Voor-richtingaanwijzerverplaatsingsset
J048482008-12-19
ALGEMEEN
Setnummer
68643-09
Modellen
Voor de modelgerelateerde informatie, raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte Parts and Accessories (onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Vereiste aanvullende onderdelen
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)
OPMERKING
In dit instructieblad wordt verwezen naar informatie in de servicehandleiding. Een servicehandleiding voor uw model motorfiets is verkrijgbaar bij een Harley-Davidson-dealer.
Setinhoud
INSTALLEREN
OPMERKING
Deze set bevat de onderdelen die nodig zijn om de richtingaanwijzers die op de bovenste balhoofdplaat of op het stuur (spiegels) zijn gemonteerd, naar de onderste balhoofdplaat te verplaatsen. Op motorfietsen voorzien van voor-richtingaanwijzers met drie draden, is de derde zwarte draad een massadraad. Controleer hoeveel draden zijn aangesloten op de voor-richtingaanwijzers en volg de volgende procedure die van toepassing is.
Verplaatsen van tweedraads richtingaanwijzers
1. Ondersteun de motorfiets met behulp van een middenstandaard en zorg ervoor dat het voorwiel enigszins van de vloer getild is.
2. Verwijder de klembout van de bovenste voorvorkpoot van de rechterkant van de onderste balhoofdplaat.
3. Indien de richtingaanwijzer op de bovenste balhoofdplaat is gemonteerd, verwijder dan de klembout van de bovenste voorvorkpoot van de rechterkant van de bovenste balhoofdplaat. (Dit is de bout waarmee de rechter richtingaanwijzer bevestigd is.) Zie Afbeelding 1. Als de richtingaanwijzer op de spiegel is gemonteerd, verwijder dan richtingaanwijzer en bevestigingsmaterialen. Bewaar de borgringen met binnenvertanding (4) en de vulring (5).
4. Monteer de dopmoer uit de set om de rechter spiegel vast te zetten. Als de dopmoer 'niet verder kan' zonder de spiegel vast te zetten, gebruik dan de tweede vulring (3) uit de set op de getoonde plaats.
OPMERKING
Verwijder, voordat u de draden van de richtingaanwijzer doorknipt, de richtingaanwijzer, knip kabelbinders door en controleer of de draden lang genoeg zijn om tot de onderste balhoofdplaat te reiken. Als de draden te kort zijn, voer dan stap 5 uit, ga anders naar stap 6.
1Dopmoer
2Spiegel
3Afstandsstuk (uit de set)
4Borgring met binnenvertanding (2)
5Standaard afstandsstuk
Afbeelding 1. Spiegelbevestiging
5. Knip de draden van de rechter richtingaanwijzer door op 51 mm (2,0 in) afstand van het huis van de richtingaanwijzer.
OPMERKING
Als de richtingaanwijzer op de bovenste balhoofdplaat is gemonteerd, voer dan stap 6 uit. Als de richtingaanwijzer op de spiegel is gemonteerd, raadpleeg dan afbeelding 2 en monteer de montagesteun van de richtingaanwijzer en voer dan stap 6 uit, maar gebruik een 3/8-16 x 2,0 inch bout uit de set om de richtingaanwijzer te bevestigen. Let niet op referentie aan de klembout van de bovenste balhoofdplaat.
6. Plaats de rechter richtingaanwijzer op de rechterkant van de onderste balhoofdplaat met gebruik van de klembout die in stap 3 werd verwijderd. Monteer de klembout die in stap 2 werd verwijderd in de rechterkant van de bovenste balhoofdplaat. Haal beide klembouten aan tot 41–47 N·m (30–35 ft-lbs).
7. Herhaal de stappen 1 t/m 6 om de linker richtingaanwijzer te verplaatsen. Zie Afbeelding 1. Verwijder de standaard dopmoer en de intern getande borgring om de spiegel te monteren.
OPMERKING
De bovenste voorvorkpoten kunnen binnen de balhoofdplaten naar beneden schuiven. Als dit gebeurt, moet de bovenste voorvorkpootverlenging boven de bovenste balhoofdplaat opnieuw worden afgesteld volgens de van toepassing zijnde procedures in de servicehandleiding.
1Bout, 5/16-18 x 9/16 inch (2)
2Borgring (2)
3Vatting van de richtingaanwijzer (2)
4Bout, 3/8-16 x 2 inch (2)
Afbeelding 2. Bevestiging van de vatting van de richtingaanwijzer
8. Als er draden werden doorgeknipt, sluit dan de rechter richtingaanwijzer als volgt aan: Strip ongeveer 8 mm (5/16 in) isolatie van de in stap 5 doorgeknipte draden.
