DRAADBOOM VOOR LED-ACCULAADCONTROLELAMP
J053232012-03-07
ALGEMEEN
Setnummer
66000005
Modellen
Deze driepinsacculaaddraadboom is geschikt voor alle Harley-Davidson® motorfietsen met een 12 V accu en heeft een gemakkelijke aansluiting voor elke Harley-Davidson acculader die is uitgerust met een zwarte snelkoppeling om de accu goed op te laden en te onderhouden. De LED-controlelamp knippert rood als de accu moet worden opgeladen. Controleer de status van de controlelamp regelmatig. Als de accuspanning lager wordt dan 3 V, kan het zijn dat de controlelamp stopt met knipperen.
Aanvullende onderdelen
MEDEDELING
Gebruik altijd vervangingszekeringen van het juiste type en het juiste amperage. Indien de verkeerde zekeringen worden gebruikt, kan dit schade aan de elektrische systemen veroorzaken. (00222a)
OPMERKING
Een vervangende 7,5 A autozekering van het type ATO kan plaatselijk worden aangeschaft.
BEDIENING
- Als de accuspanning laag is, schakelt de acculaadcontrolelamp in na 60 seconden verbonden te zijn.
- Door de draadboom aan te sluiten op een lader van Harley-Davidson® gaat de acculaadcontrolelamp uit.
- Als het contactslot van de motorfiets wordt ingeschakeld en het voertuig wordt niet binnen 60 seconden gestart, kan de stroom die de koplamp of de radio verbruikt, de controlelamp ook doen branden. De controlelamp gaat uit zodra de motorfiets wordt gestart.
INSTALLEREN
OPMERKING
In de afgelopen jaren zijn diverse variaties accupolen en bevestigingsmaterialen gebruikt voor Harley-Davidson motorfietsen. Zie Afbeelding 1 voor het type accupool en bevestigingsmaterialen van uw accu.
De controlelamp kan aanvankelijk knipperen bij installatie. Dit is normaal. Als de lamp na de installatie blijft knipperen, sluit dan uw accu aan op een door Harley-Davidson goedkeurde acculader.
De volgende procedures gelden voor alle modellen bij het aansluiten en loskoppelen van accupolen.
WAARSCHUWINGOm te voorkomen dat de motorfiets per ongeluk start, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, dient u voordat u verder gaat de accukabels (de minkabel (-) eerst) los te koppelen. (00307a)
WAARSCHUWINGKoppel eerst de minkabel (-) van de accu los. Mocht de pluskabel (+) in contact komen met massa terwijl de minkabel (-) nog is aangesloten, dan kan de accu door de vonken die dan ontstaan, exploderen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00049a)
| 1. | Zie Afbeelding 1. Volg de instructies in de gebruikershandleiding voor het verwijderen van het zadel en andere onderdelen (zijafdekkingen, etc.) om toegang te krijgen tot de accu. | |
| 2. | Raadpleeg de juiste afbeelding in Afbeelding 1 voor uw model. Haal de minkabel (-) van de accu van de minpool van de accu. | |
| 3. | Haal de pluskabel (+) van de accu van de pluspool van de accu. | |
| 4. | Reinig de accupolen en kabelklemmen met een staalborstel of schuurpapier om alle oxidatie te verwijderen. OPMERKING Voor FXD (Dyna)-modellen van 2006 en later: De acculaaddraadboom moet door de achterkant van de accuhouder worden geleid voordat deze op de accu wordt aangesloten. Zie Verloop van de draadboom voor meer informatie. | |
| 5. | Breng een dunne laag Harley-Davidson smeermiddel voor elektrische contactpunten (onderdeelnr. 99861-02), vaseline of ander anticorrosiemiddel aan op de accupolen, kabelklemmen, ringklemmen van de acculaaddraadboom en connector die zich onder de weerbestendige afdekking bevindt. | |
| WAARSCHUWING Sluit eerst de pluskabel (+) van de accu aan. Mocht de pluskabel (+) in contact komen met massa terwijl de minkabel (-) nog is aangesloten, dan kan de accu door de vonken die dan ontstaan, exploderen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00068a) | ||
| 6. | Raadpleeg de afbeelding in Afbeelding 1 voor demontage. Bevestig de (rode) pluskabel van de acculaaddraadboom aan de pluspool (+) van de accu en volg daarbij de afgebeelde volgorde. Haal de bout van de pluspool (+) aan tot de aangeven waarde in de gebruikershandleiding. | |
| 7. | Bevestig de (zwarte) minkabel van de acculaaddraadboom aan de minpool (-) van de accu en volg daarbij de afgebeelde volgorde. Haal de bout van de minpool (-) aan tot de waarde aangegeven in de gebruikershandleiding. |
Afbeelding 1. Soorten accuaansluitingen
Verloop van de draadboom
MEDEDELING
Zorg er bij het doorvoeren van draden en kabelbomen voor dat deze niet met bewegende onderdelen, warmtebronnen en afknelpunten in aanraking kunnen komen om beschadiging van de bedrading of kortsluiting te voorkomen, die het elektrische systeem kunnen beschadigen. (00579b)
In de volgende paragrafen vindt u het juiste verloop van de draadboom voor een groot aantal modellen. Of uw specifieke applicatie wordt afgebeeld of niet, u moet in ieder geval deze algemene richtlijnen volgen:
- Bind het uiteinde van de draadboom niet af bij de ontluchtingsslang van de brandstoftank.
