Om volledig gebruik te maken van functies en de afleiding op de weg te minimaliseren, configureert u het systeem met uw persoonlijke voorkeuren voordat u gaat rijden.
Stel helderheid, achtergrondkleur en dag/nacht-kleurenmodus in.
Configureer voorkeursinstellingen en favorieten.
Pas de audioinstellingen aan (volume, toon, fade en headset-/luidsprekerselectie).
Sluit telefoonfuncties aan via Bluetooth, maak er verbinding mee en stel ze in.
Sluit USB-apparaten aan.
Selecteer station of media.
Stel ritten en navigatie in.
Stel CB en intercom in.
Verbind headsets en zet deze op.