OPMERKING
Deze motor heeft een olievoorraad in het carter, een geïntegreerde versnellingsbak, door tandwielen aangedreven primaire aandrijving en een natte koppeling. Bij dit design kan de motorolie in het carter worden gebruikt voor het smeren van de motor, de versnellingsbak en de primaire aandrijving. De koppeling en de primaire aandrijving bevinden zich aan de rechterkant van de motor.
MEDEDELING
Het oliepeil kan bij een koude motor niet goed worden gemeten. Tijdens de inspectie voorafgaand aan het rijden, wanneer de motorfiets rechtop staat op een vlakke ondergrond (en niet op de zijstandaard leunt) en de motor koud is, moet het oliepeil ongeveer tot het midden van het kruisdeel op de oliepeilstok komen. Voeg bij een koude motor geen olie toe om het peil tot de full-markering (vol) te brengen. (00186b)
Zie Afbeelding 1 (VRSCF) of Afbeelding 2 (overige modellen). Bij het VRSCF-model bevindt de peilstok zich aan de rechterkant van het koppelingsdeksel. Bij andere modellen bevindt de peilstok zich aan de linkerkant aan de voorkant van de motor.
Oliepeilcontrole bij koude motor
Controleer het oliepeil bij een KOUDE motor als volgt:
  1. Zet de motor rechtop (niet leunend op de zijstandaard) op een vlakke ondergrond.
  2. Zie Afbeelding 2. Schroef de olievuldop (met peilstok) los door de vuldop linksom te draaien. Verwijder de vuldop en de peilstok en veeg de peilstok schoon.
  3. Schroef de vuldop in de motor. De dop moet goed op het carter zijn gezet.
  4. Zie Afbeelding 3. Verwijder de vuldop opnieuw en controleer het oliepeil op de peilstok.
  5. Indien het oliepeil onder het middelste punt van het kruisdeel op de peilstok staat, voeg dan voldoende Harley-Davidson-olie toe om het peil tot het getoonde middelste punt op het kruisdeel te brengen.
MEDEDELING
Laat de motor NIET draaien wanneer het oliepeil onder de add-markering (toevoegen) op de peilstok staat bij een motor die op bedrijfstemperatuur is. Anders kan de motor worden beschadigd. (00493b)
MEDEDELING
Wacht circa drie minuten na het toevoegen van de olie alvorens het oliepeil op de peilstok te controleren, om te voorkomen dat het oliecarter te ver wordt gevuld. Indien een oliecarter te vol is, kan de motor beschadigd raken. (00188a)
Afbeelding 1. Locatie van de peilstok: VRSCF-model
Afbeelding 2. Locatie van de oliepeilstok: VRSCAW/VRSCDX-modellen
1FULL-markering (vol)
2ADD-markering (vullen). Laat de motor NIET draaien wanneer het oliepeil onder de ADD-markering staat bij een motor die op bedrijfstemperatuur is.
Afbeelding 3. Motoroliepeil: VRSC-modellen
Oliepeilcontrole bij warme motor
Controleer het oliepeil bij een motor die op bedrijfstemperatuur is, als volgt:
1. Zet de motor af en laat de olie circa twee minuten terug in het carter lopen.
2. Zet de motor rechtop (niet leunend op de zijstandaard) op een vlakke ondergrond.
3. Zie Afbeelding 2. Schroef de olievuldop (met peilstok) los door de vuldop linksom te draaien. Verwijder de vuldop en de peilstok en veeg de peilstok schoon.
4. Schroef de vuldop in de motor. De dop moet goed op het carter zijn gezet.
5. Zie Afbeelding 3. Verwijder de vuldop opnieuw en controleer het oliepeil op de peilstok.
MEDEDELING
Zorg dat het hete-oliepeil niet onder Add-/Fill-markering (toevoegen/bijvullen) op de peilstok staat. Gebeurt dit wel, dan kan de uitrusting beschadigd raken en/of kunnen er zich storingen voordoen. (00189a)
MEDEDELING
Giet niet te veel olie in het carter. Gebeurt dat wel, dan kan de olie in het luchtfilter terecht komen met beschadigingen aan de uitrusting en/of storingen tot gevolg. (00191a)
6. Indien het oliepeil onder de FULL-markering (vol) op de peilstok staat, vul dan voldoende Harley-Davidson-olie bij om het peil tot de FULL-markering (vol) te brengen, zoals getoond in Afbeelding 3.
OPMERKING
In koud weer is een langere opwarmperiode voor de motor nodig.
Raadpleeg de servicehandleiding van de motor of neem contact op met de Harley-Davidson dealer voor de juiste procedures bij het aftappen van olie.
OPMERKING
Gooi de olie weg in overeenstemming met de plaatselijke bepalingen.