- Vermijd dat voertuigonderdelen de draadboom kunnen afklemmen of doorsnijden.
- Houd de draadboom uit de buurt van voertuigonderdelen die warmte afgeven.
- Bind eventuele slaphangende kabeldelen samen en plaats deze uit het zicht.
- Bevestig de draadboom met kabelbinders (onderdeelnr. 10006), die verkrijgbaar zijn bij een Harley-Davidson-dealer.
VRSC-modellen (V-Rod)
- Zie Afbeelding 2. Leid de accudraadboomconnector (3) langs de framebuis linksboven naar de voorkant van de motorfiets. Stop de inline-zekering (2) goed weg in de ruimte vóór de accu.
- Leid de draadboomconnector vervolgens naar de voorkant van de motorfiets en achter de ontluchtingskap. Bevestig de draadboom met een kabelbinder en laat de connector uitsteken tot voorbij de kap zodat deze goed toegankelijk is. Knip het uitstekende deel van de kabelbinder af.
- Ga door naar ALLE modellen, stap 4.
| 1 | Pluspool (+) van de accu |
| 2 | Inline-zekeringhouder van draadboom |
| 3 | Draadboomconnector |
Afbeelding 2. Verloop van de accudraadboom bij VRSC-modellen
XL (Sportster)-modellen van 2003 en eerder
- Zie Afbeelding 3. Leid de draadboomconnector (5) langs de framebuis linksboven (1) naar de achterkant van de motorfiets. Stop de inline-zekering goed weg in de ruimte aan de zijkant van de accu (2).
- Leid de draadboomconnector vervolgens onder het dwarsgedeelte van het frame (3) en terug tussen de linker framerail en het spatbord. Bevestig de connector aan de binnenkant van de framebuis linksachter met een kabelbinder (4). Knip het uitstekende deel van de kabelbinder af.
- Ga door naar ALLE modellen, stap 4.
| 1 | Framebuis linksboven |
| 2 | Accu |
| 3 | Dwarsgedeelte van het frame |
| 4 | Kabelbinder |
| 5 | Draadboomconnector |
Afbeelding 3. Verloop van de accudraadboom bij XL (Sportster)-modellen (van 2003 en eerder)
XL (Sportster)-modellen van 2004 en later
- Zie Afbeelding 4. Leid de draadboomconnector (4) langs de framebuis linksboven naar de achterkant van de motorfiets. Stop de inline-zekering goed weg in de ruimte aan de zijkant van de accu.
- Zoek de B+ (plus) connector (van de accu) (niet-gebruikte grijze connector met een rode draad) van de hoofddraadboom, die onder het zadel onder de ontstekingsregelmodule (5) doorloopt. Bevestig de acculaaddraadboomconnector dicht bij de B+ connector met een kabelbinder (3). Knip het uitstekende deel van de kabelbinder af.
- Ga door naar ALLE modellen, stap 4.
| 1 | Pluspool (+) van de accu |
| 2 | Inline-zekeringhouder van draadboom |
| 3 | Kabelbinder |
| 4 | Draadboomconnector |
| 5 | Ontstekingsregelmodule |
Afbeelding 4. Verloop van de accudraadboom bij XL (Sportster)-modellen (van 2004 en later)
FXD (Dyna)-modellen van 2005 en eerder
| 1. | Zie Afbeelding 5. Leid de draadboomconnector (4) naar de linker (tegenovergestelde) kant van het frame. Stop de inline-zekering (6) goed weg in de ruimte waar de accu zich bevindt. | 
Afbeelding 5. Verloop van de accudraadboom bij FXD (Dyna)-modellen (van 2005 en eerder) | ||||||||||||
| 2. | Leid de draadboomconnector vervolgens onder de framebuis linksboven en bevestig de acculaaddraadboomconnector met een kabelbinder (3) aan de ontluchtingsslang zoals afgebeeld. Knip het uitstekende deel van de kabelbinder af. | |||||||||||||
| 3. | Ga door naar ALLE modellen, stap 4. |
Voor FXD (Dyna)-modellen van 2006 en later
| 1. | Zie Afbeelding 6. Voordat de acculaaddraadboom aan de accupolen wordt bevestigd, moet de draadboom als volgt worden aangebracht: a. Leid de connector (4) van de acculaaddraadboom (3) naar buiten via de rechthoekige uitsnijding (2) rechtsonder in de achterwand van de accuhouder (1). Leid de connector langs de onderkant van de accuhouder en dan eruit naar de rechterkant van de motorfiets. b. Leid het accu-uiteinde (5) van de draadboom omhoog, dicht langs de binnenwand van de accuhouder in de ruimte tussen de rechterwand van de houder en de accu. | 
Afbeelding 6. Verloop van de accudraadboom bij FXD (Dyna)-modellen (van 2006 en later) | ||||||||||||||
| 2. | Schuif de accu in de houder en leid de acculaaddraadboom langs de voorkant van de accu zoals afgebeeld. Sluit de accu en de acculaaddraadboomconnectors aan zoals beschreven onder stap 5, 6 en 7 van sectie INSTALLEREN. | |||||||||||||||
| 3. | Leg de acculaaddraadboomdraden in een soepele, vlakke lus tegen de voorkant van de accu. Bevestig de accuriem (6) en let er daarbij op dat de draadlussen op hun plaats worden gehouden. Plaats het connectoruiteinde van de draadboom zodanig dat deze toegankelijk is en weggestopt boven de startmotor (7) als deze niet wordt gebruikt, en trek dan aan de lussen onder de riem om de lengte van de draadboom aan te passen en eventuele slaphangende delen te verwijderen. Ga door naar ALLE modellen, stap 4. |
FLS/FXC/FXS (Softail)-modellen
- Zie Afbeelding 7. Leid de draadboomconnector (4) langs de rechterkant naar de achterkant van de accu. Stop de inline-zekering (6) goed weg in de ruimte direct vóór de accu.
