Zie Bediening → Instellingen vering af fabriek: Lightning-modellen. De instellingen vormen de beste balans voor hanteren, rij-eigenschappen en stabiliteit. De vering kan gewijzigd worden om tegemoet te komen aan de voorkeuren van de bestuurder wat betreft de rijkwaliteit en hanteren onder bepaalde wegomstandigheden en veranderingen in belasting.
OPMERKING
WAARSCHUWING
Gebruik de motorfiets niet wanneer de stuurinrichting of de vering losgeraakt, versleten of beschadigd is. Neem voor reparaties contact op met een Buell-dealer. Loszittende, versleten of beschadigde onderdelen van de stuurinrichting of de vering kunnen de stabiliteit en de wegligging negatief beïnvloeden, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00113a)
Veranderingen in belasting
Bij wijzigingen in de belasting moet de instelling voor de voorbelasting worden gewijzigd. Als er minder gewicht wordt gedragen dan bij het instellen van de vering het geval was, moet de voorbelasting worden verminderd. Bij een toename in de belasting moet de voorbelasting verhoogd worden.
WAARSCHUWING
Overschrijd het maximaal toelaatbare gewicht (GVWR) of de maximaal toelaatbare asbelasting (GAWR) van de motorfiets niet. Overschrijden van deze belastingscapaciteiten kan leiden tot defecte onderdelen en een negatief effect hebben op stabiliteit, wegligging en goede werking, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00016f)
Verbeteren van de rijkwaliteit
De standaardinstellingen dienen voor voldoende framecontrole, maar sommige gebruikers zullen er de voorkeur aan geven om het rijcomfort te verhogen vanwege slechte wegomstandigheden of voor langere tochten. Door aanpassing van de instelling van de ingaande slag worden zowel de snelle als de langzame demping verminderd.
  1. Pas de vering aan het lichaamsgewicht van de bestuurder aan. Zie Bediening → Instellingen vering af fabriek: Lightning-modellen.
  2. Verhoog de rijkwaliteit door de demping van de ingaande slag voor en achter te verlagen door de afsteller een kwart tot een hele slag linksom te draaien.
  3. Als er een nog betere rijkwaliteit gewenst is, verlaagt u de voorbelasting vóór door de regelaar linksom te draaien tot er een tweede lijn zichtbaar wordt en verlaagt u tevens de voorbelasting achter met 4 slagen (8 klikken).
  4. Als de maximale rijkwaliteit gewenst is, verlaagt u de demping van de uitgaande slag voor en achter door de afstellers een kwart tot een halve slag linksom te draaien.
Verbeterde stuurrespons
De respons op stuurbewegingen (snelheid) kan verbeterd worden door de rijhoogte van het voertuig voor en achter aan te passen. Deze afstelling verkleint de hoekgrootte van het voertuig. Dit wordt bewerkstelligd door de voorbelasting te wijzigen zodat de doorzakking voor groter en de doorzakking achter kleiner wordt.
  1. Pas de vering aan het lichaamsgewicht van de bestuurder aan. Zie Bediening → Instellingen vering af fabriek: Lightning-modellen.
  2. Vergemakkelijk het stuurgedrag door de voorbelasting achter met 4 slagen (8 klikken) te verhogen.
  3. Als er een nog betere stuurrespons en bochtencontrole gewenst is, verkleint u de voorbelasting voor door de afsteller linksom te draaien totdat er nog een lijn zichtbaar wordt.
  4. Als er hierna een nog betere stuurrespons en bochtencontrole gewenst is, vergroot u de demping van de ingaande slag achter door de afsteller een kwart tot een halve slag rechtsom te draaien.
  5. Als de maximale stuurrespons en bochtencontrole gewenst is, vergroot u de demping van de uitgaande slag voor door de afsteller een kwartslag rechtsom te draaien.
Verbetering van framecontrole en -respons
Om bij een gladder wegoppervlak een betere feedback van het wegoppervlak te verkrijgen, vergroot u de instelling van de ingaande en uitgaande slag.
  1. Pas de vering aan het lichaamsgewicht van de bestuurder aan. Zie Bediening → Instellingen vering af fabriek: Lightning-modellen.
  2. Vergroot de framecontrole en respons door de demping van de ingaande slag voor en achter te verhogen door de afsteller een halve tot anderhalve slag rechtsom te draaien.
  3. Als maximale framecontrole en respons gewenst is, vergroot u de demping van de uitgaande slag voor en achter door de afsteller een kwart tot een halve slag rechtsom te draaien.
Rijden bij een temperatuur van minder dan 18 °C (65 °C)
De viscositeit van de veringsvloeistof neemt toe naarmate de temperatuur daalt. Met de vloeistofviscositeit neemt tevens de demping toe. Het verdient aanbeveling om voor variaties in de vloeistofviscositeit te compenseren door de dempingsafstellers te verstellen als u de motor buiten het normale temperatuurbereik van de 18-35 °C (65-95 °F) gebruikt.
  1. Pas de vering aan het lichaamsgewicht van de bestuurder aan. Zie Bediening → Instellingen vering af fabriek: Lightning-modellen.
  2. Verminder de demping van de ingaande en uitgaande slag voor en achter door de afsteller een kwart tot een halve slag linksom te draaien.