Het beveiligingssysteem kan op twee manieren worden ingeschakeld:
Op afstand inschakelen: Zie Afbeelding 1. Eigenaars kunnen alarm- en startblokkeringsfuncties inschakelen met een zender die ze bij zich dragen. Deze zender wordt in dit document een sleutelhanger genoemd.
Automatisch inschakelen: Het beveiligingsysteem wordt binnen 30 seconden nadat de CONTACTSCHAKELAAR op OFF (uit) is gezet, ingeschakeld. Om automatisch schakelen te activeren, zie 'Automatisch inschakelen gebruiken' hieronder.
OPMERKING
Het beveiligingssysteem kan niet worden ingeschakeld wanneer de motor loopt of het contact op AAN staat.
Internationale motoren zijn geconfigureerd voor automatisch inschakelen. Dit kan niet worden veranderd.
Indien automatisch inschakelen wordt gebruikt, dan schakelt het beveiligingssysteem zichzelf automatisch in (zonder dat hiervoor de sleutelhanger hoeft te worden gebruikt) binnen 30 seconden nadat de contactsleutel naar OFF (uit) is gedraaid. Tijdens deze periode blijft de beveiligingslamp branden om aan te geven dat het automatisch inschakelen aan de gang is.
Tijdens deze 30 seconden kan de motor worden verplaatst zonder dat het alarm afgaat. Door iedere beweging na deze periode wordt het alarm geactiveerd. Nadat de periode voor het automatisch inschakelen is verlopen, knipperen de richtingaanwijzers tweemaal, gaat de beveiligingslamp knipperen en geeft de sirene (indien geïnstalleerd) twee geluidssignalen.