VERPLAATSINGSSET RICHTINGAANWIJZER ACHTER
J031072008-12-17
ALGEMEEN
Setnummer
68732-02A, 68733-02A
Modellen
Deze set is nodig om bepaalde zadeltassen op specifieke FXD-modellen (Dyna®) en XL-modellen (Sportster®) te kunnen bevestigen.
Zie de P&A-catalogus of het gedeelte Parts and Accessories (onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig) voor informatie over aanpassingen voor dit model en de betreffende onderdeelnummers voor zadeltassen.
OPMERKING
Deze set kan zonder zadeltassen worden bevestigd, maar in dit geval zijn de openingen in de steunen voor de spatbordbeschermers zichtbaar. De volgende afdichtpluggen zijn verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer:
  • Onderdeelnr. 56239-93, voor openingen van 9,5 mm (0.375 in) bij FXD-modellen.
  • Onderdeelnr. 68446-00, voor openingen van 8,7 mm (0.344 in) diameter bij XL-modellen.
  • Onderdeelnr. 53377-04, voor openingen van 10,2 mm (0.400 in) diameter bij XL-modellen.
Vereiste aanvullende onderdelen
Zie Afbeelding 1 Voor modellen met oudere typen richtingaanwijzers zijn de volgende items nodig, verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer:
  • Twee afdichtpluggen (H-D onderdeelnr. 58765-85)
  • Twee kabelbundels (H-D onderdeelnr. 32692-70)
  • Twee dopmoeren (H-D onderdeelnr. 7787)
  • Een standaard stuk krimpkous (H-D onderdeelnr. 67113-83)
  • Een stekker (H-D onderdeelnr. 70581-73)
  • Een dunne kabelmantel (H-D onderdeelnr. 70530-89)
  • Een dikke kabelmantel (H-D onderdeelnr. 70552-70)
  • Een kabelbinder (H-D onderdeelnr. 10065)
  • Van 1988 en later: Twee inbusbouten (H-D onderdeelnr. 861a) Van 1987 en eerder: Twee inbusbouten (H-D onderdeelnr. 3945)
1Type I (ouder model)
2Type II (later 'bullet'-model)
Afbeelding 1. Typen richtingaanwijzers
Vereiste gereedschappen en materialen
Voor een juiste bevestiging van deze set is een Packard-krimptang (HD-38125-8) nodig.
Een UltraTorch UT-100 (HD-39969), Robinair heteluchtpistool (HD-25070) met warmtekrimphulpstuk (HD-41183) of een ander geschikt stralingswarmteapparaat is ook nodig.
Voor een juiste installatie moet voor deze set Loctite® 243 borg- en afdichtmiddel – blauw (H-D onderdeelnr. 99642-97) worden gebruikt.
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)
OPMERKING
In dit instructieblad wordt verwezen naar informatie in de servicehandleiding. Voor deze bevestiging is een servicehandleiding voor uw model motorfiets en desbetreffende modeljaar vereist. Deze is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.
Setinhoud
VOORBEREIDING
Modellen met hoofdzekering:
WAARSCHUWING
Om te voorkomen dat de motorfiets per ongeluk start, met ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, moet eerst de hoofdzekering worden verwijderd. (00251b)
  1. Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies voor het verwijderen van de hoofdzekering.
Modellen met hoofdstroomonderbreker:
WAARSCHUWING
Om te voorkomen dat de motor per ongeluk start, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, moet eerst de minkabel (-) van de accu worden losgekoppeld. (00048a)
  1. Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies om het zadel te verwijderen en de minkabel (zwart) van de minpool (-) van de accu los te koppelen. Bewaar alle bevestigingsmaterialen van het zadel.
OPMERKING
Bij XL-modellen (Sportster) van 2004 en later kan de minkabel van de accu het makkelijkst losgekoppeld worden bij het motorcarter.
Verwijderen en demonteren van de richtingaanwijzer
Verwijder de twee bouten en de lens uit het achterlicht.
Controleer of deze motorfiets is voorzien van een printplaat voor de achterverlichting
Zo JA, ga dan hieronder verder.
Zo NEE, ga dan verder bij Modellen zonder achterlichtprintplaat.
Modellen met achterlichtprintplaat
1. Zie Afbeelding 2 Druk de vergrendelnokken (1) van de tweepolige linker (2) en rechter (3) richtingaanwijzerstekkers ([18B] en [19B]) in en maak ze los van de achterlichtprintplaat.
