WAARSCHUWING
Het automatisch inschakelen van de koplamp zorgt ervoor dat de bestuurder beter zichtbaar is voor andere weggebruikers. Let erop dat de koplamp altijd is ingeschakeld. Als de bestuurder slecht zichtbaar is voor andere weggebruikers, kan dit ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00030b)
Controleer de horizontale en verticale uitlijning van de koplamp:
  1. Zie Specificaties → Specificaties: VRSC-modellen van 2008 → Bandenspanningen: 2008 VRSC-modellen. Controleer de druk van de voor- en achterband.
  2. Plaats de motor op een vlakke ondergrond in een gebied met weinig licht.
  3. Zie Afbeelding 1. Plaats de motorfiets 7,6 m (25 ft) van een scherm of muur af. Meet de afstand van het midden van de koplamp tot de grond en trek op dezelfde hoogte een horizontale lijn (2) van 0,9 m (35 in) op het scherm of de muur.
17,6 m (25 ft)
20,9 m (35 in)
Afbeelding 1. Koplampuitlijning: VRSC-modellen
Afbeelding 2. Koplampschakelaar voor grootlichtinstelling
1. Laat een bestuurder en passagier (indien normaal aanwezig) plaatsnemen en eventueel bagage. Door het gewicht wordt de vering licht samengedrukt.
2. Zet de motor rechtop met beide wielen op de grond en het voorwiel recht naar voren gericht.
3. Zie Afbeelding 2. Draai de contactsleutel naar de stand AAN. Zet de koplampschakelaar op HIGH (grootlicht).
4. Controleer de uitlijning van de lichtstraal.
5. Zie Afbeelding 3 of Afbeelding 4. Indien er moet worden bijgesteld:
a. Draai de linker- en rechterbevestigingen gedeeltelijk los.
b. Beweeg de koplamp om de verticale uitlijning aan te passen.
c. Haal de bevestigingen aan. Haal bij VRSCAW-modellen aan tot 4,5–7,5 N·m (40–66 in-lbs). Haal bij VRSCD- en VRSCDX-modellen aan tot 31–41 N·m (23–30 ft-lbs).
Afbeelding 3. Bevestiging van koplampuitlijning: VRSCAW-modellen
Afbeelding 4. Bevestiging van koplampuitlijning: VRSCD/VRSCDX-modellen