Zie Tabel 1. Regelmatig onderhoud moet worden uitgevoerd met gespecifeerde intervallen om te zorgen dat uw Harley-Davidson motorfiets naar beste vermogen blijft werken en uw beperkte garantie van uw nieuwe motorfiets van kracht blijft. De erkende Harley-Davidson-dealer weet hoe de motorfiets het beste kan worden onderhouden en hij beschikt hiertoe over de fabriek goedgekeurde methoden en apparatuur, zodat u uit kunt gaan van grondig en vakkundig vakwerk.
Sommige onderhoudspunten moeten ten minste één keer per jaar worden uitgevoerd zoals gespecificeerd, zelfs als het volgende kilometerinterval nog niet bereikt is. Onder zware rijomstandigheden kan het nodig zijn dat sommige onderhoudspunten vaker moeten worden uitgevoerd. Zie de opmerkingen in Tabel 1.
OPMERKING
WAARSCHUWING
Voer de service- en onderhoudswerkzaamheden uit zoals aangegeven in de tabel Algemene service-intervallen. Gebrek aan regelmatig onderhoud ten opzichte van de aanbevolen intervallen, kan de veilige werking van de motorfiets beïnvloeden met ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00010a)
WAARSCHUWING
Indien u de motorfiets onder slechte omstandigheden gebruikt (zeer koud, zeer heet, zeer stoffig, zeer slechte wegdekken, door stilstaand water, enz.), dan moet u de service-intervallen verkorten om ervoor te zorgen dat de motorfiets veilig blijft in het gebruik. Als u de motorfiets niet onderhoudt, kan dit ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben. (00094a)
Tabel 1. Algemene service-intervallen: Dyna-modellen van 2014
ONDERHOUDEN ITEM
PROCEDURE
1600
km
1000
mi
8000
km
5000
mi
16.000
km
10.000
mi
24.000
km
15.000
mi
32.000
km
20.000
mi
40.000
km
25.000
mi
48.000
km
30.000
mi
56.000
km
35.000
mi
64.000
km
40.000
mi
72.000
km
45.000
mi
80.000
km
50.000
mi
OPMERKINGEN
Elektrische apparatuur en schakelaars
Bediening controleren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Voorband
Bandenspanning en loopvlak controleren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
1
Voorwielspaken (indien aanwezig)
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
2, 3, 4
Remvloeistof voorrem
Controleer kijkglas
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
5
Reservoirkapschroef: voorrem
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Balhoofdlagers
Afstellen
X
X
X
X
X
X
2
Smeren
X
2, 7
Voorvork: Onderste klembouten voorvorksteun
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Voorvork: Bovenste klembouten voorvorksteun
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Bussen van windscherm (indien van toepassing)
Inspecteren
X
X
X
X
X
Gashendels
Controleren, afstellen en smeren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
2
Bedieningselementen: bouten van de bovenste en onderste schakelaarbehuizing
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Bouten van de stuurklem van de koppelingshendel
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Schroeven van de stuurklem van de hoofdremcilinder
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Luchtfilter
Controleren, service indien nodig
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
4, 5
Motorolie en filter
Vervangen
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
1, 4
Smeermiddel primaire kettingkast
Vervangen
X
X
X
X
X
X
4
Smeermiddel versnellingsbak
Vervangen
X
X
X
4
Remsysteem
Controleren op lekken, contact of schaafplekken
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
2,5
Brandstofleidingen en koppelingen
Controleren op lekken, contact of schaafplekken
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
1, 2
Motorsteunen en stabilisatorverbindingen
Inspecteren
X
X
X
X
X
X
2
Remvloeistof achterrem
Controleer kijkglas
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
5
Reservoirkapschroef: Achterrem
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Remblokken en remschijven
Inspecteren op slijtage
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Klembout voor de vooras: FLD (rechterzijde)
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Bevestigingsmiddel van de voorasdop: alle modellen behalve FLD-modellen
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Voorste asmoer
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Banjobouten van de hoofdremcilinder en remklauw
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Banjobouten van ABS EHCU
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
ABS remleiding montagemoeren onder de onderste balhoofdsteun
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Zijstandaard
Inspecteren en smeren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
2, 4
Koppeling
Afstelling controleren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
2, 4
Rem- en koppelingbedieningselementen
Controleren, afstellen en smeren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Voorwielspaken (indien aanwezig)
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
2, 3, 4
Achterband
Bandenspanning en loopvlak controleren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
1
Achtervorklagers
Inspecteren en smeren
X
2, 7
Aandrijfriem en tandwielen
Inspecteren, riem afstellen
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
2
Achterste asmoer
Controleer het aanhaalmoment
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Uitlaatsysteem
Controleer op lekken, scheuren en los of ontbrekende bevestigingsmiddellen of ontbrekende uitlaatschilden
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
1, 4
Controleer het aanhaalmoment: achterste uitlaatsteunbout bij de versnellingsbak
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Controleer het aanhaalmoment: achterste uitlaatsteunborgmoer bij de versnellingsbak
X
X
X
X
X
X
1, 2, 6
Accu
Controleer de accu en het aanhaalmoment van de aansluitklemmen en reinig de aansluitingen jaarlijks.
1
Bougies
Iedere twee jaar of ieder 48.000 km (30.000 mi) vervangen, wat het eerst van toepassing is.
Voorvork
Gereviseerd
X
2, 8
Brandstoffilterelement
Om de 160.000 km (100000 mi) vervangen.
4
Proefrit
Onderdeel- en systeemfuncties controleren
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
OPMERKINGEN:
1. Jaarlijks uitvoeren of met de voorgeschreven intervallen, wat het eerst van toepassing is.
2. Moet door een erkende Harley-Davidson-dealer worden uitgevoerd, tenzij u over de geschikte gereedschappen, service-informatie en de betreffende mechanische kwalificaties beschikt.
3. De spaakspanning controleren bij de servicebeurten na 1.600 km (1000 mi), 8.000 km (5000 mi), 32.000 km (20000 mi) en elk interval van 24.000 km (15000 mi) daarna. Niet alle motoren hebben wielen met spaken. Raadpleeg het betreffende onderwerp in de servicehandleiding.
4. Voer vaker onderhoud uit bij extreme omstandigheden (zoals extreme temperaturen, stoffige omgevingen, bergachtige of slechte wegen, langdurige opslagomstandigheden, korte ritten, veel start-stopverkeer of slechte kwaliteit brandstof).
5. Vervang DOT 4-remvloeistof en spoel het remsysteem om de twee jaar door.
6. Probeer de bout of moer vast te draaien met een momentsleutel die op het voor die bout of moer geldende aanhaalmoment is ingesteld. Als de bout of moer niet meedraait, dan is het aanhaalmoment juist. U hoeft verder niets te doen. Als de bout of moer meedraait, draai deze dan met het juiste aanhaalmoment aan.
7. Iedere 48.000 km (30000 mi) demonteren, smeren en inspecteren.
8. Demonteer, inspecteer en reviseer de voorvork en vervang de vorkolie om de 80.000 km (50000 mi).
Tabel 2. Servicetabel van eigenaar
KILOMETERINTERVAL
DATUM
DEALERNUMMER
NAAM MONTEUR
HANDTEKENING MONTEUR
1.600 km (1000 mi)
8.000 km (5000 mi)
16.000 km (10000 mi)
24.000 km (15000 mi)
32.000 km (20000 mi)
40.000 km (25000 mi)
48.000 km (30000 mi)
56.000 km (35000 mi)
64.000 km (40000 mi)
72.000 km (45000 mi)
80.000 km (50000 mi)