1Vergrendelnok (2)
2Linker richtingaanwijzerstekker
3Rechter richtingaanwijzerstekker
Afbeelding 2. Stekkers richtingaanwijzer
2. Duw de richtingaanwijzerstekkers en -draden door de openingen aan elke kant van de achterlichtbasis.
3. Zoek onder het spatbord naar de spatbordklemmen die de richtingaanwijzerdraden op hun plaats houden. Trek de draden voorzichtig uit de klemmen en trek de richtingaanwijzerstekkers en -draden onder het spatbord uit.
OPMERKING
De draden moeten worden afgeknipt zodat deze door de nieuwe richtingaanwijzerstang kunnen worden gestoken. Verwijder de zwarte kabelmantel om verbindingen te kunnen maken en laat de draden ten opzichte van elkaar verspringen zoals afgebeeld in Afbeelding 3 zodat de mantel over de gesealde stekkers past nadat de draden weer met elkaar verbonden zijn.
Afbeelding 3. Knip de draden bij de uiteinden met de stekker los
4. Zie Afbeelding 3. Knip de zwarte (BK) en bruine (BN) draden versprongen door, circa 10–15 cm (4–6 in) van de rechter richtingaanwijzerstekker [18B], zoals aangegeven in de afbeelding. Knip de zwarte (BK) en paarse (V) draden van de linker richtingaanwijzerstekker [19B] op dezelfde manier door. Leg de afgeknipte draadeinden met de stekkers terzijde.
5. Verwijder de richtingaanwijzerunits en -steunen volgens de aanwijzingen in de servicehandleiding.
6. Zie Afbeelding 4. Verwijder de lens (5) uit een van de achterste richtingaanwijzerbehuizingen (1).
1Richtingaanwijzerbehuizing
2Doorvoertule
3Reflector
4Gloeilamp
5Lens
6Ondersteuning
7Bevestigingen (afhankelijk van model)
Afbeelding 4. Achterste richtingaanwijzer (standaard)
7. Wrik de reflector (3) en de doorvoertule (2) voorzichtig uit de behuizing (1). Trek de draden voorzichtig uit de draadopening van de behuizing.
8. Verwijder de steun (6) en de bevestigingen.
9. Herhaal de procedure voor de tegenoverliggende richtingaanwijzer en ga daarna verder met Kentekenplaatsteun verwijderen.
Modellen zonder achterlichtprintplaat
1. Verwijder een van de richtingaanwijzerunits. Raadpleeg de servicehandleiding. Knip de draad circa 50 mm (2 in) vanaf de richtingaanwijzer door. Markeer de desbetreffende draad van de motorfietskabelboom met 'rechts' of 'links'. Herhaal de procedure voor de tegenoverliggende richtingaanwijzerunit. Gooi de originele bevestigingsmoeren van de richtingaanwijzer weg, maar bewaar de richtingaanwijzerlampjes, de onderlegringen en de borgringen.
2. Zie Afbeelding 7 Plaats een van de platte onderlegringen uit de vorige stap op een nieuwe bout (afzonderlijk aangeschaft). Steek de bout door de bevestigingsopening in het spatbord en de spatbordsteun. Plaats een van de originele borgringen over de schroefdraad en breng een paar druppels Loctite 243 (blauw) op de schroefdraad aan. Bevestig de spatbordsteun aan het achterspatbord met een nieuwe dopmoer (afzonderlijk aangeschaft). Haal de bevestigingsmiddelen aan tot 16,3–24,4 N·m (12–18 ft-lbs). Herhaal dit voor de tegenoverliggende kant.
3. Verwijder het tapeind uit de richtingaanwijzerunit en gooi het tapeind weg.
4. Verwijder de lens van de richtingaanwijzer uit de lampunit. Verwijder de draad en het doorvoerrubber uit hun oorspronkelijke positie in het lamphuis van de richtingaanwijzer. Breng een nieuwe afdichtplug (geen onderdeel van de set) van binnenuit in de aanwezige opening van het lamphuis van de richtingaanwijzer aan, zodat het smalle gedeelte van de plug zich aan de buitenzijde van de lampunit bevindt. Monteer de lampunit.
