De CB activeren
Houd de CB-knop op het frontpaneel 1,5 seconden lang ingedrukt om de Citizen Band-radio te activeren. De CB wordt geactiveerd in SETUP (instellingen) met de gevoeligheidsdrempelwaarde en de kanaalinstellingen van de vorige keer dat de CB werd gebruikt. De CB-kanalen worden in SETUP geselecteerd.
Druk op de schakelaar MODE SEL om SETUP af te sluiten, maar de receiver met actieve CB ingeschakeld te laten.
De CB wordt uitgeschakeld door de knop CB 1,5 seconde ingedrukt te houden.
MEDEDELING
Er zijn geen afstellingen die in het CB-transceiverframe kunnen worden gemaakt, zonder risico te lopen niet meer te voldoen aan de regelingen van de Amerikaanse Federal Communications Commission (FCC). Neem tijdens de garantieperiode contact op met de fabrikant van de standaarduitrusting apparatuur indien er een service nodig is. Voor onderhoud aan de zender na de garantieperiode dient u contact op te nemen met een gecertificeerde reparatieservice. Componenten die met de frequentie samenhangen, zoals kristallen, of met het vermogen, zoals halfgeleiders etc., mogen alleen worden vervangen door onderdelen van de oorspronkelijke fabrikant of een equivalent product. Als onbekende reserveonderdelen worden gebruikt worden mogelijk de FCC-voorschriften overtreden. (00175a)
SETUP (instellingen) openen
Zie E in Premium geluidssysteem → Bediening van receiver → LCD Scherm Voorbeelden. Druk, terwijl de CB is ingeschakeld, op CB om SETUP te openen. In het bovenste deel van het LCD-display staat SETUP en in het onderste deel staat het CB-kanaal.
De andere audiobron wordt onderdrukt in SETUP, zodat alleen de CB te horen is wanneer de CB hoger wordt dan de gevoeligheidsdrempel. Dit helpt bij het instellen van de gevoeligheidsdrempel en het volume, en bij de afstellingen van de lage en hoge tonen.
Druk op de schakelaar MODE SEL om SETUP af te sluiten.
OPMERKING
SETUP kan niet worden afgesloten wanneer de gevoeligheidsdrempelwaarde is overschreden en de receiver behoudt de afsluitopdracht niet. Druk de schakelaar SQ naar voren (+) om het gevoeligheidsniveau weer in te schakelen of wacht tot de transmissie/ontvangst is beëindigd.
Druk, nadat SETUP is afgesloten terwijl de CB nog actief is, even op CB om SETUP weer te openen.
Een kanaal selecteren
Gebruik in SETUP de schakelaar MODE SEL om een CB-kanaal te selecteren. Druk op MODE SEL UP (omhoog) of DN (omlaag) om steeds een kanaal verder te gaan.
Indien de schakelaar MODE SEL in de omhoog- of omlaagstand wordt vastgehouden, dan wordt aan het einde van het kanaalbereik weer verdergegaan met het eerste kanaal, en vice versa.
Zie B in Premium geluidssysteem → Bediening van receiver → LCD Scherm Voorbeelden. Wanneer de gevoeligheidsdrempel is overschreden, is het kanaalnummer te zien in het onderste deel van het LCD-display. Indien de gevoeligheidsdrempel niet is overschreden en de andere audiobron wordt weergegeven, dan is het kanaalnummer in het bovenste deel van het LCD-display te zien.
WAARSCHUWING
Stel het CB-kanaal, de gevoeligheidsdrempelwaarde en het volume in voordat u gaat rijden, om het maken van afstellingen tijdens het rijden te minimaliseren. Door afleidingen kunt u de controle over de motor verliezen met ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00089a)
Gevoeligheidsdrempelwaarde instellen
Het CB-signaal wordt alleen aan de luidsprekers of koptelefoons doorgegeven indien de signaalsterkte de ingestelde drempellimiet zoals ingesteld met de schakelaar PTT / +/SQ/- overschrijdt. Wanneer de CB-signalen boven de drempelwaarde uitkomen, betekent dit dat het gevoeligheidsniveau wordt overschreden. Zie Tabel 1.
Zie O in Premium geluidssysteem → Bediening van receiver → LCD Scherm Voorbeelden. Op het LCD-display verschijnt een streepjeslijn, waarvan de lengte verandert afhankelijk van de instelling.
Tabel 1. Schakelaar gevoeligheidsdrempelregeling
SQ (-) ACHTERWAARTS
SQ (+) VOORWAARTS
Meer signalen
Minder signalen
Meer ruis
Minder ruis
Meer statische elektriciteit
Minder statische elektriciteit
Ongewenste signalen
Betere geluidskwaliteit
Zenden
Houd om te zenden de PTT-schakelaar ingedrukt. De transmissie verloopt via het CB-kanaal dat op het LCD-display wordt aangegeven. Laat de schakelaar PTT los om de transmissie te beëindigen.
Volume afstellen
Zie Premium geluidssysteem → weergavebron en mixen → Weergavebron en mixcombinaties. Stel het volume van de CB via de luidsprekers of de koptelefoon af door AUDIO omhoog (+) te drukken om het volume te verhogen of omlaag (-) om het volume te verlagen. Het CB-volume kan worden afgesteld wanneer de gevoeligheidsdrempelwaarde is overschreden, behalve wanneer de schakelaar SPKR in het midden staat en er een overlappende audiobron wordt weergegeven.
Er verschijnt een streepjeslijn waarvan de lengte verandert afhankelijk van de volume-instelling.
MEDEDELING
Indien de CB-radio wordt gebruikt zonder antenne of met een gebroken antennekabel, kunnen de zendercircuits beschadigd raken. (00176a)
CB-bereik
Het maximale zendbereik is alleen mogelijk bij stabiele weersomstandigheden in een vlak, open landschap.
Weer: Is er sprake van atmosferische storingen, zoals regen, sneeuw en zelfs zonnevlekken, dan kan het bereik van de CB worden verkleind.
Terrein: Door gebouwen, heuvels, valleien, hoge objecten of laagtes die het pad tussen de zender en de ontvanger blokkeren of langer maken, wordt de communicatie verslechterd of verstoord.
Obstructies: Zendingen kunnen worden verbroken onder een viaduct, of in een tunnel of parkeergarage.
OPMERKING
De CB-zender is de krachtigste die onder de Amerikaanse federale wetgeving is toegestaan, maar omdat er geen groot stalen gebied is dat dienst doet als grondvlak, kan het zijn dat de signalen minder sterk zijn dan wanneer hetzelfde toestel in een auto of vrachtwagen wordt gebruikt.
Knop LO*DX
LO: In de lokale stand (LO) wordt de gevoeligheid van de CB-ontvanger verminderd, waardoor er minder ruis is, maar het kan ook zijn dat er minder signalen beschikbaar zijn.
DX: Wanneer veraf (DX) is ingeschakeld, wordt de gevoeligheid van de ontvanger verhoogd, zodat ook zwakke signalen worden opgevangen. Soms betekent dit meer ruis en ongewenste signalen.
OPMERKING
Zelfs wanneer LO*DX op LO staat en de gevoeligheidsdrempelwaarde is niet overschreden, dient een afstand van minimaal 6,1 m (20 ft) te worden aangehouden van een uitzendende motor. Bij kortere afstanden is het signaal te sterk met geluidsvervormingen tot gevolg.