Verplaatsingsset richtingaanwijzer voor
J004342006-09-11
ALGEMEEN
Setnummer
68517-94A
Modellen
Voor informatie over de modelgeschiktheid, raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte Parts and Accessories (onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Vereiste aanvullende onderdelen
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)
OPMERKING
In dit instructieblad wordt verwezen naar informatie in de servicehandleiding. Een servicehandleiding voor uw model motorfiets is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.
Setinhoud
INSTALLEREN
OPMERKING
Deze set bevat alle onderdelen om de richtingaanwijzers die op de bovenste balhoofdplaat of op het stuur (spiegels) gemonteerd zijn, naar de onderste balhoofdplaat te verplaatsen. Bij motorfietsen met richtingaanwijzers met drie draden, is de derde zwarte draad een massadraad. Controleer het aantal draden van de richtingaanwijzers voor en volg de daarvoor bedoelde procedure.
RICHTINGAANWIJZERS MET TWEE DRADEN VERPLAATSEN
1. Zet de motorfiets op een middenstandaard zodat het voorwiel iets van de vloer getild is.
2. Verwijder de klembout voor de bovenste voorvorkpoot rechts uit de onderste balhoofdplaat.
3. Verwijder, als de richtingaanwijzer op de bovenste balhoofdplaat gemonteerd is, de klembout voor de bovenste voorvorkpoot rechts uit de bovenste balhoofdplaat. (De rechter richtingaanwijzer is met deze bout bevestigd.) Zie Afbeelding 1. Verwijder, als de richtingaanwijzer op de spiegel gemonteerd is, de richtingaanwijzer en de bevestigingsmaterialen. Bewaar de borgringen met binnenvertanding (4) en de afstandsstuk (5).
4. Monteer de dopmoer uit de set om de rechter spiegel vast te zetten. Als de dopmoer niet verder kan worden aangedraaid, maar de spiegel nog niet vast zit, plaats dan de tweede afstandsstuk (3) uit de set op de aangegeven plaats.
OPMERKING
Verwijder eerst de richtingaanwijzer, knip de draadbinders waarmee de draden bevestigd zijn door en controleer of de draden lang genoeg zijn om de onderste balhoofdplaat te bereiken. Knip dan pas de draden bij de richtingaanwijzer door. Ga naar stap 5 als de draden te kort zijn, ga anders naar stap 6.
1Dopmoer
2Spiegel
3Afstandsstuk (uit de set)
4Borgring met binnenvertanding (2)
5Standaard afstandsstuk
Afbeelding 1. Spiegel vastzetten
5. Knip de draden van de richtingaanwijzer af op ongeveer 50,8 mm (2 in) van het richtinglamphuis.
OPMERKING
Ga naar stap 6 als de richtingaanwijzer op de bovenste balhoofdplaat bevestigd is. Als de richtingaanwijzer op de spiegel bevestigd is, monteer dan de beugel voor de richtingaanwijzer (zie Afbeelding 2) en ga vervolgens naar stap 6, maar gebruik de bout van 3/8-16 x 2,0 inch uit de set om de richtingaanwijzer te bevestigen. De verwijzing naar de klembout in de bovenste balhoofdplaat is nu niet van toepassing.
6. Plaats de rechter richtingaanwijzer rechts op de onderste balhoofdplaat met de klembout die in stap 3 verwijderd is. Plaats de klembout die in stap 2 verwijderd is rechts in de bovenste balhoofdplaat. Haal beide klembouten aan tot 41-47 N·m (30-35 ft-lb).
7. Herhaal stappen 1 t/m 6 om de linker richtingaanwijzer te verplaatsen. Zie Afbeelding 1. Gebruik een standaard dopmoer en borgring met binnenvertanding om de spiegel te bevestigen.
OPMERKING
De voorvorkpoten kunnen in de balhoofdplaten naar beneden schuiven. Als dit gebeurt, dan moet de voorvorkpoot boven de bovenste balhoofdplaat opnieuw worden afgesteld volgens de juiste procedures in de servicehandleiding.
8. Als de draden doorgeknipt zijn, sluit de rechter richtingaanwijzer dan als volgt aan: Strip ongeveer 7,9 mm (5/16 in) van de isolatie van de draden die in stap 5 afgeknipt zijn.
1Bout, 5/16-18 x 9/16 inch (2)
2Borgring (2)
3Beugel richtingaanwijzer (2)
4Bout, 3/8-16 x 2 inch (2)
Afbeelding 2. Richtingaanwijzer bevestigen
9. Klem soldeervrije connectoren uit de kit op de twee draden die van de motorfiets komen.
10. Splits het ene uiteinde van de twee-aderige draad met verschillend gekleurde aders uit de set over ongeveer 50,8 mm (2 in) en strip ongeveer 7,9 mm (5/16 in) van de isolatie af.
