Het inschakelen van het beveiligingssysteem met de sleutelhanger is te allen tijde mogelijk. Indien het systeem echter op afstand (met de sleutelhanger) wordt uitgeschakeld, maar de contactsleutel niet binnen 30 seconden naar AAN wordt gedraaid, dan schakelt het systeem vanzelf weer in indien automatisch inschakelen is geselecteerd.
Zie Tabel 1 om de selectie voor automatisch inschakelen in te stellen.
OPMERKING
De configuratie voor automatisch inschakelen kan op internationale motoren niet worden gewijzigd.
Tabel 1. Configuratie automatisch inschakelen (kan niet worden veranderd op internationale motoren)
STAP
HANDELING
WACHTEN OP BEVESTIGING
OPMERKINGEN
1
Zet de CONTACTSLEUTELAAN – UIT – AAN – UIT – AAN
2
Druk 2 keer op de linkerrichtingaanwijzerschakelaar
2 of 3 signalen van richtingaanwijzers en indicators, afhankelijk van motorconfiguratie
(zie de sectie ACCU ONTKOPPELEN EN CONFIGUREREN)
2 knippersignalen – configuratiebeveiligingssysteem Noord-Amerika/
Thuismarkt
3 knippersignalen – internationaal configuratiebeveiligingssysteem
3
Houd de knop op de sleutelhanger ingedrukt tot bevestiging is ontvangen
1 signaal van richtingaanwijzers en indicators
4
Houd de knop op de sleutelhanger ingedrukt tot bevestiging is ontvangen
2 signalen van richtingaanwijzers en indicators
5
Druk 1 keer op de linkerrichtingaanwijzerschakelaar
Richtingaanwijzers en indicators knipperen om de huidig geselecteerde optie aan te geven
1 knippersignaal – automatisch inschakelen uitgeschakeld
2 knippersignalen – automatisch inschakelen ingeschakeld
6
Druk op de linkerrichtingaanwijzerschakelaar om door de opties te gaan
Richtingaanwijzers en indicators knipperen om de nieuwe geselecteerde optie aan te geven
1 knippersignaal – automatisch inschakelen uitgeschakeld
2 knippersignalen – automatisch inschakelen ingeschakeld
7
Draai de CONTACTSLEUTEL naar OFF (uit)