5. Herhaal de procedure voor de tegenoverliggende richtingaanwijzer en ga daarna verder met Kentekenplaatsteun verwijderen.
Kentekenplaatsteun verwijderen
Noteer de componenten en de bevestigingsrichting van de originele onderdelen (OE) van de kentekenplaathouder.
Verwijder de kentekenplaatsteun in zijn geheel van het spatbord. Zie Afbeelding 7 Bewaar het bevestigingsmateriaal (E) voor de bevestiging van de nieuwe houder (2) uit deze set.
Richtingaanwijzerstang met bedrading
Zie Afbeelding 1 voor identificatie richtingaanwijzersignaal.
Voor type II 'bullet-model' richtingaanwijzers
1. Zie Afbeelding 5. Bevestig een verchroomde contramoer (5) aan elk uiteinde van de richtingaanwijzerstang (6) met de afgeschuinde kant van de moer aan de stangzijde.
2. Leg de richtingaanwijzerdraden als volgt aan:
a. In de richtingaanwijzerbehuizing (1) en door de schroefdraadopening (2).
b. Door het vulplaatje (3).
c. Door de nieuwe borgring (4).
d. Door de chromen contramoer en de opening in het uiteinde van de richtingaanwijzerstang.
e. Uit de opening (7) bij het uiteinde van de stang.
1Richtingaanwijzerbehuizing
2Schroefdraadgat
3Vulplaatje
4Borgring
5Chromen contramoer
6Richtingaanwijzerstang
7Opening
Afbeelding 5. Richtingaanwijzerstang
3. Trek de richtingaanwijzerdraden vervolgens door de opening (7) en leid daarbij de reflector ( Afbeelding 4 , item 3) en het doorvoerrubber (2) in de richtingaanwijzerbehuizing.
4. Schroef de richtingaanwijzerbehuizing (1) op het schroefdraaduiteinde van de richtingaanwijzerstang en zorg er daarbij voor dat de draden niet worden gedraaid. Laat de richtingaanwijzerbehuizing op de stang zitten zonder deze volledig vast te maken.
5. Plaats de lamp (4) en lens (5) weer op hun plaats. Markeer indien gewenst het nieuwe uiteinde van de desbetreffende richtingaanwijzerdraad met 'rechts' of 'links'. De rechter richtingaanwijzer heeft zwarte (BK) en bruine (BN) draden. De linker richtingaanwijzer heeft zwarte (BK) en paarse (V) draden.
6. Herhaal de procedure voor de tegenoverliggende richtingaanwijzer aan de andere zijde van de stang.
Voor type I richtingaanwijzers
  1. Zie Afbeelding 7 Neem de richtingaanwijzerstang (1) en twee contramoeren (5) uit de set. Draai een contramoer zo ver mogelijk op elk uiteinde van de richtingaanwijzerstang met de afgeschuinde kant van de moer aan stangzijde.
  2. Leg de twee kabelbundels met vinylcoating klaar (H-D onderdeelnr. 32692-70, afzonderlijk aangeschaft). Duw aan elke zijde een draad door het uiteinde van de richtingaanwijzerstang en leid deze bij de dichtstbijzijnde opening weer uit de stang.
  3. Breng een standaard stuk krimpkous (H-D onderdeelnr. 67113-83, afzonderlijk aangeschaft) over de richtingaanwijzerdraad aan. Verbind de draad van de richtingaanwijzer naar de draad uit het draadeind van de richtingaanwijzerstang met een stekker (H-D onderdeelnr. 70581-73, afzonderlijk aangeschaft). Schuif de krimpkous over de stekker en verwarm hem met een vlam of heteluchtpistool om de verbinding af te dichten.
  4. Plaats de richtingaanwijzerunit zo ver mogelijk op de richtingaanwijzerstang, maar zet hem nog niet vast. Markeer het nieuwe uiteinde van de desbetreffende richtingaanwijzerdraad met 'rechts' of 'links'. Herhaal dit voor de tegenoverliggende kant.
  5. Schuif de draad van de rechter richtingaanwijzerunit in een dunne kabelmantel (H-D onderdeelnr. 70530-89, afzonderlijk aangeschaft) zodat de mantel zich binnen de richtingaanwijzerstang bevindt, net voorbij de opening. Leid de draad naar de linkerzijde zodat deze samenvalt met de linker richtingaanwijzerdraad en knip de kabelmantel op de juiste lengte af (knip NIET de draad door), circa 50 mm (2 in) voorbij dat punt.
