1. Houd de dagtellerschakelaar ingedrukt om de accessoiremodus te openen, terwijl de afstandsbediening bij de motorfiets aanwezig is.
  2. Zie Afbeelding 1. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot de melding 'SETUP' (Instellingen) op het LCD-display verschijnt.
  3. Druk de linker- of rechterrichtingaanwijzerschakelaars in om door de volgende instellingen te navigeren.
  4. Brandstofmeter: Geeft de brandstofmeter weer. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt om de brandstofmeter aan of uit te zetten.
  5. Controlelampje versnelling: Geeft het controlelampje versnelling weer. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt om het controlelampje versnelling aan of uit te zetten.
  6. Helderheid: Regelt de helderheid van de achtergrondverlichting van de instrumenten. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt om te wisselen tussen BRIGHT (Helder) of DIM (Gedimd).
  7. ALLE: Regelt de kleur van de achtergrondverlichting voor alle instrumenten. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot er een nummer verschijnt. Druk op de rechter- of linkerrichtingaanwijzerschakelaar om een kleur (0-600) te selecteren. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot de melding 'SAVED' (Opgeslagen) wordt weergegeven.
  8. WIJZERPLAAT: Regelt de kleur van de achtergrondverlichting voor de toerentellerwijzerplaat. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot er een nummer verschijnt. Druk op de rechter- of linkerrichtingaanwijzerschakelaar om een kleur (0-600) te selecteren. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot de melding 'SAVED' (Opgeslagen) wordt weergegeven.
  9. LCD: Regelt de kleur van de achtergrondverlichting voor het LCD-display. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot er een nummer verschijnt. Druk op de rechter- of linkerrichtingaanwijzerschakelaar om een kleur (0-600) te selecteren. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot de melding 'SAVED' (Opgeslagen) wordt weergegeven.
  10. TOERENTELLER: Regelt de kleur van de achtergrondverlichting voor de toerentellernaald. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot er een nummer verschijnt. Druk op de rechter- of linkerrichtingaanwijzerschakelaar om een kleur (0-600) te selecteren. Houd beide richtingaanwijzerschakelaars ingedrukt tot de melding 'SAVED' (Opgeslagen) wordt weergegeven.
  11. Als u klaar bent, moet de dagtellerschakelaar ingedrukt worden gehouden om de motorfiets opnieuw uit te schakelen.
1Brandstofmeter (ON/OFF) (Aan/Uit)
2Controlelampje versnelling (ON/OFF) (Aan/Uit)
3Helderheid instrumenten (BRIGHT/DIM) (Helder/Gedimd)
4Kleur van de achtergrondverlichting instrumenten (ALL, 0-600) (Alle)
5Kleur toerentellerwijzerplaat (0-600)
6Kleur LCD-display (0-600)
7Toerentellernaald (0-600)
Afbeelding 1. Instrumentinstellingen