9. Krimp soldeerloze connectors uit de set op de twee draden die van de motorfiets komen.
10. Splits een kant van de gepolariseerde draad met twee geleiders uit de set over 51 mm (2,0 in) en strip 8 mm (5/16 in) isolatie van de draaduiteinden.
11. Schuif een stuk krimpkous uit de set over elk van de draaduiteinden die in stap 10 werden gestript en krimp de draden in de aansluitingen die in stap 9 werden gemonteerd. Let er op de zilver- en koper-gekleurde draden met gelijk gekleurde draden te verbinden.
OPMERKING
Gepolariseerd draad wordt in deze toepassing voor juiste bedrading gebruikt. Een draad is zilver-, de andere is koper-kleurig. Draadkleuren van gesplitste draden moeten overeenkomen met de draadkleur van de oorspronkelijke draden van de richtingaanwijzers.
12. Knip gepolariseerde draden af op de lengte die nodig is voor de aansluiting op de draden van de verplaatste richtingaanwijzer. Let er goed op dat er genoeg speling in de draden zit om de kabelboom langs de bovenste voorvorkpoot te leiden.
13. Splits het andere einde van de gepolariseerde draad met twee geleiders uit de set over 51 mm (2,0 in) en strip 8 mm (5/16 in) isolatie van de draaduiteinden.
14. Schuif krimpkous over het tweedraads uiteinde.
15. Strip 8 mm (5/16 in) isolatie van de met de richtingaanwijzer verbonden draden en sluit gelijk gekleurde draden aan op de richtingaanwijzer met connectors uit de set.
16. Schuif krimpkous over de connectors die in de stappen 11 en 15 werden gemonteerd. Activeer de krimpkous met UltraTorch UT-100, een heteluchtpistool of een haardroger.
WAARSCHUWING
Zorg dat u de instructies van de fabrikant volgt wanneer u het Robinair heteluchtpistool of een ander stralingswarmteapparaat gebruikt. Het niet volgen van de instructies van de fabrikant kan brand veroorzaken, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00379a)
  • Richt de hitte niet op onderdelen van het brandstofsysteem. Extreme hitte kan ontbranden/exploderen van brandstof veroorzaken, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
  • Richt de hitte niet op andere onderdelen van het elektrische systeem, behalve de verbinders waarop u warmtekrimp toepast.
  • Houd uw handen uit de buurt van de punt van het gereedschap en het warmtekrimphulpstuk.
  1. Plaats de kabelboom langs de bovenste voorvorkpoot en bevestig hem met kabelbinders.
  2. Herhaal de stappen 8 t/m 17 voor de linker richtingaanwijzer.
  3. Test de werking van richtingaanwijzers en rijverlichting. Als de werking niet juist is, controleer dan of de draadsplitsingen goed werden uitgevoerd.
Verplaatsen van driedraads richtingaanwijzers
1. Ondersteun de motorfiets met behulp van een middenstandaard en zorg ervoor dat het voorwiel enigszins van de vloer getild is.
2. Verwijder de klembout van de bovenste voorvorkpoot van de rechterkant van de onderste balhoofdplaat.
OPMERKING
Verwijder, voordat u de draden van de richtingaanwijzer doorknipt, de richtingaanwijzer, knip kabelbinders door en controleer of de draden lang genoeg zijn om tot de onderste balhoofdplaat te reiken. Als de draden te kort zijn, voer dan de stappen 3 en 4 uit.
3. Knip zorgvuldig 102 mm (4,0 in) van de draadommanteling om de draden van de rechter richtingaanwijzer.
4. Knip de richtingaanwijzerdraden op de volgende lengten af van de richtingaanwijzer. Blauwe draad: 32 mm (1,25 in) van richtingaanwijzer. Paarse draad: 57 mm (2,25 in) van richtingaanwijzer. Zwarte draad: 83 mm (3,25 in) van richtingaanwijzer.
OPMERKING
De draden worden op verschillende lengte afgeknipt zodat de stootverbinders ten opzichte van elkaar verschoven zijn en er een dikke bult in de kabelboom wordt voorkomen.
5. Strip 8 mm (5/16 in) isolatie van de afgesneden uiteinden van de drie richtingaanwijzerkabels die in stap 4 afgesneden waren.
6. Verwijder de klembout van de bovenste voorvorkpoot van de rechterkant van de bovenste balhoofdplaat. (Dit is de bout waarmee de rechter richtingaanwijzer bevestigd is.)
OPMERKING
Als de richtingaanwijzer op de bovenste balhoofdplaat is gemonteerd, voer dan stap 7 uit. Als de richtingaanwijzer op de spiegel is gemonteerd, raadpleeg dan Afbeelding 2 en plaats de vatting van de richtingaanwijzer en voer dan stap 7 uit, maar gebruik een 3/8-16 x 2 inch bout uit de set om de richtingaanwijzer te bevestigen. Let niet op referentie aan de klembout van de bovenste balhoofdplaat. Zie Afbeelding 1. Monteer de dopmoer uit de set om de rechter spiegel vast te zetten. Als de dopmoer 'niet verder kan' zonder de spiegel vast te zetten, gebruik dan de tweede vulring uit de set op de getoonde plaats.