  6. Schuif het ingekorte deel van de dunne kabelmantel over de linker richtingaanwijzerdraad. Laat de kabelmantel binnen de richtingaanwijzerstang beginnen, net voorbij de opening. Strip de kabelmantel op de juiste lengte af (NIET de draad), circa 50 mm (2 in) voorbij het punt waar deze samenvalt met de rechter richtingaanwijzerdraad.
  7. Schuif de draden van beide richtingaanwijzers in de dikke kabelmantel (H-D onderdeelnr. 70552-70, afzonderlijk aangeschaft) zodat de dikke kabelmantel circa 6–13 mm (¼–½ in) over de twee uiteinden van de dunne kabelmantel valt. Breng een kabelbinder (H-D onderdeelnr. 10065, afzonderlijk aangeschaft) op dit punt aan en trek deze aan om de dikke kabelmantel om de draden en de dunne kabelmantel op hun plaats te houden.
  8. Verwijder de drie 1/4-20 kruiskopbouten en zeskantmoeren waarmee de kentekenplaatsteun aan het spatbord is bevestigd. Bewaar een bout, maar gooi de resterende bevestigingen weg. Verwijder de complete kentekenplaathouder en leg deze aan de kant om later weer te bevestigen.
Richtingaanwijzerstang en kentekenplaatsteun bevestigen
1. Zie Afbeelding 6. Voor modellen met DRIE openingen voor de kentekenplaatsteun in het spatbord:Voor modellen met VIER openingen voor de kentekenplaatsteun in het spatbord:
a. Breng een stuk afplaktape aan op het achterspatbord (3) aan de linkerzijde van de drie bevestigingsopeningen voor de kentekenplaatsteun boven het achterlicht.
b. Markeer op de tape de locatie van de opening (5) aan de hand van de maten (6) en (7), gemeten vanaf de opening linksonder (4).
c. Breng de nieuwe onderlegplaat (1) uit de set op het spatbord aan en lijn daarbij de openingen uit met de drie openingen in het spatbord. Zorg dat de onderlegplaat een opening van 10 mm (⅜ in) op de gemarkeerde plaats afdekt.
d. Markeer de positie van de opening met een centerpons. Plaats een houten blok tussen de achterband en de onderzijde van het spatbord. Boor een centreeropening van 3 mm (⅛ in) door de tape en het spatbord, gevolgd door een opening van 10 mm (⅜ in).
e. Verwijder het houten blok en de tape. Verwijder de taperestanten en spanen van het spatbord.
f. Breng de onderlegplaat (1) op het spatbord aan en lijn daarbij de openingen uit met de drie openingen in het spatbord.
g. Markeer de locatie op de onderlegplaat voor de nieuwe opening in het spatbord.
h. Breng de nieuwe onderlegplaat (1) uit de set op het spatbord aan en lijn daarbij de openingen uit met de drie openingen in het spatbord.
i. Markeer de locatie op de onderlegplaat voor de nieuwe opening in het spatbord.
2. ALLE modellen: Verwijder de onderlegplaat van het spatbord en maak een X-vormige uitsnede (2) bij de markering zoals aangegeven in de afbeelding.
3. Zie Afbeelding 7 Neem de nieuwe kentekenplaatsteun (2) uit de set. Leid de draden voor beide richtingaanwijzers door de meest linker opening in de kentekenplaatsteun, de X-vormige uitsnede in de onderlegplaat en de meest linker opening in het spatbord.
4. Breng de onderlegplaat (4) op het spatbord aan en lijn daarbij de openingen en de X-vormige uitsnede uit met de vier openingen in het spatbord. Plaats de oorspronkelijke kentekenplaatsteun (G) op de onderlegplaat aan en bevestig deze uitsluitend via de bovenste opening op het spatbord met de eerder verwijderde bevestigingen (E).
OPMERKING
De rechter richtingaanwijzer heeft zwarte (BK) en bruine (BN) draden. De linker richtingaanwijzer heeft zwarte (BK) en paarse (V) draden.
