MONTAGESET VEERZADEL SOFTAIL
J050412015-09-02
ALGEMEEN
Setnummers
54375-10, 54376-10B, 54377-10A, 52000014B
Modellen
Voor modelgerelateerde informatie raadpleegt u de P&A-catalogus of het gedeelte Parts and Accessories (Onderdelen en accessoires) op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig).
Montagevereisten
Voor een juiste installatie moet voor deze set een solo veerzadel apart worden aangeschaft. Raadpleeg een Harley-Davidson-dealer, de P&A-catalogus of de rubriek Onderdelen en Accessoires op www.harley-davidson.com (alleen Engelstalig) voor beschikbare zadels.
Voor een juiste montage moet voor deze set Loctite® 243 Medium draadborg- en afdichtmiddel – blauw (onderdeelnr. 99642-97) worden gebruikt.
Bij FLST/C/N-modellen: Voor de juiste installatie van deze set zijn vier 6,4 mm (¼ in) platte onderlegringen (onderdeelnr. 6235 of soortgelijk) nodig, of twee gelijkwaardige ringen, elk met een dikte van 2,5–6,4 mm (0.10–0,25 in).
WAARSCHUWING
De veiligheid van de berijder en de passagier is afhankelijk van de correcte montage van deze set. Volg de juiste stappen uit de servicehandleiding. Als u niet zeker weet of u de procedure correct kunt uitvoeren of als u niet beschikt over het juiste gereedschap, laat de installatie dan over aan een Harley-Davidson-dealer. Incorrecte montage van deze set kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00333b)
OPMERKING
Dit instructieblad verwijst naar informatie in de servicehandleiding. Voor installatie is een servicehandleiding voor dit modeljaar/model motorfiets vereist. Deze is bij een Harley-Davidson-dealer verkrijgbaar.
Setinhoud
VOORBEREIDING
OPMERKING
Voor motorfietsen met sirene: Controleer of de handsfree afstandsbediening aanwezig is. Draai de contactsleutel naar de stand ON.
WAARSCHUWING
Om te voorkomen dat de motorfiets per ongeluk start, met ernstig of dodelijk letsel tot gevolg, moet eerst de hoofdzekering worden verwijderd. (00251b)
1. Zie de servicehandleiding. Verwijder de hoofdzekering. Verwijder het zadel, de steunriem (indien geïnstalleerd) en de bevestigingsmaterialen in het achterste lipje van het zadel.
2. Bij FXST- en FLSTSB-modellen: Zie Afbeelding 6. Plaats plug (17) in het gat in het achterspatbord dat ontstaan is door het verwijderen van het bevestigingsmateriaal van het zadel. Bij FLST/C/N-modellen: Verwijder een grote kunststof sluitring van de tapeindsteun. Zet de tapeindsteun vast met twee platte onderlegringen (onderdeelnr. 6235, niet meegeleverd) of gelijkwaardige ringen met een dikte van 2,5–6,4 mm (0.10–0,25 in) en de eerder verwijderde zadelmontagemoer (onderdeelnr. 3633). Herhaal dit voor de andere grote kunststof sluitring. Bij FXS- en FLS-modellen:
a. Zie Afbeelding 6. Plaats plug (17) in het gat in het achterspatbord dat ontstaan is door het verwijderen van het bevestigingsmateriaal van het zadel. Verwijder de bevestigingsmaterialen waarmee de steunriem aan het spatbord is bevestigd niet.
b. OPMERKING: De elektrische connectoren zijn in de servicehandleiding aangegeven met getallen en letters, die hier tussen blokhaken zijn aangegeven. Volg de instructies in de servicehandleiding om de kabelboomstekker van de ECM [78B] los te koppelen. Verwijder de ECM.
c. Als de motorfiets is uitgerust met een 'tall tower' ECM-caddy (zie Afbeelding 1 ), volgt u stap 2d t/m 2h. Als de motorfiets niet met een 'tall tower'-caddy is uitgerust, ga door naar stap 3.
d. Verwijder de ECM-caddy volgens de instructies in de servicehandleiding.
