1. Laad de accu op en installeer deze. Raadpleeg Onderhoudsprocedures → Accuonderhoud.
  2. Controleer de bougies. Raadpleeg GEPLAND ONDERHOUD → Bougies vervangen.
  3. Controleer het luchtfilter en vervang deze zo nodig. Raadpleeg GEPLAND ONDERHOUD → Luchtfilter controleren.
  4. Controleer aandrijfriem en het tandwiel. Raadpleeg GEPLAND ONDERHOUD → Aandrijfriem en tandwielen controleren.