| 1. | Laat de motorfiets lopen totdat de motor op de normale bedrijfstemperatuur is. | |
| 2. | Zet het contactslot en de motorschakelaar uit. | |
 WAARSCHUWINGZorg ervoor dat er bij het verversen van vloeistof of smeermiddel niets op de banden, wielen of remmen wordt gemorst. De grip op de weg kan hierdoor negatief worden beïnvloed, met mogelijk verlies van controle over de motor en ernstig of dodelijk letsel als gevolg. (00047d) MEDEDELING Bij het aftappen of toevoegen van smeermiddel mogen er geen vervuilingen in het motorblok terechtkomen. (00198a) | ||
| 3. | Zie Afbeelding 1. Tap de olie uit de primaire kettingkast af. | |
| 4. | Reinig de aftapplug. Indien de plug erg vuil is, controleer de toestand van de onderdelen van de kettingkast. | |
| 5. | Breng een nieuwe O-ring aan op de aftapplug. | |
| 6. | Plaats de aftapplug in de afdekking van de primaire kettingkast. Haal aan tot 19–28,5 N·m (14–21 ft-lbs). |
Afbeelding 1. Kettingkastaftapplug verwijderen/installeren
| 7. | Zie Afbeelding 2. Verwijder de bouten met vaste onderlegringen (3) en het koppelingsinspectiedeksel (2). | |
| 8. | Verwijder de keerring (1). Veeg de olie weg uit de groef van de kettingkastdeksel en het montageoppervlak. | |
MEDEDELING Giet niet te veel smeerolie in de primaire kettingkast. Indien er te veel olie wordt bijgevuld, kan het zijn dat de koppeling ruw in gaat grijpen, niet volledig ontkoppelt, gaat slepen en/of het kan bij stationair draaien moeilijk zijn de neutraalpositie te vinden. (00199b) | ||
| 9. | Plaats de motorfiets rechtop om de primaire kettingkast te vullen. | |
| 10. | Giet de juiste hoeveelheid FORMULA+ VERSNELLINGSBAK- EN PRIMAIRE KETTINGOLIE door de opening van het koppelingsinspectiedeksel. Zie Tabel 1. |
Tabel 1. Bijvulcapaciteit olie primaire kettingkast
ONDERDEEL | INHOUD |
|---|---|
Olie primaire kettingkast | 0,95 L (32 fl oz) |
| 11. | Installeer de koppelingsinspectiedeksel en nieuwe keerring: a. Maak het montageoppervlak van de afdekking en de groef in de kettingkastdeksel grondig schoon. b. Zie Afbeelding 2. Plaats een nieuwe afdichtring (1) in de groef in het koppelingsinspectiedeksel. Druk op elk van de nopjes op de afdichting in de groef. c. Bevestig het inspectiedeksel met bouten met vaste onderlegringen (3). d. Zie Afbeelding 3. Haal deze in de afgebeelde volgorde aan tot 9,5–12,2 N·m (84–108 in-lbs). |
| 1 | Afdichting |
| 2 | Koppelingsinspectiedeksel |
| 3 | Schroef met vaste onderlegring (5) |
Afbeelding 2. Koppelingsdeksel
Afbeelding 3. Aanhaalvolgorde koppelingsdeksel