BOOM! AUDIO STAGE II TOUR-PAK-VERSTERKERMONTAGESET
J063252016-05-25
ALGEMEEN
Montage door de dealer wordt aanbevolen.
Setnummer
76000751
Modellen
Voor modelgerelateerde informatie raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte "Parts and Accessories" (Onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Montagevereisten
Deze set moet worden gemonteerd:
  • Voorafgaand aan de montage van de Boom! Audio Stage II Tour-Pak luidsprekerset (onderdeelnr. 76000526).
  • Na de montage van een op de kuip gemonteerde PRIMARY-versterker.
De versterker (onderdeelnr. 76000277A) die samen met deze set wordt gemonteerd, moet afzonderlijk worden aangeschaft bij een Harley-Davidson-dealer.
Bij de modellen FLHX, FLHXS en FLHXSE moet een origineel (OE) star Tour-Pak-kofferbevestigingsrek worden gemonteerd. Vraag een Harley-Davidson-dealer naar de juiste onderdelen, die apart verkrijgbaar zijn. Voer de montage volgens de servicehandleiding uit.
ALLE modellen: Als er meer dan TWEE versterkers worden geïnstalleerd, zijn er slechts één AUDIO IN drieweg Y-connector (onderdeelnr. 69201092) EN één accu+ drieweg Y-connector (onderdeelnr. 70270-04A) vereist. Deze connectoren kunnen in andere sets zijn opgenomen. Indien vereist moet deze zijn afzonderlijk worden aangeschaft bij een Harley-Davidson-dealer.
OPMERKING
Op eenzelfde motorfiets MOGEN GEEN luidsprekers van Stage I en Stage II door elkaar worden gebruikt.
MEDEDELING
De radio EQ MOET door een Harley-Davidson-dealer worden geüpdatet VOORDAT het audiosysteem mag worden gebruikt. Als het audiosysteem gebruikt wordt voordat de radio EQ geüpdatet is, raken de luidsprekers ONMIDDELLIJK beschadigd. (00645d)
Een update van de radio EQ met het Digital Technician® II diagnoseapparaat:
  • Wordt aanbevolen voorafgaand aan de INSTALLATIE van de luidspreker.
  • Is vereist voorafgaand aan het GEBRUIK van het audiosysteem.
  • Is alleen beschikbaar via erkende Harley-Davidson-dealers.
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)
OPMERKING
In dit instructieblad wordt verwezen naar informatie in de servicehandleiding. Voor installatie is een servicehandleiding voor dit modeljaar/model motorfiets vereist. Deze is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.
Elektrische overbelasting
MEDEDELING
U kunt u het oplaadsysteem van het motorvoertuig overbelasten indien u te veel elektrische accessoires aanbrengt. Als de op een bepaald moment gebruikte accessoires samen meer stroom verbruiken dan het laadsysteem kan opwekken, kan de accu als gevolg van het stroomverbruik leegraken waardoor er schade aan het elektrische systeem van de motorfiets kan ontstaan. (00211d)
WAARSCHUWING
Bij het installeren van een elektrische accessoire moet u controleren of het maximale amperage van de zekering of stroomonderbreker die het circuit beschermt dat u wijzigt, niet wordt overschreden. Het overschrijden van het maximale amperage kan leiden tot defecten in het elektrische systeem, hetgeen ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben. (00310a)
De versterker die samen met deze set wordt gemonteerd, verbruikt tot 8 A aan extra stroom.
Setinhoud
VOORBEREIDING
WAARSCHUWING
Om te voorkomen dat de motorfiets per ongeluk start, met ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, moet eerst de hoofdzekering worden verwijderd. (00251b)
  1. Raadpleeg de servicehandleiding voor het uitvoeren van de volgende algemene stappen:
  2. Raadpleeg de servicehandleiding voor het uitvoeren van de volgende algemene stappen:
    1. Verwijder het zadel. Bewaar alle bevestigingsmaterialen van het zadel.
    2. Verwijder de ECM-houder van de accubovenzijde.
    3. Koppel beide accukabels los, de minkabel van de accu eerst.
    4. Verwijder de accu.
    5. Verwijder de rechterzijafdekking.
    6. Verwijder de linker zijafdekking.
    7. Verwijder de twee bevestigingsschroeven van de elektrische houder onder de linkerzijafdekking.
MONTAGE VAN DE VERSTERKER
1. Reinig het capaciteitslabel aan de binnenkant van de Tour-Pak met een mengsel van 50% isopropylalcohol en 50% gedestilleerd water. Zie Afbeelding 9. Bevestig het nieuwe capaciteitslabel (2) over het originele label. Noteer de belastingsgrens die is gewijzigd als gevolg van de montage van de versterker.
