MEDEDELING
Het oliepeil kan bij een koude motor niet goed worden gemeten. Tijdens de inspectie voorafgaand aan het rijden, terwijl de motor op een vlakke ondergrond op de zijstandaard leunt, moet de olie bij een koude motor tussen de pijlen op de peilstok staan. Voeg bij een KOUDE motor geen olie toe om het peil tot de FULL-markering (vol) te brengen. (00185a)
Zie Afbeelding 1 voor de locatie van de oliepeilstok.
Olievuldop verwijderen en terugplaatsen
Zet de motor op een vlakke ondergrond op de zijstandaard.
  1. Verwijder de vuldop van het oliereservoir aan de rechterkant van de motor.
    1. Duw de vuldop recht naar beneden en laat hem los. De dop springt los.
    2. Trek de vuldop naar boven en draai hem tegelijkertijd een kwartslag linksom, alsof hij wordt losgedraaid.
  2. Veeg de peilstok schoon.
  3. OPMERKING
    Zie Afbeelding 3. De peilstok heeft een brede gleuf en een smalle gleuf en kan maar op een manier in het oliereservoir worden geplaatst.
  4. Plaats de peilstok in het oliereservoir. Draai de vuldop een kwartslag alsof deze in het reservoir wordt vastgedraaid. Druk de dop naar beneden tot deze vlak ligt met het oliereservoir.
Afbeelding 1. Locatie van de oliepeilstok: Sportster-modellen (XL-model afgebeeld)
Oliepeilcontrole bij koude motor
  1. Zet de motor op een vlakke ondergrond op de zijstandaard.
  2. Verwijder de vuldop. Veeg de peilstok schoon. Plaats de olievuldop terug in het reservoir.
  3. Verwijder de olievuldop opnieuw en controleer het oliepeil op de peilstok. Zie Afbeelding 2. Op de peilstok staan twee markeringen. Indien het peil bij of onder de onderste markering staat, vul dan net genoeg olie bij om het peil tot midden tussen de twee pijlen op de peilstok te brengen. Plaats de olievuldop terug.
OPMERKING
Zie Onderhoud en smering → Motorsmering → Aanbevolen motoroliën. Gebruik alleen de aanbevolen olie die wordt aangegeven onder Onderhoud en smering → Motorsmering.
Oliepeilcontrole bij warme motor
  1. Laat de motor draaien tot de motorolie op de normale bedrijfstemperatuur is. Zet de motor af.
  2. Zet de motor op een vlakke ondergrond op de zijstandaard.
  3. Verwijder de vuldop. Veeg de peilstok schoon. Plaats de olievuldop terug in het reservoir.
  4. Verwijder de vuldop opnieuw en controleer het warme oliepeil op de peilstok. Zie Afbeelding 2. Op de peilstok staan twee markeringen. Indien het oliepeil in het reservoir bij of onder de onderste markering staat, voeg dan 0,946 L (1 qt) Harley-Davidson olie toe aan het reservoir.
  5. OPMERKING
    Zie Onderhoud en smering → Motorsmering → Aanbevolen motoroliën. Gebruik alleen de aanbevolen olie die wordt aangegeven onder Onderhoud en smering → Motorsmering.
  6. Plaats de vuldop/peilstok terug in het oliereservoir.
  7. Indien u bij stap 4 olie hebt toegevoegd, verwijder dan de vuldop en controleer of het motoroliepeil in het reservoir correct is. Het oliepeil in het reservoir mag niet boven de bovenste markering op de peilstok komen. Plaats de olievuldop terug.
MEDEDELING
Zorg dat het hete-oliepeil niet onder Add-/Fill-markering (toevoegen/bijvullen) op de peilstok staat. Gebeurt dit wel, dan kan de uitrusting beschadigd raken en/of kunnen er zich storingen voordoen. (00189a)
MEDEDELING
Giet er niet te veel olie in. Gebeurt dat wel, dan kan de olie in het luchtfilter terecht komen met beschadigingen aan de uitrusting en/of storingen tot gevolg. (00190b)
1Onderste markering
2Bovenste markering (vol)
Afbeelding 2. Vuldop/peilstok: Sportster-modellen (standaard)
1Brede gleuf
2Smalle gleuf
Afbeelding 3. Gleuven vuldop/peilstok: Sportster-modellen