e. Zie Afbeelding 1. Plaats de ECM-caddy (3) op een stevig oppervlak. Plaats een liniaal (2) over de ECM-caddy, zoals afgebeeld. Markeer of kras een lijn in de grotere 'tower' (1) aan de onderkant van de liniaal.
f. Zie Afbeelding 2. Meet vanaf de eerste lijn (1) en markeer of kras een tweede lijn (2) 3 mm (0.12 in) boven de eerste lijn.
g. Snijd de bovenkant van de 'tower' bij de tweede lijn af met een ijzerzaag of soortgelijk gereedschap.
h. Verwijder alle snij-afval van de 'tower'. Plaats de ECM-caddy in positie, maar bevestig de caddy nog niet. Monteer de ECM, maar sluit de kabelboom nog niet aan.
1'Tall tower'
2Liniaal
3ECM-caddy
Afbeelding 1. Liniaal over de caddy plaatsen
1Eerste kraslijn
2Meet 3 mm (1/8 in)
Afbeelding 2. Bovenkant van de 'tower' eraf snijden
3. ALLE modellen: Zie Afbeelding 3. Als u dit nog niet hebt gedaan, koppelt u nu de ECM-stekker [78B] (7) en de achterlichtstekker [7] (2) los.
4. Verwijder de achterlichtconnector (2) en de diagnosestekker (9) van de T-bouten.
OPMERKING
Als de massakabels rechts niet worden verplaatst naar de linker massa-aansluiting, kunnen ze later bij de montage worden vastgezet aan de rechterzijde onder de kabelboomsteun (8).
5. Verplaats de massakabels:
a. Verwijder de massabouten rechts (5) en links (6).
b. Zet alle massakabels vast aan de linkerzijde met de bout (6). Haal de linker bout aan tot 10–12 N·m (90–110 in-lbs).
c. Bewaar de rechter massabout voor latere montage.
d. Zie voor 54376-10B en 52000014B Afbeelding 6. Vervang de bout rechts (5) door bout (27).
1Bevestigingsgat ECM-kap
2Achterlichtstekker [7]
3Bevestigingsgat scharnierblok (2)
4Positie veerzadelmontagesteun (2)
5Massabout rechterkant
6Massabout linkerkant
7ECM-stekker [78B]
8Kabelboomsteun
9Diagnosestekker [91A]
Afbeelding 3. Monteer het veerzadel
1Bout, 5/16-18 x 89 mm (3,5 in) lang
2Onderlegring, binnendiameter 7,9 mm (5/16 in) (2)
3Scharnierblok
4Draaihuls
5Draaibus (2)
6Zeskantmoer
Afbeelding 4. Scharnierblok
MONTAGE FRAMEKAP
1. Zie Afbeelding 4. Druk twee draaibussen (5) in het scharnierblok (3) met behulp van een van de volgende methodes: Methode 1: gebruik een geschikte pers of klembout en ga voorzichtig te werk om de busoppervlakken te beschermen, ofMethode 2: gebruik de meegeleverde materialen uit de set om de bussen vast te zetten:
a. Monteer twee bussen (5) in het scharnierblok (3) en zet deze vast met de 89 mm (3.5 in) lange bout (1), de draaihuls (4), twee onderlegringen (2) en moer (6).
b. Draai de moer vast totdat de bussen vlak aanliggen tegen het scharnierblok.
c. Verwijder de moer, de bout, de draaihuls en de onderlegringen en bewaar ze voor latere montage.
2. Neem de twee 1/4-20 x 16 mm (⅝ in) lange zeskantinbusbouten uit de set (zie Afbeelding 6 , item 8). Breng Loctite 243 – blauw aan op de schroefdraad.
3. Zie Afbeelding 3. Zet het scharnierblok bij (3) vast op de montagegaten met de bouten uit Stap 2. Haal de bouten aan tot 10–12 N·m (90–110 in-lbs).
4. Verwijder de bouten bij (4), indien aanwezig. De bouten kunnen worden weggegooid of op de juiste wijze worden vernietigd.