2. Monteer de beugels (4 en 8) met de bouten (6) op de versterker (A). Haal deze om de beurt aan tot 9,5–12,2 N·m (84–108 in-lbs).
3. Verwijder de inhoud van de Tour-Pak®. Verwijder de Tour-Pak. Verwijder de Tour-Pak-liner (indien aanwezig). Plaats de Tour-Pak op een beschermde ondergrond.
OPMERKING
  • Verbreek de luidsprekerverbindingen. Verwijder de luidsprekers uit de hulzen, om schade aan de inwendige bedrading te voorkomen.
  • Noteer de locatie van de draden in de connectoren. Het boren gaat gemakkelijker als de pennen uit beide connectorhelften worden verwijderd. Trek de bedrading weg van het boorgedeelte.
  • Het gebruik van een getrapte gatenboor wordt aanbevolen om schade aan de afdekking van de luidsprekerhulzen te voorkomen.
4. Zie Afbeelding 1. Boor een nieuw gat (3) van 25 mm (1.0 in) in elke luidsprekerhuls (1), verwijderd van de huidige doorvoertule (2), ongeveer op de plaats zoals afgebeeld.
OPMERKING
Deze gaten zijn bedoeld voor de kabels [36TB] en [37TB] van de versterkerkabelboom ( Afbeelding 9 , onderdeel 3), die tijdens de montage van de Boom! Audio Stage II Tour-Pak-luidsprekerset worden aangesloten.
5. Schuur zachtjes rond de gaten voor de doorvoertules in de luidsprekerbehuizingen.
6. Trek de bedrading terug door de gaten. Voorzie de connectoren weer van pennen.
OPMERKING
Als de versterker wordt gemonteerd voordat de Tour-Pak wordt gemonteerd, is het niet mogelijk om de Tour-Pak vast te zetten.
7. Zie Afbeelding 2. Plaats zeskantmoeren (1) in de zeskantuitsparingen (3) op de Tour-Pak-steun (5).
8. Monteer de Tour-Pak. Zie de servicehandleiding. Haal de bouten aan tot 6,8–8,1 N·m (60–72 in-lbs).
9. Dek het achterspatbord af met een doek. Schuif de versterker met beugels vanaf de zijkant in.
10. Monteer de versterker. Zet deze vast met platte onderlegringen (7), borgringen (8) en schroeven (6). Haal de bouten aan tot 6,8–8,1 N·m (60–72 in-lbs).
1Luidsprekerhuls
2Bestaand gat met doorvoertule, luidsprekerhuls
3Nieuw gat, 1,0 in (25 mm)
4Doorvoertule, rond
Afbeelding 1. Montage van doorvoertule
1Moer (4)
2Tour-Pak
3Zeskantuitsparing, Tour-Pak-steun (4)
4Tour-Pak-steun
5Versterkerbeugel
6Bout (4)
7Platte onderlegring (4)
8Borgring (4)
Afbeelding 2. Montage van de versterker
MONTAGE VAN DE VERSTERKERKABELBOOM
OPMERKING
Deze tips helpen om ervoor te zorgen dat de complete bedrading onder het zadel past, vooral bij de montage van meerdere versterkers:
  • Zie Afbeelding 5. Begin met het installeren van de versterkerkabelboom vanaf de 23-polige connector [149] (1), in voorwaartse richting. De grote stekker past niet door smallere doorgangen.
  • Leg het overgebleven deel van de kabelboom naar de voorkant van het voertuig, door de ruimte tussen Tour-Pak-steun (3) en het spatbord (4).
  • Leg elke kabelboom onder de framerail zodat deze niet door het deksel of zadel kunnen worden ingeklemd.
  • Maak de verbindingen [36TB] (rechterhulsluidspreker) en [37TB] (linkerhulsluidspreker) tijdens de montage van de Boom! Audio Stage II Tour-Pak-luidsprekerset.
  • Zorg ervoor dat ELKE aftakking van de versterkerkabelboom uit de buurt van bougiekabels wordt geïnstalleerd. Als deze te dicht in de buurt komen, worden er vonkgeluiden in het audiosysteem opgewekt.
  • Plaats de kabelbomen onder de framedrager achter de accu bij het installeren van de bedrading van rechts naar links. Zorg ervoor dat het accucompartiment toegankelijk blijft.