11. Schuif een stuk krimpkous uit de set over de beide in stap 10 gestripte draadeinden en klem de draden in de in stap 9 gemonteerde aansluiting. Let op dat de zilver- en koperkleurige draden aan dezelfde kleur draden worden aangesloten.
OPMERKING
De draad met verschillend gekleurde aders wordt gebruikt om er zeker van te zijn dat de bedrading juist wordt aangesloten. Eén van de draden is zilverkleurig, de andere is koperkleurig. De kleuren van de aders in de gesplitste draad moeten gelijk zijn aan de kleuren van de aders in de oorspronkelijke draad.
12. Knip de draad met verschillend gekleurde aders op de juiste lengte af om de draden van de verplaatste richtingaanwijzer aan te sluiten. Zorg dat u voldoende speling houdt om de draadboom langs de bovenste voorvorkpoot te leiden.
13. Splits het andere uiteinde van de twee-aderige draad met verschillend gekleurde aders uit de set over ongeveer 50,8 mm (2 in) en strip ongeveer 7,9 mm (5/16 in) van de isolatie af.
14. Schuif de krimpkous over de twee draadeinden.
15. Strip 7,9 mm (5/16 in) van de isolatie van de draden aan de richtingaanwijzers af en verbind de draden van de richtingaanwijzer met de draden uit de set. Verbind hierbij de draden van dezelfde kleur aan elkaar.
16. Schuif de krimpkous over de in de stappen 11 en 15 gemonteerde connectoren. Verwarm de krimpkous met een UltraTorch UT-100, een heteluchtpistool of een föhn zodat deze vast zit.
WAARSCHUWING
Zorg dat u de instructies van de fabrikant volgt wanneer u het Robinair heteluchtpistool of een ander stralingswarmteapparaat gebruikt. Het niet volgen van de instructies van de fabrikant kan brand veroorzaken, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00379a)
  • Richt de hitte niet op onderdelen van het brandstofsysteem. Extreme hitte kan ontbranden/exploderen van brandstof veroorzaken, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
  • Richt de hitte niet op andere onderdelen van het elektrische systeem, behalve de verbinders waarop u warmtekrimp toepast.
  • Houd uw handen uit de buurt van de punt van het gereedschap en het warmtekrimphulpstuk.
  1. Plaats de draadboom langs de bovenste voorvorkpoot en zet deze met draadbinders vast.
  2. Herhaal stappen 8 t/m 17 voor de linker richtingaanwijzer.
  3. Test of de richtingaanwijzers en de rijverlichting juist functioneren. Als dit niet het geval is, controleer dan of de draden juist zijn aangesloten.
RICHTINGAANWIJZERS MET DRIE DRADEN VERPLAATSEN
  1. Zet de motorfiets op een middenstandaard zodat het voorwiel iets van de vloer getild is.
  2. Verwijder de klembout voor de bovenste voorvorkpoot rechts uit de onderste balhoofdplaat.
  3. OPMERKING
    Verwijder eerst de richtingaanwijzer, knip de draadbinders waarmee de draden bevestigd zijn door en controleer of de draden lang genoeg zijn om de onderste balhoofdplaat te bereiken. Knip dan pas de draden bij de richtingaanwijzer door. Voer de stappen 3 en 4 uit als de draden te kort zijn.
  4. Snijd voorzichtig 102 mm (4 in) van de mantel van de draden naar de rechter richtingaanwijzer af.
  5. Knip de draden van de richtingaanwijzer op de volgende afstanden van de richtingaanwijzer af: Blauwe draad: op 31,8 mm (1 1/4 in) van de richtingaanwijzer Paarse draad: op 57 mm (2 1/4 in) van de richtingaanwijzer Zwarte draad: op 82 mm (3 1/4 in) van de richtingaanwijzer
  6. OPMERKING
    De draden worden op verschillende afstanden afgeknipt om de stootverbinders achter elkaar te plaatsen zodat geen dikke bult in de draadboom ontstaat.
  7. Strip 7,9 mm (5/16 in) af van de isolatie van de afgeknipte uiteinden van de drie in stap 4 afgeknipte draden.
  8. Verwijder de klembout voor de bovenste voorvorkpoot rechts uit de bovenste balhoofdplaat. (De rechter richtingaanwijzer is met deze bout bevestigd.)
  9. OPMERKING
    Ga naar stap 7 als de richtingaanwijzer op de bovenste balhoofdplaat bevestigd is. Als de richtingaanwijzer op de spiegel gemonteerd is, monteer dan volgens Afbeelding 2 de beugel voor de richtingaanwijzer en voer vervolgens stap 7 uit, maar gebruik hierbij de bout van 3/8-16 x 2 inch uit de set om de richtingaanwijzer te monteren. De verwijzing naar de klembout in de bovenste balhoofdplaat is nu niet van toepassing. Zie Afbeelding 1. Monteer de dopmoer uit de set om de rechter spiegel vast te zetten. Als de dopmoer niet verder kan worden aangedraaid, maar de spiegel nog niet vast zit, plaats dan de tweede afstandsring uit de set op de aangegeven plaats.