5. FLST/C/N-modellen: Plaats de clipmoer (zie Afbeelding 6 , item 20) voor de bevestiging van de bovenste kap.
a. Vergroot het gat (item 1, Afbeelding 3 ) met een boor tot een diameter van 7–8 mm (9/32–5/16 in).
b. Breng lak aan op het kale metaal dat door het boren is ontstaan om corrosie te voorkomen.
c. Plaats de clipmoer (item 20, Afbeelding 6 ) over de plaatmetalen rand van de ECM-steun en breng de gaten in lijn.
6. FLST/C/N-modellen: Zie Afbeelding 6. Breng Loctite 243 – blauw aan op de schroefdraad van de bouten (15). Plaats de veerzadelmontagesteun (14) over de twee afstandsringen (21) met de twee bouten (15). Haal de bouten aan tot 11–13 N·m (96–120 in-lbs). Alle andere modellen: Zie Afbeelding 6. Breng Loctite 243 – blauw aan op de schroefdraad van de bouten (15). Plaats de veerzadelmontagesteun (14) en twee bouten (15) over de montageflens van de ECM-caddy en zet vast op het frame van de motorfiets. Haal de bouten aan tot 11–13 N·m (96–120 in-lbs).
7. Zie Afbeelding 3. Steek de ECM-stekker (7) in de ECM en koppel de stekkerhelften (2) van het achterlicht.
OPMERKING
Voer bij het plaatsen van de onderste framekap de eventueel resterende massakabels rechts tussen de bedradingsteun (8) en het frame door.
Verplaats de bedrading indien nodig zodat de framekappen gemonteerd kunnen worden zonder dat ze ergens tegenaan komen. De ribben aan de onderzijde van de onderste framekap moeten tegen de accu rusten zonder dat daarbij de bedrading bekneld raakt.
8. Zie Afbeelding 6. Plaats de onderste framekap (24) met de eerder bewaarde rechter massabout. Gebruik bout (27) voor 54376-10B en 52000014B. Haal de bout aan tot 10–12 N·m (90–110 in-lbs).
9. Monteer de bovenste framekap (ECM) (18, 19, 22 of 23) over de ECM. Lijn de kap zo uit, dat het lipje aan de onderzijde, in de uitsparing van de onderste framekap valt. Zet vast met de zeskante bolkopbout (16) uit de set. Haal de bout aan tot 7–10 N·m (60–90 in-lbs).
VEERZADEL
1. Zie Afbeelding 5 Plaats het zadel (1) ondersteboven op een schone ondergrond.
2. Monteer iedere veer (2) op het zadel zoals afgebeeld met een zeskante platkopbout (3) uit de set, maar draai deze nu nog niet helemaal vast.
3. Lijn de veren zo uit, dat ze parallel aan elkaar en aan het zadel liggen. Controleer of de veren aanliggen tegen de metalen zadelplaat onder de lederen rand. Maak het zadel vast aan de veren. Zie Afbeelding 6. Zadels met 1/2 in opening: zet de klem met de bouten (13) vast. Haal de bouten aan tot 34–41 N·m (25–30 ft-lbs). Zadels met 3/8 in opening: zet het zadel met bouten (26) en afstandsringen (25) vast. Haal de bouten aan tot 14–16 N·m (120–144 in-lbs).
4. Monteer de scharniersteun (4) van het zadel op het zadel zoals afgebeeld met drie zeskante inbusbouten (6) en onderlegringen (5). De steun rust op het leder aan de voorzijde van het zadel. Centreer de bouten in de sleuven van de steun. Haal de bouten om de beurt aan tot 5,5–8 N·m (48–72 in-lbs).
1Zadel
2Veer (2)
3Platkopbout (2)
4Scharnierende steun
5Onderlegring, binnendiameter 6,4 mm (1/4 in) (3)
6Bout, 1/4-20 x 12,7 mm (1/2 in) lang (3)
Afbeelding 5. Plaatsen van scharniersteun op zadel
MONTEREN VAN VEERZADEL
1. Zie Afbeelding 6. Neem de 89 mm (3.5 in) lange bout (1), twee onderlegringen (2), de draaihuls (4), zeskantmoer (6) en twee scharnierende afstandsringen (7) uit de set. Steek de draaihuls in het scharnierblok (3, gemonteerd op het frame van de motorfiets).
