Het persoonlijk identificatienummer (pincode) is een nummer dat gebruikt kan worden om het alarmsysteem uit te schakelen, in het geval een toegewezen afstandsbediening ergens achtergelaten is, deze niet werkt of door elektromagnetische storing de motorfiets en de afstandsbediening niet met elkaar kunnen communiceren.
Een pincode is een code van vijf cijfers (1 t/m 9, geen nullen).
Wijzigen van de pincode
Om een goede beveiliging te blijven garanderen, kan de bestuurder de pincode op elk gewenst moment wijzigen. Zie Tabel 1.
Tabel 1. Wijzigen van de pincode
STAP
HANDELING
WACHTEN OP BEVESTIGING
OPMERKINGEN
1
Kies een pincode van vijf cijfers (1 t/m 9) en noteer deze op de portefeuillekaart uit de gebruikershandleiding.
2
Als een toegewezen afstandsbediening aanwezig is, draait u de motorschakelaar in de stand OFF (uit).
3
Draai de contactsleutel naar IGN (ontsteking).
4
Zet de motorschakelaar twee keer
Aan – Uit: LOPEN – UIT – LOPEN –
UIT – LOPEN.
5
Druk 2 keer op de linker richtingaanwijzerschakelaar.
De melding ENTER PIN (pincode invoeren) loopt door het kilometertellerscherm.
6
Druk 1 keer op de rechter richtingaanwijzerschakelaar en laat de schakelaar los.
De richtingaanwijzers knipperen 3 keer. De huidige pincode verschijnt in de kilometerteller. Het eerste teken zal knipperen.
7
Voer het eerste cijfer van de nieuwe pincode in door de linker richtingaanwijzerschakelaar in te drukken en los te laten totdat het betreffende cijfer verschijnt.
8
Druk 1 keer op de rechter richtingaanwijzerschakelaar en laat de schakelaar los.
Het nieuwe cijfer vervangt het huidige cijfer in het kilometertellervenster.
9
Voer het tweede cijfer van de nieuwe pincode in door de linker richtingaanwijzerschakelaar in te drukken en los te laten totdat het betreffende cijfer verschijnt.
10
Druk 1 keer op de rechter richtingaanwijzerschakelaar en laat de schakelaar los.
Het nieuwe cijfer vervangt het huidige cijfer in het kilometertellervenster.
11
Voer het derde cijfer van de nieuwe pincode in door de linker richtingaanwijzerschakelaar in te drukken en los te laten totdat het betreffende cijfer verschijnt.
12
Druk 1 keer op de rechter richtingaanwijzerschakelaar.
Het nieuwe cijfer vervangt het huidige cijfer in het kilometertellervenster.
13
Voer het vierde cijfer van de nieuwe pincode in door de linker richtingaanwijzerschakelaar in te drukken en los te laten totdat het betreffende cijfer verschijnt.
14
Druk 1 keer op de rechter richtingaanwijzerschakelaar.
Het nieuwe cijfer vervangt het huidige cijfer in het kilometertellervenster.
15
Voer het vijfde cijfer van de nieuwe pincode in door de linker richtingaanwijzerschakelaar in te drukken en los te laten totdat het betreffende cijfer verschijnt.
16
Druk 1 keer op de rechter richtingaanwijzerschakelaar.
Het nieuwe cijfer vervangt het huidige cijfer in het kilometertellervenster.
17
Zet de motorschakelaar UIT en zet vervolgens het contact UIT.
Door de motorschakelaar UIT te zetten wordt de nieuwe PIN-code in de module opgeslagen.