  10. Plaats de rechter richtingaanwijzer rechts op de onderste balhoofdplaat met de klembout die in stap 6 verwijderd is. Plaats de klembout die in stap 2 verwijderd is rechts in de bovenste balhoofdplaat. Haal beide klembouten aan tot 41-47 N·m (30-35 ft-lb).
  11. Herhaal de stappen 1 t/m 7 om de linker richtingaanwijzer te verplaatsen.
  12. OPMERKING
    De voorvorkpoten kunnen in de balhoofdplaten naar beneden schuiven. Als dit gebeurt, dan moet de voorvorkpoot boven de bovenste balhoofdplaat opnieuw worden afgesteld volgens de juiste procedures in de servicehandleiding.
  13. Als de draden doorgeknipt zijn, sluit de rechter richtingaanwijzer dan als volgt aan: Klem soldeervrije connectoren uit de kit op de drie draden die van de motorfiets komen.
  14. Knip lengtes van 15 cm (6 in) van de zwarte, blauwe en paarse draden uit de set af.
  15. Strip 7,9 mm (5/16 in) af van het ene uiteinde van de draden van 15 cm (6 in) en klem de draden in de in stap 9 gemonteerde connectoren. Let op dat draden van dezelfde kleur aan elkaar worden aangesloten.
  16. Schuif krimpkous uit de set over de klemverbindingen. Verwarm de krimpkous met een heteluchtpistool of een föhn zodat deze vast zit.
  17. Knip 20,3 cm (8 in) af van de draadbuis met een binnendiameter van 7,9 mm (5/16 in) uit de set.
  18. Schuif deze stukken draadbuis over de drie draden die in stap 11 zijn aangesloten en over de bestaande draadbuis.
  19. Knip de drie zojuist aangesloten draden op de juiste lengte af om deze aan de draden van de richtingaanwijzer te verbinden. Zorg dat u voldoende speling houdt om de draadboom langs de bovenste voorvorkpoot te leiden.
  20. Schuif de krimpkous over de drie draadeinden.
  21. Strip 7,9 mm (5/16 in) van de isolatie van de overgebleven uiteinden af en verbind de draden van de richtingaanwijzer met de draden uit de set. Verbind hierbij de draden van dezelfde kleur aan elkaar.
  22. Schuif de krimpkous over de in de stappen 10 en 14 gemonteerde connectoren. Verwarm de krimpkous met een UltraTorch UT-100, een heteluchtpistool of een föhn zodat deze vast zit.
WAARSCHUWING
Zorg dat u de instructies van de fabrikant volgt wanneer u het Robinair heteluchtpistool of een ander stralingswarmteapparaat gebruikt. Het niet volgen van de instructies van de fabrikant kan brand veroorzaken, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00379a)
  • Richt de hitte niet op onderdelen van het brandstofsysteem. Extreme hitte kan ontbranden/exploderen van brandstof veroorzaken, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
  • Richt de hitte niet op andere onderdelen van het elektrische systeem, behalve de verbinders waarop u warmtekrimp toepast.
  • Houd uw handen uit de buurt van de punt van het gereedschap en het warmtekrimphulpstuk.
  1. Schuif de in stap 14 geplaatste draadbuis met een binnendiameter van 7,9 mm (5/16 in) zo dicht mogelijk bij de richtingaanwijzer over alle nieuwe aansluitingen.
  2. Plaats een draadbinder naast de richtingaanwijzer op deze 5/16 inch draadbuis om de draadbuis vast te zetten.
  3. Plaats de draadboom langs de bovenste voorvorkpoot en zet deze met draadbinders vast.
  4. Herhaal de stappen 9 t/m 21 om de linker richtingaanwijzer aan te sluiten.
  5. Test of de richtingaanwijzers en de rijverlichting juist functioneren. Als dit niet het geval is, controleer dan of de draden juist zijn aangesloten.
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 3. Serviceonderdelen: Verplaatsingsset richtingaanwijzer voor
Tabel 1. Serviceonderdelentabel
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
1
Draadbinder (6)
10006
2
Bout, 5/16-18 x 9/16 inch (2)
2698A
3
Bout, zeskante inbus-, 3/8-16 x 2,0 inch (2)
4047
4
Krimpkous (6)
67113-83
5
Beugel richtingaanwijzer (2)
68555-87
6
Borgring, veer (dik) (2)
7042
7
Stootverbinder (6)
70581-73
8
Borgring, binnenvertanding (spiegel) (1)
7127
9
Afstandsstuk (spiegel)
5774
10
Dopmoer (spiegel)
7736