De eerste 800 km (500 mi)
Om belangrijke onderdelen gedurende de eerste 800 km (500 mi) goed in te rijden, volgt u de onderstaande eenvoudige rijregels. Dat garandeert een goede prestatie en duurzaamheid voor de toekomst.
  1. Houd het toerental tijdens de eerste 80 km (50 mi) in iedere versnelling onder 2500 omw/min en rijd niet sneller dan 80 km/h (50 mph). De motor mag daarbij niet zwaar belast worden.
  2. Voorkom tijdens de eerste 800 km (500 mi) dat u over een langere afstand met een constant toerental of met dezelfde snelheid rijdt. Een motortoerental tot 3000 omw/min is toegestaan in elke versnelling na de eerste 80 km (50 mi), maar rijd voor de eerste 80-800 km (50-500 mi) niet sneller dan 89 km/h (55 mph).
  3. Voorkom snel starten met volgas. Rijd langzaam tot de motor op bedrijfstemperatuur is gekomen.
  4. Zie Bediening → Schakelen → Rijsnelheden voor opschakelen (accelereren): 2006 XB-modellen en Bediening → Schakelen → Rijsnelheden voor terugschakelen (afremmen): 2006 XB-modellen. Volg de richtlijnen in de tabel voor het moment waarop u moet schakelen. Laat de motor in een hogere versnelling niet met een zeer laag toerental draaien.
  5. Rem niet te hard. Nieuwe remmen moeten worden 'ingeremd' door ze de eerste 300 km (200 mi) matig te gebruiken.