Aantal | Item | Onderdeelnummer |
---|---|---|
1 | Reflector | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
1 | Kentekenplaatsteun, gebogen | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
1 | Kentekenplaatafdekplaat, gebogen | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
1 | Schuimstrook | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
2 | Dopmoer, nr. 10-24 | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
2 | Borgveerring, nr. 10 | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
2 | Bolkopbout, nr. 10-24 | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
1 | Inbusbout, 1/4-20 | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
5 | Dopmoer, 1/4-20 | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
5 | Borgveerring, 1/4-20 | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
4 | Platkopbout, 1/4-20 | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
1 | Steunbeugel | Niet afzonderlijk verkrijgbaar |
1. | Verwijder het achterlichtconnectordeksel aan de binnenkant van het achterspatbord. a. Verwijder en bewaar de bevestigingsmaterialen. b. Trek het deksel van de klem af. | |||||||||||||||||||||||||
2. | Zie Afbeelding 1. Verwijder de reflector (1). Verwijder de bevestigingsmiddelen uit de kentekenplaatsteun (6). | |||||||||||||||||||||||||
3. | Verwijder de bout (2), onderlegring (4) en moer (5) waarmee de klem aan de kentekenplaatsteun is bevestigd. | |||||||||||||||||||||||||
4. | Zie Afbeelding 2. Verwijder het achterlicht door de bevestigingsmiddelen te verwijderen waarmee de lens is bevestigd. | |||||||||||||||||||||||||
5. | Verwijder de standaard kentekenplaatsteun. Bewaar de bevestigingsmiddelen en klem van het achterlichtconnectordeksel. | |||||||||||||||||||||||||
6. | Zie Afbeelding 3. Monteer de nieuwe kentekenplaatsteun en de klem van het achterlichtconnectordeksel met behulp van de standaard bevestigingsmaterialen. Haal de bevestigingsmiddelen aan tot 6,8–10,2 N·m (60–90 in-lbs) | |||||||||||||||||||||||||
7. | Monteer het in stap 1 verwijderde achterlichtconnectordeksel weer met de standaard bevestigingsmiddelen. | |||||||||||||||||||||||||
8. | Zie Afbeelding 4. Bevestig de achterplaat aan het achterlicht met de nr. 10-24 bolkopbouten, nr. 10 borgring en dopmoeren. |
Afbeelding 1. Kentekenplaatsteun
Afbeelding 2. Achterlicht
Afbeelding 3. Kentekenplaatsteun | ||||||||||||||||||||||||
9. | Monteer het achterlicht/de achterplaat met behulp van de originele bevestigingsmiddelen. | |||||||||||||||||||||||||
10. | Draai de inbusbout door het bovenste gat in de achterplaat en in de kentekenplaatsteun. Borg deze met de borgring en dopmoer. OPMERKING Als u merkt dat de kentekenplaat beweegt of ratelt, moet u het schuimrubberen kussen tussen de kentekenplaat en de achterplaats monteren. | |||||||||||||||||||||||||
11. | Plaats de kentekenplaat op de achterplaat. Plaats het kentekenplaatframe over de kentekenplaat en maak deze met de resterende bevestigingsmiddelen, borgringen en dopmoeren vast. |
1 | Bevestigingen |
2 | Achterplaat |