  • Installeer de zwarte zespolige audiostekkers met roze bedrading onderde rechterframerail, in de rechterzijafdekking. Bindt deze op voor de ABS-module, indien aanwezig.
  • Zoek de zwarte vierpolige Molex-connector [296A] op in de buurt van de achterkant van het lage zadel. FLHX/FLTRX-modellen: aan een verbindingskabelboom vanaf de kuip. FLHTCU/FLHTK-modellen: aan een adapterkabelboom met twee 16-polige ([162C] en [162D]) en twee vierpolige connectoren ([296A] en (297B]). Met SLECHTS EEN Stage II-versterker achterop gemonteerd:: verwijder de stop in de connector [296A]. Verbind de versterkerkabelboom. Met TWEE of meer Stage II-versterkers achterop gemonteerd: Steek de audio-invoerkabelboom in de connectorhelften [296A] en (297B] op de verbindingskabelboom (2). Steek de connector [296A] van de versterkerkabelboom (3) in audio-inputkabelboom.
  • Controleer of de connectoren van de versterkerkabelboom en de installatieweg van de kabelboom vrij zijn van de bewegende delen.
  • Leg de accuklemaftakking naar de accuklemmen, maar sluit de accukabels nu NOG NIET aan.
  • Gebruik één van de massabouten op het frame als er al meer dan twee versterkers of andere accessoires op de massaklem van de accu zijn aangesloten.
  • Indien meer dan twee versterkers op het voertuig zijn geïnstalleerd, zijn ÉÉN accu + driepolige Y-connector (afzonderlijk verkrijgbaar) nodig.
  • Zet de bekabeling vast met kabelbinders (10) en kabelklemmen (1) zodra de installatie is voltooid.
123-polige connector [149]
2Versterkerkabelboom
3Tour-Pak-steun
4Achterspatbord
Afbeelding 3. Verloop van de kabelboom
1. Voltooi het verloop van de kabelboom:
a. Leg de setkabelboom naar voren langs de framerails naast de hoofdkabelboom onder de framebuis.
b. Routeer kabelboom langs de rechterkant van de accuruimte tussen de accu en reverse solenoïde. Steek de rode zekeringdraad en zwarte massadraad in de voorkant van de accu.
c. Zie Afbeelding 4. Zoek de 2-polige Delphi CAN-stekker [319B] (1) onder het deksel aan de rechterzijde.
d. De kap is een eindweerstandpakket dat is bevestigd aan de elektrische caddy. Verwijder stekker [319B] uit het weerstandspakket.
e. Sluit [319A] van de kabelboom geleverd bij de set (zie Afbeelding 5 onderdeel 8) aan op [319B] van het voertuig.
f. Als dit de enige (achter) versterkeraansluiting is in deze installatie, sluit dan de [319B]-zijde van de kabelboom (zie Afbeelding 5 onderdeel 9) uit de set weer aan op het eindweerstandpakket uit stap 'B' hierboven. Bij toepassing van meerdere achterversterkers moet [319B] uit deze kabelboom in serie met [319A] van de volgende versterkerkabelboom worden aangesloten. Verifieer altijd of de overgebleven connector [319B] is aangesloten op de afsluitweerstand van het voertuig.
2.
a. Zoek connector 299 op het voertuig (onder de binnenkuip, zie servicehandleiding voor locatie). Deze stekker is mogelijk al aangesloten op een kuipversterker.
b. Monteer 69200921 'Y' (zie Afbeelding 7 ) op voertuigzijde 299, met één uiteinde naar de kabelboom van de kuipversterker.
c. Monteer de verbinder 69201545 (zie Afbeelding 6 ) op het andere uiteinde van de 69200921 'Y' in de kuip. (Als al een 69201545-jumper is geïnstalleerd op het voertuig, ga dan verder naar 'e'. Monteer niet meer dan één 69201545-jumper.)
d. Leg de jumper 69201545 door de binnenkuip en in de kabelgoot, en volg daarbij de routing van de kuipkabelboom.
e. Zoek het uiteinde van de jumper 69201545 onder het deksel aan de rechterzijde in de buurt van de [319] stekkers. Indien een 69201545 aanwezig is van een eerdere installatie, gebruik dan een 69200921 'Y' onder het rechter deksel om [299] aan te sluiten.
OPMERKING
Als meer dan één versterker wordt gemonteerd achter op het voertuig, kunnen maximaal twee 69200921-connectoren worden gebruikt.
