1. | Zie Afbeelding 1. Monteer de schilden op de uitlaatpijpen. Draai de klembanden net genoeg vast dat de uitlaatschilden op hun plaats blijven zitten. | |
2. | Pas de schilden en klembanden zodanig aan dat deze geen contact maken met andere onderdelen. | |
3. | Draai alle vier klembouten vast. | |
MEDEDELING Veeg, na de installatie en voordat u de motor start, alle vingerafdrukken van de onderdelen van het uitlaatsysteem. Olie van uw handen kan permanente afdrukken op de laklaag van het uitlaatsysteem achterlaten. (00346a) | ||
4. | Veeg alle vingerafdrukken af. Olie die zich op uw handen bevindt, zal permanent inbranden in de afwerking. |
Item | Beschrijving (aantal) | Onderdeelnummer |
---|---|---|
1 | Achterschild | niet afzonderlijk onderhouden |
2 | Voorschild | niet afzonderlijk onderhouden |
Items genoemd, maar niet in de set inbegrepen | ||
A | Tussenschild | |
B | Klembanden, tussenschild (2) | |
C | Klembanden, voor- en achterschild (5) |