1Onderlegplaat kentekenplaatsteun
2X-vormige uitsnede in de onderlegplaat
3Achterspatbord
4Meest linker bevestigingsopening voor kentekenplaatsteun
5Locatie draaddoorvoer
6Meet ongeveer 19,4 mm (0,76 in) naar links
7Meet ongeveer 7,6 mm (0,30 in) omlaag
8Oorspronkelijke kentekenplaatsteun
Afbeelding 6. Kentekenplaatsteun en onderlegplaat
5. Schroef de tapeinden in de richtingaanwijzerstang (1) door de twee openingen in de nieuwe kentekenplaatsteun (2), de oorspronkelijke kentekenplaatsteun (G), de onderlegplaat (4) en het spatbord. Bevestig de tapeinden aan het spatbord met de eerder verwijderde bevestigingen (E).
OPMERKING
De omgevingstemperatuur moet ten minste 16 °C (60 °F) zijn om de reflector goed aan de kentekenplaatsteun te laten hechten.
6. Reinig het oppervlak van de kentekenplaatsteun met isopropylalcohol en laat het grondig drogen. Verwijder de beschermstrook van de achterzijde van de nieuwe rode reflector (3) en bevestig de reflector op de kentekenplaatsteun. Druk de reflector gedurende circa 1 minuut stevig tegen de houder.
7. Modellen met achterlichtprintplaat: Schuif een kabelmantel (10) uit de set over elk paar richtingaanwijzerdraden. Duw de kabelmantel door de draadopening in het spatbord, de onderlegplaat en de houder, en terug door de openingen in de richtingaanwijzerstang.
8. ALLE modellen: Draai de richtingaanwijzers zodanig dat deze zich in een horizontale stand bevinden en naar achteren wijzen. Draai de chromen contramoeren vast zodat de richtingaanwijzers niet los gaan zitten en verdraaien tijdens het gebruik van de motorfiets.
Draadverbindingen
Het maken van draadverbindingen is noodzakelijk bij het bevestigen van de verplaatsingsset voor de richtingaanwijzers achter op de motorfiets. Raadpleeg de servicehandleiding voor de juiste procedures voor draadverbindingen.
OPMERKING
Knip de overtollige lengte van de richtingaanwijzerdraden af alvorens verbindingen te maken.
Laat de gesealde stekkers verspringen, zodat de kabelmantel over de draden past.
Strip de kabelmantel iets overmaats af, zodat het extra gedeelte de draadverbindingen kan afdekken.
Modellen MET achterlichtprintplaat
  1. Monteer de eerder afgeknipte bruine (BN) draad van de rechter richtingaanwijzerunit (A) en de bruine (BN) draad van de tweepolige richtingaanwijzerstekker (B) in de uiteinden van een van de gesealde stekkers (8) uit de set. Monteer de zwarte (BK) draden van de lampunit en de stekker in de uiteinden van een andere gesealde stekker.
  2. Monteer de eerder afgeknipte paarse (V) draad van de linker richtingaanwijzerunit (C) en de paarse (V) draad van de resterende tweepolige richtingaanwijzerstekker (D) in de uiteinden van een derde gesealde stekker. Monteer de zwarte (BK) draden van de lampunit en de stekker in de uiteinden van een resterende gesealde stekker.
Modellen ZONDER achterlichtprintplaat
  1. Lokaliseer de originele richtingaanwijzerbedrading van de motorfietskabelboom.
  2. Knip de richtingaanwijzerdraden op de vereiste lengte af om verbindingen te kunnen maken met de originele bedrading van de motorfiets.
  3. Schuif een kabelmantel (10) uit de set over elk paar richtingaanwijzerdraden. Duw de kabelmantel door de draadopening in het spatbord, de onderlegplaat en de houder, en terug door de openingen in de richtingaanwijzerstang.
  4. Verbind de draad van een richtingaanwijzerunit met de corresponderende draad van de motorfiets d.m.v. een gesealde stekker (8) uit de set. Herhaal de procedure voor de resterende richtingaanwijzerdraden.
ALLE modellen:
WAARSCHUWING
Volg de instructies van de fabrikant bij het gebruik van de UltraTorch UT-100 of een ander stralingswarmteapparaat. Het niet volgen van de instructies van de fabrikant kan brand veroorzaken, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00335a)
  • Richt de hitte niet op onderdelen van het brandstofsysteem. Extreme hitte kan ontbranden/exploderen van brandstof veroorzaken, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
  • Richt de hitte niet op andere onderdelen van het elektrische systeem, behalve de verbinders waarop u warmtekrimp toepast.