1CAN-stekker [319B]
Afbeelding 4. CAN-stekker [319B], onder de rechter zijafdekking
1Versterkerconnector [149]
2Linker Tour-Pak mid/tweeter [37TB]
3Connector ingang versterker [296B]
4Pluspool van de accu [B+]
5Inline connector B+ [160A/B]
6Versterkerzekering
7Bout minpool van de accu [B-]
8Nieuwe CAN-stekker [319A] naar standaard (OE) kabelboom
9CAN-connector [319B] naar eindweerstand, of in serie naar kabelboom van extra versterker
10Luidsprekerconnector Tour-pak woofer [297A]
11Rechter Tour-Pak mid/tweeter [37TB]
12Connector accessoire/ontsteking [299]
Afbeelding 5. Kabelboom hoofdversterker
1Accessoirevoeding [299A]
2Accessoirevoeding [299B]
Afbeelding 6. Kabelboom, verbinder
1Accessoirevoeding [299B]
2Accessoirevoeding [299A]
Afbeelding 7. Kabelboom hulpvoeding
1Linker kuipluidspreker (mogelijk geïnstalleerd)
2Versterker, kuip, voedt kuipluidsprekers, versterker nummer 1 (eerder gemonteerd)
3Rechter kuipluidspreker (eerder geïnstalleerd)
4Connector accessoire/ontsteking [299]
5CAN-connector [319B] naar eindweerstand, of in serie naar kabelboom van extra versterker
6Nieuwe CAN-stekker [319A] naar standaard (OE) kabelboom
7Aansluiting op accu [B+ en B-]
8Connector ingang versterker [296B]
9Linker Tour-Pakluidspreker (gemonteerd met deze set)
10Rechter Tour-Pakluidspreker (gemonteerd met deze set)
11Versterkerconnector [149]
12Versterker, Tour-Pak, voedt Tour-Pakluidsprekers, versterker nummer 4 (gemonteerd met deze set)
13Verbindingskabelboom (onderdeelnummer 6901545)
Afbeelding 8. Luidspreker Stage II Boom! Audio Tour-Pak versterkermontageset
VOLTOOIING
OPMERKING
Om mogelijke beschadiging van het geluidssysteem te voorkomen, dient de contactsleutelschakelaar op OFF (uit) te staan, voordat de accukabels aangesloten worden.
WAARSCHUWING
Sluit eerst de pluskabel (+) van de accu aan. Mocht de pluskabel (+) in contact komen met massa terwijl de minkabel (-) nog is aangesloten, dan kan de accu door de vonken die dan ontstaan, exploderen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00068a)
1. Monteer de accu. Zie de servicehandleiding.
2. Zie de servicehandleiding. Sluit beide accukabels aan op de accuklemmen (de rode pluskabel als eerste).
a. Plaats de +-ringklem op de pluspool van de accu. Monteer de bout.
b. Breng de in-line-zekeringhouder aan op een plaats die gemakkelijk bereikbaar is.
c. Plaats de - ringklem op de minpool van de accu. Monteer de bout.
d. Haal beide bouten aan tot 6,8–7,9 N·m (60–70 in-lbs).
3. Monteer de elektrische houder onder de linkerzijafdekking met de twee eerder verwijderde bouten. Haal beide bouten aan tot 8,1–10,8 N·m (72–96 in-lbs).
4. Monteer de ECM-houder volgens de servicehandleiding.
5. Smeer een dunne laag vaseline of corrosievertragend materiaal op beide accupolen.
6. Zie de servicehandleiding. Bevestig het zadel. Trek na montage het zadel omhoog om te controleren of het goed vastzit.
7. Zie de servicehandleiding. Monteer de hoofdzekering.
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 9. Serviceonderdelen, versterkermontageset
Tabel 1. Serviceonderdelen
Onderdeel
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
1
Beugel, kabelklem (4)
69200342
2
Capaciteitslabel (niet afgebeeld)
14001001
3
Kabelboom, Tour-Pak-versterker
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
4
Versterkerbeugel linkerzijde
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
5
Dopbout (4)
2551W
6
Bout (4)
926
7
Doorvoertule, rond (2)
12100073
8
Versterkerbeugel, rechterzijde
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
9
Borgring (4)
7036
10
Draadbinder (6)
10006
11
Platte onderlegring (4)
6703
12
Moer (4)
10100065
13
Jumperkabelboom
96201545
14
Voedingsstekker
69200921
Onderdelen genoemd in de tekst, maar niet in de set inbegrepen:
A
Versterker
Informatie bedradingschema
Draadkleurcodes
Voor draden met effen kleur: zie Symbolen connector-/bedradingschema (standaard). De alfacode bepaalt de draadkleur.