2. Breng Loctite 243 – blauw aan op de schroefdraad van de lange scharnierbout (1).
3. Plaats de voorste scharniersteun (9, gemonteerd op het zadel) over het scharnierblok.
4. Plaats een onderlegring op de schroefdraad van de bout. Steek de bout door de scharniersteun, een afstandsstuk, het scharnierblok en de draaihuls, het andere afstandsstuk en de scharniersteun. Monteer de moer of tweede onderlegring nu nog niet.
OPMERKING
Als de veergaten niet in lijn liggen met de bevestigingsgaten van de achterste zadelsteun, moeten de bouten van de scharniersteun voor worden losgedraaid en worden versteld totdat het zadel en de veren in de juiste positie staan. Haal de bouten van de scharnierende steun aan tot 5,5–8 N·m (48–72 in-lbs). Herhaal indien nodig.
5. Draai het zadel om zodat de veren op de achterste zadelsteun (14, eerder op het frame van de motorfiets bevestigd) rusten. Plaats het zadel zodanig dat de veren op een lijn liggen met de montagegaten op de steun.
6. Zie Afbeelding 6. Zet de veren met de platkopbouten (13) vast op de achterste bevestigingssteun. Haal de bouten aan tot 34–41 N·m (25–30 ft-lbs).
7. Zet de bout vast met een onderlegring (2) en een moer (6). Haal de moer en bout aan tot 11–13 N·m (96–120 in-lbs).
8. Voltooi de zadelmontage. Trek na montage het zadel omhoog om te controleren of het goed vastzit.
9. Zie de servicehandleiding. Plaats de hoofdzekering.
SERVICEONDERDELEN
Afbeelding 6. Serviceonderdelen: Montageset veerzadel Softail
Tabel 1. Serviceonderdelen
Onderdeel
Beschrijving (aantal)
Onderdeelnummer
1
Bout, zeskante bolkop, 5/16-18 x 89 mm (3.5 in) lang
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
2
Onderlegring, binnendiameter 9,5 mm (⅜ in) x buitendiameter 20,6 mm (13/16 in) (2)
6400HB
3
Scharnierblok
52264-08
4
Draaihuls
9725
5
Draaibus (2)
52253-08
6
Zeskantmoer, 5/16-18
7748W
7
Afstandsring scharnierpen, nylon (2)
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
8
Bout, zeskante inbus, met onderlegring (SEMS), 1/4-20 x 15,9 mm (⅝ in) lang (2)
3061
9
Scharnierende steun
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
10
Onderlegring, binnendiameter 6,4 mm (¼ in) x buitendiameter 19 mm (¾ in) (3)
6253W
11
Bout, zeskante bolkop, 1/4-20 x 12,7 mm (½ in) lang (3)
3063
12
Veer, zadel (2)
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
13
Bout, zeskante platkop, 1/2-13 x 25,4 mm (1.0 in) (4)
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
14
Veerzadelmontagesteun
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
15
Bout, zeskantflens, zelftappend, 1/4-20 x 25,4 mm (1.0 in) (2)
939
16
Bout, zeskante bolkop, 1/4-20 x 19 mm (¾ in)
923
17
Afdichtplug voor gat met 10,3 mm (0.406 in) diameter (zwart)
761
18
Bovenste framekap (ECM) (alleen voor set 54375-10; FXST- en FLSTSB-modellen)
49801-10
19
Bovenste framekap (ECM) (alleen voor set 54376-10; FLST/C/N-modellen)
49802-10A
20
Clipmoer, 1/4-20 (alleen voor set 54376-10; FLST/C/N-modellen)
8108
21
Afstandsring, metaal (2 - alleen voor set 54376-10; FLST/C/N-modellen)
Niet afzonderlijk verkrijgbaar
22
Bovenste framekap (ECM) (alleen voor set 54377-10; FLSTF/FB-modellen)
49803-10
23
Bovenste framekap (ECM) (alleen voor set 52000014B; FXS- en FLS-modellen)
69200097A
24
Onderste framekap
49800-10A
25
Afstandsring, zadelsteun (2)
52100019
26
Bout, zeskant, bolkop, 3/8 in (2)
10200368
27
Bout, zeskante bolkop, 1/4-20 x 1-1/4 in
1327