7. Plaats de rechter richtingaanwijzer op de rechterkant van de onderste balhoofdplaat met gebruik van de klembout die in stap 6 werd verwijderd. Monteer de klembout die in stap 2 werd verwijderd in de rechterkant van de bovenste balhoofdplaat. Haal beide klembouten aan tot 41–47 N·m (30–35 ft-lbs).
8. Herhaal de stappen 1 tot en met 7 om de linker richtingaanwijzer te verplaatsen.
OPMERKING
De bovenste voorvorkpoten kunnen binnen de balhoofdplaten naar beneden schuiven. Als dit gebeurt, moet de bovenste voorvorkpootverlenging boven de bovenste balhoofdplaat opnieuw worden afgesteld volgens de van toepassing zijnde procedures in de servicehandleiding.
9. Als er draden werden doorgeknipt, sluit dan de rechter richtingaanwijzer als volgt aan: Krimp soldeerloze connectors uit de set op de drie draden die van de motorfiets komen.
10. Knip een stuk van 152 mm (6,0 in) van de zwarte, blauwe en paarse draden in de set.
11. Strip 8 mm (5/16 in) isolatie van een kant van elk van de 152 mm (6,0 in) stukken draad, verbind gelijk gekleurde draden en krimp de draden in de connectors die in stap 9 werden gemonteerd.
12. Schuif krimpkous uit de set over de klemverbindingen. Activeer de krimpkous met een heteluchtpistool of een haardroger.
13. Knip 203 mm (8,0 in) van de draadommanteling met een binnendiameter van 5/16 inch van de draadommanteling uit de set.
14. Schuif het stuk van 203 mm (8,0 in) draadommanteling over drie in stap 11 verbonden draden en over de bestaande draadommanteling.
15. Knip drie aangesplitste draden af op de lengte die nodig is voor verbinding aan de draden aan de richtingaanwijzer. Let er goed op dat er genoeg speling is om de kabelboom langs de bovenste voorvorkpoot te leiden.
16. Schuif krimpkous over de drie draaduiteinden.
17. Strip 8 mm (5/16 in) isolatie van de overblijvende stukken draad en verbind gelijk gekleurde draden aan de richtingaanwijzer met connectors uit de set.
18. Schuif krimpkous over de connectors die in de stappen 10 en 14 werden gemonteerd. Activeer de krimpkous met UltraTorch UT-100, een heteluchtpistool of een haardroger.
WAARSCHUWING
Zorg dat u de instructies van de fabrikant volgt wanneer u het Robinair heteluchtpistool of een ander stralingswarmteapparaat gebruikt. Het niet volgen van de instructies van de fabrikant kan brand veroorzaken, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00379a)
  • Richt de hitte niet op onderdelen van het brandstofsysteem. Extreme hitte kan ontbranden/exploderen van brandstof veroorzaken, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
  • Richt de hitte niet op andere onderdelen van het elektrische systeem, behalve de verbinders waarop u warmtekrimp toepast.
  • Houd uw handen uit de buurt van de punt van het gereedschap en het warmtekrimphulpstuk.
  1. Schuif de 5/16-inch kabelbuis, in stap 14 gemonteerd, over alle nieuwe verbindingen en zo dicht mogelijk bij de richtingaanwijzer.
  2. Plaats een kabelbinder op de 5/16-inch kabelbuis naast de richtingaanwijzer, om de kabelbuis op zijn plaats te houden.
  3. Plaats de kabelboom langs de bovenste voorvorkpoot en bevestig hem met kabelbinders.
  4. Herhaal de stappen 9 tot en met 21 om de linker richtingaanwijzer aan te sluiten.
  5. Test de werking van richtingaanwijzers en rijverlichting. Als de werking niet juist is, controleer dan of de draadsplitsingen goed werden uitgevoerd.
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 3. Serviceonderdelen: Voor-richtingaanwijzer verplaatsingstabel
Tabel 1. Serviceonderdelentabel
Item
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
1
Draadbinder (6)
10006
2
Bout, 5/16-18 x 9/16 inch (2)
2698A
3
Bout, zeskante inbus, 3/8-16 x 2,0 inch (2)
4047
4
Krimpkous (6)
67113-83
5
Vatting van de richtingaanwijzer (2)
68756-09
6
Open veerring (dik) (2)
7042
7
Stootverbinder (6)
70581-73
8
Borgring, intern getand (spiegel) (1)
7127
9
Afstandsstuk (spiegel)
5774
10
Dopmoer (spiegel)
7736