Motorcontrolelamp
Zie Bedieningselementen en controlelampen → CONTROLELAMPEN → Controlelampen. De motorcontrolelamp bevindt zich op het instrumentenpaneel. Deze lamp geeft aan of de motor/het motormanagementsysteem naar behoren werkt. De motorcontrolelamp is oranje.
De motorlamp gaat gewoonlijk branden wanneer het contactslot wordt ingeschakeld en blijft dan circa 4 seconden branden terwijl het motormanagementsysteem een aantal zelfdiagnoses uitvoert.
Indien het motorlampje op een ander tijdstip gaat branden, neem dan contact op met een Harley-Davidson-dealer.
Laagbrandstofniveaulamp
Zie Bedieningselementen en controlelampen → CONTROLELAMPEN → Controlelampen. De laagbrandstofniveaulampen gaan branden om aan te geven dat het brandstofniveau laag is. De laagbrandstofniveaulamp is oranje. Raadpleeg Specificaties → Specificaties → Inhoud.
De laagbrandstofniveaulamp gaat pas uit wanneer er voldoende brandstof in de tank is, het contactslot is uit- en ingeschakeld en het voertuig weer is gaan rijden.
Accuontladingslamp
Zie Bedieningselementen en controlelampen → CONTROLELAMPEN → Controlelampen. De acculamp geeft aan of de accu te vol of te leeg is. Als de lamp blijft branden, neemt u contact op met een Harley-Davidson-dealer.
Alarmsysteemlamp
Zie Bedieningselementen en controlelampen → CONTROLELAMPEN → Controlelampen. De alarmsysteemlamp gaat branden wanneer het alarmsysteem wordt ingeschakeld. Zie ALARMSYSTEEM → Alarmsysteem.
Als de alarmsysteemlamp na uitschakeling van het alarmsysteem blijft branden, neemt u contact op met uw Harley-Davidson-dealer.
ABS-lampje
WAARSCHUWINGAls het ABS-lampje bij snelheden van meer dan 5 km/h (3 mph) blijft knipperen of constant blijft branden, werkt de ABS niet. Het standaard remsysteem blijft in werking, maar het blokkeren van de wielen is mogelijk. Neem voor reparatie van het ABS contact op met een Harley-Davidson-dealer. Wanneer een wiel blokkeert, kunt u de controle over de motor verliezen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot gevolg. (00361b)
Zie Bedieningselementen en controlelampen → CONTROLELAMPEN → Controlelampen. Bij motorfietsen uitgerust met ABS begint het ABS-lampje te knipperen wanneer het contact op ON (aan) staat om aan te geven dat het systeem in bedrijf is. Het knipperende lampje geeft aan dat het systeem zichzelf controleert. Het lampje blijft knipperen totdat de rijsnelheid hoger is dan 5 km/h (3 mph). ABS is pas in bedrijf als het lampje uit gaat.
Het lampje blijft alleen constant branden als het ABS een storing in het systeem heeft aangetroffen. Ga naar een Harley-Davidson-dealer voor de juiste servicewerkzaamheden.