Voor gestreepte draden: de code is geschreven met een schuine streep (/) tussen de code van de effen kleur en die van de streep. Een leiding met sticker GN/Y is bijvoorbeeld een groene draad met een gele streep.
Symbolen bedradingsschema
Zie Symbolen connector-/bedradingsschema (standaard). Vierkante haken [] geven de connectornummers aan. De letter binnen de haken geeft aan of de behuizing een stekker- of een contrastekkerbehuizing is.
A = stekker: de letter A en het stekkersymbool na een connectornummer geeft de stekkerzijde van de aansluitklemmen aan.
B = contrastekker: de letter B en het contrastekkersymbool na een connectornummer geeft de contrastekkerzijde van de aansluitklemmen aan. Er zijn ook andere symbolen te vinden in bedradingsschema's, waaronder de volgende:
Diode: via een diode kan de stroom binnen een circuit slechts in één richting lopen.
Draadafbreking: de draadafbrekingen worden gebruikt om verschillende opties of pagina-einden weer te geven.
Geen verbinding: wanneer twee draden in een bedradingsschema elkaar kruisen, zonder dat er een verbindingsteken is weergegeven, geeft dit aan dat deze niet met elkaar zijn verbonden.
Circuit naar/van: dit symbool geeft een compleet circuitschema aan op een andere pagina. Het symbool geeft tevens de richting van de stroom aan.
Verbinding: verbindingen bevinden zich waar twee of meer draden op een bedradingsschema op elkaar zijn aangesloten. De aanduiding van een verbinding geeft alleen aan dat er draden met dat circuit zijn verbonden. Het is niet de werkelijke locatie van de verbinding in de kabelboom.
Massa: massa-aansluitingen kunnen als schone of vuile massa-aansluitingen worden geclassificeerd. Schone massa-aansluitingen worden aangeduid door een (zwart/groene, BK/GN) draad en worden doorgaans gebruikt voor sensors of modules.
OPMERKING
Op schone massa-aansluitingen zitten doorgaans geen elektromotoren, spoelen of een onderdeel dat elektrische storingen kan veroorzaken in het massacircuit.
Vuile massa-aansluitingen worden aangeduid met een (zwarte, BK) draad en worden gebruikt voor onderdelen die niet zo gevoelig zijn voor elektrische storingen.
Getwist aderpaar: dit symbool geeft aan dat de twee draden een getwist aderpaar vormen binnen de kabelboom. Hierdoor worden de door externe bronnen veroorzaakte elektromagnetische storingen binnen een circuit tot het minimum beperkt. Als er reparaties nodig zijn aan deze draden, dienen ze een getwist aderpaar te blijven.
1Connectornummer
2Aansluitingscode (A=stekker, B=contrastekker)
3Kleur effen draad
4Kleur gestreepte draad
5Contrastekkersymbool
6Stekkersymbool
7Diode
8Draadafbreking
9Geen aansluiting
10Circuit naar/van:
11Verbinding
12Massa
13Getwist paar
Afbeelding 10. Symbolen connector/bedradingsschema
Tabel 2. Draadkleurcodes
ALFACODE
DRAADKLEUR
BE
Blauw
BK
Zwart
BN
Bruin
GN
Groen
GY
Grijs
LBE
Lichtblauw
LGN
Lichtgroen
O
Oranje
PK
Roze
R
Rood
TN
Lichtbruin
V
Paars
W
Wit
Y
Geel
1Positieve ringklem [B+]
2Inline connector B+ [160A/B]
3Versterkerzekering
4Connector rechterluidspreker (mid/tweeter) [36TB]
5Achterluidsprekerhuls woofer [297A]
6Connector kuipversterker [149B]
7Negatieve ringklem [B-]
8Connector linkerluidspreker (mid/tweeter) [37TB]
9Ingang versterker [296B]
10Voeding accessoire/ontsteking [299B]
11CAN-stekker [319B]
12CAN-connector [319A]
Afbeelding 11. Bedradingsschema hoofdversterker (kuip)
1Accessoire/voeding [299B]
2Accessoire/voeding [299A]
Afbeelding 12. Overbruggingskabelboom achter
1Accessoirevoeding [299B], contrastekker
2Accessoirevoeding [299A], stekker
3Accessoirevoeding [299A], stekker
4Accessoirevoeding [299B], contrastekker
5Accessoirevoeding [299A], stekker
6Accessoirevoeding [299A], stekker
Afbeelding 13. Voedingskabelboom accessoire