PTT en +/SQ/- schakelaar (indien aanwezig)
Zie Afbeelding 1. Bij modellen uitgerust met een CB-radio, is het linker stuurgedeelte voorzien van een schakelaar om te kunnen spreken (Push-To-Talk of PTT) en een schakelaar om het geluid te kunnen onderdrukken (squelch (gevoeligheidsdrempelwaarde of +/SQ/-).
PTT: Wanneer de unit is ingeschakeld en op het LCD-display CB wordt aangegeven, dan kunt u de PTT-schakelaar ingedrukt houden om via het getoonde kanaal uit te zenden. Laat PTT los om het zenden af te sluiten.
+/SQ/-: Verlaag de drempel om CB-signalen te kunnen ontvangen door de +/SQ/- schakelaar naar achteren te duwen (-) of verhoog de drempel door +/SQ/- naar voren te duwen (+).
Schakelaar +/AUDIO/-
AUDIO: Zie Afbeelding 1. Druk op de AUDIO-schakelaar om het Audio/Setup-menu (audioinstellingen) op het LCD-display te openen. Druk AUDIO in of druk op de aanraaktoets om over te schakelen naar de volgende getoonde functie, achtereenvolgens van lage tonen, naar hoge tonen, naar fade, naar display, naar volume en vervolgens naar AVC.
Indien de AUDIO-schakelaar op een willekeurige selectie wordt losgelaten, keert de functie automatisch na circa 2-3 seconden terug naar de geselecteerde modus.
±: Door de AUDIO-schakelaar (+) naar boven te duwen, wordt het niveau voor de op dat moment geselecteerde audiofunctie verhoogd (lage tonen, hoge tonen, fade, volume of automatische volumeregeling). Door de schakelaar naar beneden te duwen (-), wordt het niveau verlaagd. Het niveau wordt net zo lang als de schakelaar wordt vastgehouden verhoogd of verlaagd, tot het maximum- of minimumniveau is bereikt.
Een horizontale streepjeslijn op het LCD-display geeft het niveau aan. In het midden van de lijn is een enkel dun streepje te zien. Wanneer het niveau in het midden is, staat de geselecteerde audiofunctie in het midden van zijn bereik.
De Fade-functie is alleen beschikbaar bij modellen met speakers voor de passagier. Zie C in GEAVANCEERD AUDIOSYSTEEM → Bediening van CB → Displayvoorbeelden. Met Fade wordt de balans tussen de speakers van de bestuurder en passagier afgesteld. Door AUDIO naar boven te duwen (+) wordt de balans naar de voorste speakers bewogen en door AUDIO naar beneden te duwen (-) wordt de balans naar de achterste speakers bewogen. Wanneer het volumeniveau hetzelfde is voor de voorste en achterste speakers, dan staat er een horizontale lijn in het midden van het display.
De displayfunctie stelt het verlichtingsniveau in van de lettertekens op het LCD-display.
Met de automatische volumeregeling (AVC) wordt het volume automatisch aangepast voor het omgevingslawaai dat door de motorsnelheid ontstaat.
1+/AUDIO/-
2PTT/+/SQ/- (indien aanwezig)
Afbeelding 1. Audiobedieningselementen op linker stuurhelft (standaard)