De motor moet 15-30 seconden op een laag toerental draaien. Op deze manier kan de motor opwarmen en circuleert de olie naar alle oppervlakken die moeten worden gesmeerd. Indien deze instructie niet wordt opgevolgd, kan dat motorschade tot gevolg hebben. (00563b)
Zorg dat u de afstandsbediening van het beveiligingssysteem bij u hebt en draai de contactsleutel naar de stand IGNITION (ontsteking).
Zet de motorschakelaar op RUN (lopen). Zie Afbeelding 1.
OPMERKING
De motorcontrolelamp licht kort op terwijl de brandstofleidingen met benzine worden gevuld.
Motor starten in neutraalstand
Gebruik de voor- of achterrem om te voorkomen dat de motorfiets gaat rijden.
Knijp de koppelingshendel tot aan het stuur in. Zet de versnelling in neutraal (met de groene lamp aan).
Draai niet aan de gashendel.
Druk op de motorstartschakelaar om de motor te starten.
Motor starten in versnelling
De voor- en/of achterrem moet bediend worden als de motor gestart wordt in een versnelling om ongewilde beweging te voorkomen.
U moet de koppelingshendel inknijpen tot aan het stuur.
Draai niet aan de gashendel.
Druk op de motorstartschakelaar om de motor te starten.
OPMERKING
Als de motor niet start, zal de startmotor gedurende vijf seconden worden geactiveerd en dan stoppen. Laat de START-schakelaar los en druk deze weer in. Ga naar Storingen oplossen → Motor als de motor na diverse pogingen nog steeds niet start. Voor service neem contact op met een erkende Harley-Davidson-dealer.