  • Houd uw handen uit de buurt van de punt van het gereedschap en het warmtekrimphulpstuk.
  1. Gebruik een heteluchtpistool of een geschikt stralingswarmteapparaat om de krimpverbinding vanuit het midden naar elk uiteinde te verwarmen totdat het afdichtmiddel aan beide zijden naar buiten komt.
Routing en bevestiging van de bedrading
OPMERKING
De omgevingstemperatuur moet ten minste(16 °C) (60 °F) zijn om de clips goed aan het spatbord te laten hechten.
  1. Reinig de binnenzijde van het spatbordpaneel met isopropylalcohol. Verwijder de beschermstrook van de hechtlaag van de clips (9) en breng de clips zodanig aan dat ze tijdens het rijden geen contact met de band maken. Druk de kabelclips op het spatbord.
  2. OPMERKING
    Zorg ervoor dat de richtingaanwijzerdraden niet los hangen of verfrommeld zijn en correct in de kabelboomclips aan de onderkant van het spatbord zijn bevestigd.
  3. Modellen met achterlichtprintplaat: Leid de richtingaanwijzerstekkers door de openingen in het spatbord en de achterlichtvoet en steek de linker stekker [18] en de rechter stekker [19] in de correcte aansluitingen van de achterlichtprintplaat.
  4. ALLE modellen: Zet de draden vast in de kabelclips en zorg ervoor dat de draden strak liggen en niet over de band slepen.
Terugbrengen in rijklare toestand
1. Controleer of de contactsleutelschakelaar in de stand OFF (uit) staat. Modellen met hoofdzekering: Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies voor het plaatsen van de hoofdzekering. Modellen met hoofdstroomonderbreker: Breng een dunne laag Harley-Davidson smeermiddel voor elektrische contacten (H-D onderdeelnr. 99861-02), vaseline of corrosiewerend middel aan op de minpool van de accu. Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies voor het aansluiten van de minkabel van de accu.
2. Zet de contactschakelaar in de stand IGNITION/IGN (ontsteking), maar start de motor niet. Controleer of de richtingaanwijzers goed werken.
3. Bevestig de achterlichtlens met de twee eerder verwijderde bouten aan de achterlichtbasis.
WAARSCHUWING
Trek het zadel na de montage even omhoog om er zeker van te zijn dat het in de positie is vergrendeld. Tijdens het rijden kan een loszittend zadel verschuiven, waardoor men de controle over de motorfiets kan verliezen met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00070b)
4. Raadpleeg de servicehandleiding en volg de instructies voor het bevestigen van het zadel.
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 7. Serviceonderdelen, verplaatsingsset richtingaanwijzer achter
SERVICEONDERDELEN
Tabel 1. Serviceonderdelentabel
Set
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
Richtingaanwijzer achter
Verplaatsingsset 68732-02A
(domestic [USA])
1
Samenstelling richtingaanwijzerstang
68967-04
Richtingaanwijzer achter
Verplaatsingsset 68733-02A
(HDI)
1
Samenstelling richtingaanwijzerstang
68965-04
Standaarditems
voor BEIDE sets
2
Kentekenplaatsteun
60013-02
3
Reflector, rood
59988-72A
4
Onderlegplaat, bevestiging richtingaanwijzerstang achter
68456-89
5
Zeskantige contramoer, 5/16-18 (2)
7849
6
Borgring, 5/16 (2)
7042
7
Vulplaatje, richtingaanwijzer, chroom (2)
68028-03
8
Stekker, geseald, rood (4)
70585-93
9
Clip, met hechtlaag (2)
10102
10
Draadbuis (2)
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
Items genoemd in de tekst, maar niet in de set inbegrepen:
A
Richtingaanwijzer, rechts achter (bruine en zwarte draden). Bevat item B
B
  • Tweepolige stekker, met bruine en zwarte draden
C
Richtingaanwijzer, links achter (paarse en zwarte draden). Bevat item D
D
  • Tweepolige stekker, met paarse en zwarte draden
E
Standaard (OE) onderdelen kentekenplaathouder
F
  • Standaard kentekenplaathouder (kan weggegooid worden)
G
  • Standaard kentekenplaatsteun
H
  • Standaard kentekenplaatklem
I
  • Bevestigingen (afhankelijk van model)