter bestuurdersvoetsteun. Bewaar de voetsteun en bevestigingen voor later gebruik. | |
2. | Draai de tegenmoer (26) van de remstang bij de achterste hoofdremcilinder los. OPMERKING De hoofdcilinderzuiger is voorzien van platte delen voor het aanbrengen van een sleutel. Draai aan de platte zuigerdelen om de remstang uit de hoofdcilinder te draaien. | |
3. | Draai de hoofdcilinderzuiger uit de standaard remstang. | |
4. | Verwijder de standaard remstang en rempedaal en gooi deze weg. | |
5. | Druk de gatafdekpluggen (8) in de schroefgaten op het frame waar het standaard rempedaal was gemonteerd. | |
6. | Bevestig de rempedaalsteun (18) aan het frame met de Torx-schroeven (11). Haal de schroeven aan tot 41–47 N·m (30–35 ft-lbs). | |
7. | Draai de tegenmoer (26) helemaal op de nieuwe remstang (25). | |
8. | Bevestig de remstang op de hoofdcilinderzuiger. Stel de remstanglengte nu nog niet af. | |
9. | Bevestig de remstang (25) aan het nieuwe rempedaal (16) met behulp van de gaffelpen (24), onderlegring (22) en splitpen (20). Buig de poten van de splitpen rond de gaffelpenas. | |
10. | Breng een laagje antivastloopsmeermiddel aan op de scharnieras van het rempedaal (19). | |
11. | Bevestig de scharnieras van het rempedaal (19), het rempedaal (16) en de gaffelpen van de voetsteun (21) aan de rempedaalsteun (18) met behulp van de lange Torx-schroef (23). Haal de schroef aan tot 44–47 N·m (32–35 ft-lbs). | |
12. | Steek een sleutel rondom de platte delen van de hoofdcilinderzuiger en draai de zuiger op de remstang totdat het rempedaal zo ver omhoog komt dat de juiste hoek voor de bestuurder is bereikt, waarbij ten minste de helft van de beschikbare schroefdraden op de remstang wordt gebruikt. Draai de tegenmoer vast tegen de hoofdcilinderzuiger. | |
13. | Bevestig het rempedaalrubber (15) aan het rempedaal (16) met behulp van de borgmoer (17). Haal de moer aan tot 6–9 N·m (50–80 in-lbs). | |
14. | Bevestig de standaard voetsteun aan de gaffelpen van de voetsteun (21) met behulp van de standaard bevestigingsmiddelen uit stap 1. |
Item | Beschrijving (aantal) | Onderdeelnummer |
---|---|---|
1 | Schakelstang | 11739B |
2 | Onderlegring, 5/16 x 11/16 x 1/16 | 6702 |
3 | Borgmoer | 7710W |
4 | Schakelpedaal | 33789-03 |
5 | Dopmoer | 7736 |
6 | Veerring | 34625-90 |
7 | Schakelpedaalsteun | 33695-03 |
8 | Gatafdekplug (4) | 740 |
9 | Kap voor schakelpedaalas | 34640-93 |
10 | Borgsteun van het primaire schakelpedaal (modellen vanaf modeljaar 2001) | 34639-01 |
11 | Torx®-schroef, 3/8-16 x 1 (4) | 4059 |
12 | Stelschroef askap | 3231B |
13 | Borgsteun van het primaire schakelpedaal (modellen van modeljaren 1993 t/m 2000; zie onderstaande opmerking) | 34639-93 |
14 | Zeskantige schroef, 5/16-18 x 5/8 | 2882W |
Items genoemd in de tekst, maar niet in de set
inbegrepen: | ||
A | Schakelpedaal van de versnellingsbak | |
B | Primaire schakelpedaal | |
C | Schakelpedaal | |
Opmerkingen: | ||
D | Stand afgebeeld voor Evolution-motoren van modeljaren 1993 t/m 1998 | |
E | Stand afgebeeld voor Twin Cam 88-motoren van modeljaren 1999 t/m 2000 |
Item | Beschrijving (aantal) | Onderdeelnummer |
---|---|---|
15 | Rempedaalrubber | 42532-82 |
16 | Rempedaal | 42542-03 |
17 | Borgmoer, 1/4-20 | 7742 |
18 | Rempedaalsteun | 33697-03 |
19 | Scharnieras van het rempedaal | 42665-03 |
20 | Splitpen | 515 |
21 | Gaffelpen van de voetsteun | 42664-03 |
22 | Onderlegring, 1/4 x 7/16 x 1/16 | 6099 |
23 | Torx®-schroef, 3/8-16 x 2-3/4 | 4339 |
24 | Gaffelpen | 42460-80B |
25 | Remstang | 41955-03A |
26 | Tegenmoer, 5/16-24 | 7744 |