- Leid de draadboomconnector tussen de framerail rechtsboven (2) en het oliereservoir door. Houd de connector zodanig vast dat de opening naar de voorkant van de motorfiets wijst en bevestig dan de acculaaddraadboom met een kabelbinder (3) aan zowel de binnen- als de buitenkant van de framerail. Knip het uitstekende deel van de kabelbinder af.
- Ga door naar ALLE modellen, stap 4.
| 1 | Negatieve (zwarte) ringklem |
| 2 | Framerail rechtsboven |
| 3 | Kabelbinder |
| 4 | Draadboomconnector |
| 5 | Pluspool (rood) |
| 6 | Inline-zekering van draadboom |
Afbeelding 7. Verloop van de accudraadboom bij FLS/FXS (Softail)-modellen
FL (Touring)-modellen
- Zie Afbeelding 8. Leid de draadboomconnector (6) omlaag langs de voorkant van de accu, dan naar rechts naar de ruimte tussen de rechter framebuis en de accuhouder (5).
- Stop de inline-zekering (2) goed weg in de ruimte direct vóór de accu. Leid de draadboomconnector naar buiten onder de rechterkant van de accuhouder en vervolgens door het gat of de sleuf in de metalen frameplaat (4) en dan omlaag tot net boven de peilstok van het olievulgat (7). Bevestig de connector met een kabelbinder aan de kabelbuis van de bestaande draadboom die verticaal dicht bij de framebuis loopt. Knip het uitstekende deel van de kabelbinder af.
- Ga door naar ALLE modellen, stap 4.
| 1 | Positieve (rode) ringklem |
| 2 | Inline-zekering van draadboom |
| 3 | Negatieve (zwarte) ringklem |
| 4 | Leid de draadboom omlaag aan de binnenkant van het frame |
| 5 | Accuhouder |
| 6 | Draadboomconnector |
| 7 | Olievulgat |
Afbeelding 8. Verloop van de accudraadboom bij FL (Touring)-modellen
ALLE modellen
WAARSCHUWINGTrek het zadel na de montage even omhoog om er zeker van te zijn dat het in de positie is vergrendeld. Tijdens het rijden kan een loszittend zadel verschuiven, waardoor men de controle over de motorfiets kan verliezen met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00070b)
- Raadpleeg de gebruikershandleiding en volg de instructies voor het monteren van het zadel en eventuele andere onderdelen die werden verwijderd.
IN GEBRUIK
Aansluiten op een tweepinsacculader
Zie Afbeelding 9 a. Sluit de tweepinsconnector (2) van de acculader aan op de driepinsconnector (1) van de accudraadboom.
Aansluiten op een driepinsacculader
Zie Afbeelding 9 b. Sluit de driepinsconnector (3) van de acculader aan op de driepinsconnector (1) van de accudraadboom.
Indien niet aangesloten op een acculader
Zie Afbeelding 9 c. De beschermkap (4) dient te worden bevestigd over de gehele accudraadboomconnector (1) om alle drie de klemmen te beschermen tegen beschadiging en corrosie.
| 1 | Driepinsconnector van acculaaddraadboom |
| 2 | Tweepinsconnector van 1,25 A Global-acculader OF Battery Tender Jr. |
| 3 | Driepinsconnector van 5 A Global-acculader |
| 4 | Beschermkap van driepinsconnector |
Afbeelding 9. Aansluiting op acculader
| 1 | Aansluiting acculader |
| 2 | Beschermhoes |
| 3 | Positieve connector |
| 4 | Negatieve connector |
| 5 | Zekeringdeksel |
| 6 | LED-controlelamp |
Afbeelding 10. Acculaaddraadboom